H3 Flashcards

1
Q

Directe ruil

A

Product tegen product

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Indirecte ruil

A

Dienst/product tegen geld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

3 geld functies

A

Ruil middel
Reken middel
Spaar middel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Saldo

A

Hoe veel he op je bankrekening hebt staan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Debet saldo

A

Je staat rood of in de min

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Credit saldo

A

Je staat gewoon goed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Ruil middel

A

Je koopt of verkoopt goederen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Rekenmiddel

A

Je gebruikt geld om prijzen met elkaar te vergelijken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Spaar middel

A

Je geeft ene deel van je geld niet uit, je spaart het

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Chartaal geld

A

Contant geld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Giraal geld

A

Met je creditcard betalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waarom sparen mensen

A

Doel
Voorzorg
Rente

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Spaardeposito

A

Zet je geld op voor vaste rente (kan je geld niet uit halen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Leen motieven

A

Redenen waarom mensen lenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

4 leen motieven

A

Tijdelijk geld tekort
Dure aankoop
Onverwacht geld nodig
Kopen van een huis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Vraag naar geld bij de bank

A

Huishouden willen lenen

17
Q

Aanbod van geld bij de bank

A

Huishouden gaan sparen

18
Q

Beleggen

A

Je koopt iets met het idee dat het meer waard woord

19
Q

Eurozone

A

Alle landen die met de euro betalen

20
Q

Vreemd valuta

A

Geld soort van landen die niet batsmen met de euro