H3-H6 Flashcards

1
Q

Wie waren de grootmachten en invloedsferen na WO2?

A
  1. VS
    weinig oorlogschade geleden + aandeel door oorlog in wereldhandel gestegen. In 1947 koos president Truman voor interventionisme ipv isolationistische politiek = gaf hun veel ervaring internationale politiek.
  2. USSR
    Zware verliezen aan mensen en materialen MAAR
    Industrie in de Oeral en Siberië ontwikkeld + beschikte over grootste landleger ter wereld
    Invloedssfeer enorm uitgebreid in Oost en centraal europa dankzij de gordel van bevriende naties waardoor aanval uit het westen beter verdedigt kon worden.
  3. Oost Europa wordt communistisch
    OE was bezetten door Sovjetunie en dus steunde stalin de communistische partijen. Met russische hulp werd er dan een staatsgreep gepleegd en tegenstanders werden met geweld uitgeschakeld. De landen werden volledig afhankelijk van moskou , werden communistisch en SATELLIETSTATEN.
  4. Angst in West-Europa
    aanwezigheid van Sovjettroepen met hun vestiging van communistische regime zorgde voor veel angst
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke speech vond plaats op 5 MAART 1946

A

De Fulton-speech van Churchill
=> Speech in Fulton waar Truman aanwezig was, sprak Churhill over het Ijzeren Gordijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat was het ijzeren gordijn?

A

Grens tussen alles wat communistisch en kapitalistisch was

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

geef meer uitleg over de Trumandoctrine en de containmentpolitiek

A

Amerikaanse president Truman meende dat communisme zich aan het verspreiden was en hield op 12 MAART 1947 in Amerikaanse Congres een toespraak waarin hij beloofde aan alle landen die zich bedreigd voelde door het communistisch expantie te helpen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het CONTAINMENTPOLITIEK

A

Hij gaat indamen, proberen de landen die zich bedreigd voelen door communismefinancieel te steunen VOORAL GRIEKENLAND EN TURKIJE

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat waren de bedoelingen van Truman met de CONTAIMENTPOLITIEK

A
  • proberen het communisme verspreiding te stoppen
  • Ligging strategisch voordelig door zwarte zee
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat was het plan dat op 5 juni 1947 werd opgesteld

A

Het Marshallplan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat was het Marshallplan

A

Een economische herstelprogramma voor West Europa. De VS hoopte zo welvarende economien te stimuleren in West Europa om zo het communistische sfeer weg te doen (aantonen dat kapitalisme mooi leven heeft en communisme niet)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat was Stalin zijn reactie op het Marshallplan

A

erg negatief-> bang dat landen in zijn ivloedsfeer zouden toetreden.
reactie: sloot hij handelsovereenkomsten met OE in de Comecon (=raad voor wederzijdse economische bijstand)

Ook werd Kominform opgericht, ovekoepelende organisatie van de communistische partijen in europa om hun acties te coordineren

1948 pleegde communisten staatsgreep om te vermijden dat Tsecho Slowakije zou toetreden tot Marshallplan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat waren de 4 richtlijnen waarop de VS voor europa zich baseerde

A
  1. Korte injectie= 4 j helpen en geld geven(1948-1952)
  2. West Duitsland moet meedoen
  3. VS beslist niet hoeveel wie verdient (=europa zijn taak)
  4. Economie van europamoet weer naar boven komen (=begin EU)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Was het Marshallplan een succes of niet?

A

economische gezien een succes.
WE eco bloeiden en duitse wederopbouw werd versneld. Het BNP groeide van 120 - 159 miljard dollar

Voor amerika ook succes: communisme verloor aanhang en Amerikaanse exportindustrie kreeg klanten bij.

Samenwerking in WE werd ook ingezet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat waren de satelietstaten die behoorden tot de SU

A

De satellietstaten van de Sovjet-Unie in Oost-Europa waren Polen, Oost-Duitsland, Tsjechoslowakije, Hongarije, Roemenië, Bulgarije, en Albanië

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat waren de kapitalistische staten?

A

West-Duitsland, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, Italië, België, Nederland, Luxemburg, Denemarken, Noorwegen, Griekenland, en Turkije.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly