H2 Internationale verkoop Flashcards
Welke 3 zelfstandige tussenpersonen zijn er bij een handelscontract?
– Handelsagent
– Commissionair
– Makelaar
Geef kenmerken van een handelsagent.
– Zelfstandige tussenpersoon
– Agentuurcontract, veelal bepaalde duur
– Principaal (=naam van opdrachtgever)
– In naam van en voor rekening van de principaal (1 of meer)
– Provisie
– Meestal verkoop
– Verzekeringsagent
Geef kenmerken van een commissionair.
– Zelfstandige tussenpersoon
– Per opdracht
– Committent (=naam opdrachtgever)
– In eigen naam en voor rekening van de opdrachtgever
(meerdere)
– Commissieloon
– Meestal aankoop
Geef kenmerken van een makelaar.
– Zelfstandige tussenpersoon
– Per opdracht
– Lastgever (=naam opdrachtgever)
– Bemiddelen (meerdere opdrachtgevers)
– Courtage of makelaarsloon
– verzekeringsmakelaar
Geef zoveel mogelijk taken van een expediteur.
– Advies
– Opstellen vervoersdocumenten
– Regelen aanvoer en afvoer van goederen
– In ontvangst nemen van goederen
– Tijdelijke opslag
– Groeperen en degroeperen
– Conditioneren van goederen
– Stuffen en strippen
– Goederenverzekering
– Douaneformaliteiten
– Legaliseren documenten
Wat doet een douanevertegenwoordiger?
– In eigen naam (indirecte ) of in naam van
opdrachtgever (directe ) maar voor rekening van
opdrachtgever
– Douaneformaliteiten
– Invoer, uitvoer of doorvoer
– Immatriculatienummer (bewijs van erkenning door
Algemene Administratie van Douane en Accijnzen)
– Repertorium (computerlisting met de gedane
verrichtingen ; chronologisch)
Wat doet een goederenhandelaar?
– Laden en lossen
– Stuwen of stouwen (stuwplan)
– Behandelen van goederen
– Grote geïntegreerde eenheden
– Vb. Terminal-operators
Leg uit wat stuwen en stouwen betekent.
Oordeelkundig stapelen van de goederen in een vervoermiddel.
Leg uit wat lijnvaart betekent.
Dit is de geregelde vaart tussen een aantal vaste havens.
Geef een vb van een scheepsagent.
ICO
Geef een vb van een luchtvrachtagent.
- KLM
- Brussels Airlines
Wat zijn Incoterms.
Dit zijn de internationale leveringsvoorwaarden.
Geef alle 7 Incoterms gebruikt bij elke vervoersvorm, inclusief het multimodaal vervoer.
- EXW
- FCA
- CPT
- CIP
- DAP
- DPU
- DDP
Geef alle 4 Incoterms die typisch zijn voor de zeevracht.
- FAS
- FOB
- CFR
- CIF