h10_11 Flashcards

1
Q

Wat is de formule voor basische oplossing Ammonia?

A

Ammonia = NH3 (g) → NH3 (aq)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de formule voor basische oplossing Kaliloog?

A

Kaliloog = KOH (s) → K⁺(aq) + OH⁻ (aq)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de formule voor basische oplossing Kalkwater?

A

Kalkwater = Ca(OH)2 (s) → Ca²⁺(aq) + 2 OH⁻(aq)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de formule voor basische oplossing natronloog?

A

Natronloog = NaOH (s) → Na⁺ + OH⁻

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Noem 5 eigenschappen van basische oplossingen

A
  1. smaakt zeepachtig
  2. ph hoger dan 7
  3. voelt glibberig aan
  4. ontvet de huit
  5. geleidt elektrische stroom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn basische de basische ionen

A
  1. carbonaation
  2. hydroxide-ion
  3. oxide-ion
    Komt 1 van deze in een zout voor dan heb je altijd een base
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is ontzuren

A

een zure oplossing minder zuur maken met een base

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is neutraliseren

A

ontzuren tot een oplossing neutraal is (ph 7)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Noem vier voorbeelden van een standaard zuur-base reactie

A
  1. H+ (aq) + PH-(aq) -> H2O (l)
  2. 2H+(aq)O2-(aq)–> H2O(l)
  3. 2H+(aq)+CO3.2-(aq)->H2O(l)+CO2(g)
  4. H+(aq)+NH3(aq)->NH4+(aq)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is titreren: hoe doe je het, voor en nadelen

A

als het een zure oplossing is voeg je een basische oplossing toe.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe bereken je hoeveel zuur er in een base zit?

gegeven: 1 ml natronloog neutraliseert 7,4 mg citroenzuur. Bij titratie is 11,5 ml citroensap toegevoegd

A

verhoudingstabel->
1 ml: 7.4
11.5ml=11.5*7.4=85.1 mg

in 1 ml citroensap zit 85 mg citroenzuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe maak je nieuwe zouten?

A

2 geschikte zoutoplossingen bij elkaar voegen zodat er een neerslag ontstaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe maak je een neerslagreactie?

A

Oplosbaarheidstabel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn zware metalen?

A

Voor de mens schadelijke metalen, ook in de vorm van bindingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe verwijder je ongewenste ionen uit water?

A

Zoek een ion dat neerslag vormt met ion dat je wilt verwijderen en filtreer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is het verschil tussen hard water en zacht water?

A

Hard water heeft veel Mg2+ en Ca2+ ionen en zacht water heeft hier juist weinig van

17
Q

Wat zijn de drie methoden om water te ontharden?

A

1 Door het water te koken
2 Ionenwisselaar gebruiken
3 Onthardingsmiddel toevoegen

18
Q

Hoe bereken je hoeveel zuur er in een base zit?

gegeven: 1 ml natronloog neutraliseert 7,4 mg citroenzuur. Bij titratie is 11,5 ml citroensap toegevoegd

A

verhoudingstabel->
1 ml: 7.4
11.5ml=11.5*7.4=85.1 mg

in 1 ml citroensap zit 85 mg citroenzuur

19
Q

Wat gebeurt er als een zout met het basische ion niet oplosbaar is in water?

A

Dan reageert de gehele stof. Het metaalion komt na de reactie als ion in de oplossing. BV:
2H+(aq)+Mg2+O2-(s)->H2O(l)+Mg2+(aq)