H3 Flashcards

1
Q

Wat is het leereffect?

A

Dat bij meer productie er zuiniger wordt omgegaan met middelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is ruilwinst?

A

Verschil tussen inkoop- en verkoopmarkt is hetzelfde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is voorraadresultaat?

A

Tijdelijke prijsverschillen tussen inkoop- en verkoopmarkt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is omlooptijd?

A

Tijd tussen investering en moment waarop de investering vrijkomt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Betacoefficient

A

Maatstaf voor risico van beleggingen, 0 voor spaarrekening en 1 voor perfecte aandelenportefeuille

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is partiele financiering?

A

Rechtstreeksverband tussen investering en financiering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is totale financiering?

A

Aan iedere investering dienen de gemiddelde vermogenskosten te worden toegerekend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly