H2 kunst & Cultuur Flashcards

1
Q

in Welke laag hoort:
mimesis / weergave

A

1e

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is mimesis?

A

het stuk realiteit dat kunstenaar inspireert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

In welke laag hoort de expressie

A

2e laag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is expressie

A

manier waarop idee tot leven komt
wat je ziet / hoort = taal van kunst
persoonlijke uitdrukking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

in welke laag is transformatie

A

3e

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is transformatie?

A

verandert kunstenaar material en/of wil de maatschappij veranderen aar hij leeft
context (wnr & waar) & functie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is materiële transformatie?

A

nieuwe technieken & nieuwe materialen
kunst in andre contexten (toegepaste kunst)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is maatschappelijke transformatie

A

als kunst = spiegel v/d maatschappij
kunstenaar wil maatschappij veranderen / bevestigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

STIJL?

A

manier waarop idee vormgeeft
persoonlijke stijl / kunstroming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

MATERIAAL?

A

waarvan / waarmee het is gemaakt (1e & 2e laag)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

TECHNIEK?

A

manier waarop materiaal word gebruikt ( 2e & 3e laag)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

COMPOSITIE?

A

hoe elementen t.o.v. elkaar staan
richtingslijnen
symmetrisch / asymmetrisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

PERSPECTIEF?

A

3D-effect
standpunt
1.vogelperspectief
2. kikkerperspectief
3. verschillende samen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

KLEURGEBRUIK?

A

natuurlijk kleurgebruik (realiteit)
expressief kleurgebruik (verbonden met gevoelens)
contrasterend kleurgebruik (licht vs schaduw)
symbolisch kleurgebruik ( vb. rood voor liefde)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

SOORT KLEUREN?

A

primaire kleuren (rood, geel, blauw)
secundaire kleuren (mengsel van primaire)
tertiaire kleuren (mengsel vn secundaire)
zwart wit tinten
warme kleuren (geel, rood, ..)
koude kleuren (groen, blauw, …)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

VORM?

A

GEOMETRISCHE of ORGANISCHE VORMEN

17
Q

beweging in dans

A

choreografie

18
Q

beweging in films

A

tilt
in zoom & uit zoom
panorama shot of (pan)

19
Q

beweging in beeldende & toegepaste kunst

A

statisch / dynamisch

20
Q

kunstromingen

A

Renaissance
Barok & Rococo
Futurisme
impressionisme
expressionisme

21
Q

Renaissance

A

evenwicht tussen horizontale & verticale lijnen
rust
statische kunst

22
Q

Rococo

A

grillige lijnen
asymmetrische lijnen
speels & luchtig
frivool & vrolijk
pasteltinten
SCHELPMOTIEF

23
Q

Barok

A

diagonale richtingslijnen
ernstig & statig
krachtig kleurgebruik
dramatisch effect
nadruk op emoties
gesamt kunstwerk

24
Q

Futurisme

A

snelheid
energie & vooruitgang ( nieuwe technologie)
dynamische kunst

25
Q

beweging in muziek

A

tempo
karrakter
compositie
techniek

26
Q

TExTUUR?

A

hoe voelt het aan

27
Q

LICHTINVAL

A

natuurlijke lichtbron (zon / maan)
kunstmatige bron ( lamp / kaars)
meelicht (komt van toeschouwer)
tegenlicht (komt van tegenover toeschouwer)
strijklicht (schaduw lang als lichtbron)
claire obscur & licht vs schaduw (met schaduw)