H3 Flashcards
Wat wil verkrijging onder algemene titel zeggen?
Dat iemand men opvolgt in het gehele vermogen of evenredig deel van het vermogen, zowel rechten als plichten.
Wat wil verkrijging onder bijzondere titel zeggen?
Iemand volgt men op in de rechten van een bepaald vermogensbestanddeel.
Wat wordt voor een rechtsgeldige overdracht vereist?
- een rechtsgeldige titel
- beschikkingsbevoegdheid van de rechtsvoorganger
- levering
Wanneer ben je een bezitter?
Als iemand een goed onder zich houdt met de wil het voor zichzelf te houden.
Wanneer ben je houder?
Als hij een goed onder zich houdt krachtens een rechtsverhouding tot een ander
Welke rechtsfeiten verplichten tot levering? (rechtsgeldige titel)
- Meerzijdige rechtshandeling: bijv. koop, ruil of schenkingsovereenkomst.
- Eenzijdige rechtshandeling: het legaat: testament waardoor begunstigde krijgt uit nalatenschap
- Andere handelingen: bijv. (on)rechtmatige daad en onverschuldigde betaling
- Ongedaanmaakverbintenissen: verbintenissen door ongedaan making van bepaalde prestatie
Wat is het causale leveringsstelsel?
Geldigheid van de titel is noodzakelijk voor de geldigheid van de overdracht. Vernietiging van een overeenkomst heeft terugwerkende kracht.
Wat is het abstracte leveringsstelsel?
Bij de overdracht van een octrooi, de geldigheid van de titel is niet relevant voor de geldigheid van de overdracht.
Wanneer is een titel niet rechtsgeldig?
Als er sprake is van een nietige of vernietigbare rechtshandeling/overeenkomst.
Wanneer is het nietig?
In strijd met de wet, openbare orde, goede zeden of handelingsonbevoegdheid.
Wanneer is het vernietigbaar?
Handelingsonbekwaamheid, bedreiging, bedrog etc.
Wat is het goedenrechtelijke effect?
Doordat de titel niet rechtsgeldig is wordt de daarop gebaseerde overdracht niet rechtsgeldig.
Wat heeft een wanprestatie?
Geen invloed op de geldigheid van de titel.
Wat is beschikkingsbevoegdheid?
De bevoegdheid een bepaald goed te overdragen aan iemand anders. De overdracht is geldig als deze is gedaan door iemand die bevoegd is om over het goed te beschikken. Beschikkingsbevoegd = de rechthebbende, bij zaken = eigenaar/bezitter, bij vorderingsrechten = schuldeiser, bij beperkte rechten de beperkt gerechtigde.
Welke twee fasen heeft een levering?
- De goedenrechtelijke overeenkomst: wilsovereenstemming vereist.
- De leveringshandeling.