H1: overview Flashcards

1
Q

Behavioral Medicine

A

Medische gedragswetenschappen: bestudering van gedrag vanuit de medische/ gezondheidsoptiek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Chronic disease

A

Chronische ziekte: ziekte die zich vaak over lange periode uitstrekt. Ziekte is vaak al lange tijd aanwezig voordat deze zich klinisch openbaart.

Chronische ziekten zijn degeneratieve ziekten, zoals hartziekten, kanker en beroertes - die zich over een lange periode ontwikkelen of aanhouden. En wereldwijd zijn chronische ziekten verantwoordelijk voor meer dan de helft van alle sterfgevallen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Congenital abnormalities

A

Congenitale afwijkingen: afwijkingen en ziekten ontstaan door geboorteafwijkingen of abnormale groei en ontwikkeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Epidemiology

A

Epidemiologie: wetenschap die de frequentie van ziekten bestudeert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Etiology

A

Etiologie: wetenschap die de oorzaken van ziekten bestudeert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Gender perspective

A

Genderperspectief: geslachtelijke verschillen bezien vanuit met name het sociaal-culturele perspectief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Incidence /Incidentie

A

Term uit de epidemiologie; het aantal nieuwe gevallen waarbij een bepaalde aandoening optreedt in een bepaalde tijdsperiode

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Morbidity

A

Morbiditeit = ziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Mortality

A

Sterfelijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Pineal gland

A

Epifyse, pijnappelklier: hormoonklier in de hersenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Prevalence

A

Prevalentie: term uit de epidemiologie; aantal gevallen met een bepaalde aandoening op een bepaald moment

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Psychosomatic medicine

A

Psychosomatische geneeskunde: wetenschap die zich bezighoudt met ziekten met een psychische component

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Scarlet fever

A

Roodvonk : kinderziekte: het komt vooral voor bij kinderen tussen 3 en 8 jaar. Symptomen zijn koorts, keelpijn en ruwe plekjes op de huid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Typhoid

A

Tyfus: bacteriële infectie die verscheidene organen kan aantasten. Het is zeer besmettelijk en kan ernstig of fatale gevolgen hebben. vb buiktyfus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Illness/wellness continuum

A

Continuüm met de dood aan de linkerkant en optimaal welzijn aan de rechterkant. Gezondheid is hier een positieve toestand van lichamelijk, geestelijk en sociaal welzijn die varieert in de tijd langs een continuüm. Aan het wellness-uiteinde is gezondheid de dominante toestand. Aan het einde van de dood is ziekte of verwonding de dominante toestand waarin destructieve processen karakteristieke tekenen, symptomen of handicaps (disabilities) voortbrengen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Infectious deceases

A

Besmettelijke ziekten zijn acute ziekten die worden veroorzaakt door schadelijke stoffen of micro-organismen, zoals bacteriën of virussen, in het lichaam. In een groot deel van de wereld zijn infectieziekten vandaag de dag nog steeds een belangrijke doodsoorzaak. Met name in lagere inkomens- of ontwikkelingslanden zijn infecties van de lagere luchtwegen, zoals longontsteking en tuberculose, diarree ziekten en HIV/AIDS de belangrijkste doodsoorzaken

17
Q

Hoe zijn de patronen van ziekte in ontwikkelde landen veranderd - vb US?

A

Geschiedenis van ziekten in de Verenigde Staten.

  1. Vanaf de vroege koloniale tijd in Amerika tot in de 18e eeuw kenden de kolonisten periodieke epidemieën van vele besmettelijke ziekten, met name pokken, difterie, gele koorts, mazelen en griep. Vele mensen stierven tijdens één enkele epidemie, vooral kinderen. Twee andere besmettelijke ziekten, malaria en dysenterie, waren wijdverspreid en vormden een nog grotere bedreiging. Hoewel deze twee ziekten over het algemeen niet direct dodelijk waren, verzwakten zij de slachtoffers en verminderden zij hun vermogen om weerstand te bieden tegen andere dodelijke ziekten. De meeste van deze besmettelijke ziekten, zo niet alle, werden meegebracht door de Europese kolonisten en het sterftecijfer onder de inheemse Amerikanen rees de pan uit. Dit hoge sterftecijfer had twee redenen. Ten eerste was de inheemse bevolking nooit blootgesteld aan deze nieuwe micro-organismen, en had dus niet de natuurlijke immuniteit die ons lichaam ontwikkelt na langdurige blootstelling aan de meeste ziekten. Ten tweede waren de immuunfuncties van de inheemse bevolking waarschijnlijk beperkt door een lage mate van genetische variatie onder deze mensen.
  2. In de 19e eeuw waren besmettelijke ziekten nog steeds de grootste bedreiging voor de gezondheid van de Amerikanen. De ziekten uit de koloniale tijd eisten nog steeds vele levens, maar er verschenen ook nieuwe ziekten. De belangrijkste van deze ziekten was tuberculose, of “tuberculose” zoals het vaak werd genoemd. In 1842, bijvoorbeeld, was tuberculose de oorzaak van 22% van alle sterfgevallen in de staat Massachusetts .
  3. Tegen het einde van de 19e eeuw was het aantal sterfgevallen door besmettelijke ziekten sterk gedaald.
  4. In de 20e eeuw hebben zich grote veranderingen voorgedaan in de ziektepatronen waarmee mensen te maken hebben. Het sterftecijfer als gevolg van levensbedreigende infectieziekten daalde, en de gemiddelde levensverwachting van de mensen nam dramatisch toe. Bvb. rond de eeuwwisseling was de levensverwachting van baby’s in de VS bij de geboorte ongeveer 48 jaar; vandaag is dat bijna 79 jaar Een belangrijke reden voor deze stijging is het hoge sterftecijfer onder kinderen vele jaren geleden. Vandaag ligt het sterftecijfer voor Amerikaanse kinderen veel lager en is er slechts een klein verschil in de verwachte totale levensduur voor pasgeborenen en 20-jarigen. Ontwikkelde landen over de hele wereld kenden een soortgelijke geschiedenis.
  5. Mensen sterven nu op latere leeftijd en door andere oorzaken. De belangrijkste gezondheidsproblemen en doodsoorzaken in de ontwikkelde landen zijn chronische ziekten - dwz. degeneratieve ziekten, zoals hartaandoeningen, kanker en beroertes - die zich over een lange periode ontwikkelen of langer aanhouden. Wereldwijd zijn chronische ziekten verantwoordelijk voor meer dan de helft van alle sterfgevallen. Deze ziekten zijn niet nieuw, maar vóór de 20e eeuw waren ze verantwoordelijk voor een veel kleiner deel van de sterfgevallen omdat mensen gewoon niet de leeftijd bereikten waarop deze ziekten de kop opsteken.
18
Q

Eind 19 de eeuw daalde het aantal besmettelijke ziekten - wat zijn hier redenen voor?

A
  1. Tot op zekere hoogte de medische vooruitgang. Maar de grootste afname vond plaats voordat effectieve vaccins en medicijnen werden geïntroduceerd. Voor de meeste van de belangrijkste ziekten waaronder tuberculose, difterie, mazelen en griep .
  2. Het lijkt erop dat de daling vooral het gevolg was van preventieve maatregelen, zoals een betere persoonlijke hygiëne, een grotere weerstand tegen ziekten (door een betere voeding) en vernieuwingen op het gebied van de volksgezondheid, zoals de bouw van waterzuiverings- en rioolwaterzuiveringsinstallaties.
  3. Veel mensen begonnen rekening te houden met het advies van gezondheidshervormers als William Alcott, een voorstander van matiging in dieet en seksueel gedrag. Er vielen dus ook minder doden door ziekten omdat minder mensen ze opliepen.
19
Q

Waarom waren vóór de 20e eeuw chronische ziekten verantwoordelijk voor een veel kleiner deel van de sterfgevallen dan nu?

A

Chronische ziekten zijn niet nieuw, maar vóór de 20e eeuw waren ze verantwoordelijk voor een veel kleiner deel van de sterfgevallen.

  • Een van de redenen is dat het leven van de mensen tegenwoordig anders is. Meer mensen worden bijvoorbeeld oud, en chronische ziekten treffen eerder oudere dan jongere mensen. Een belangrijke reden voor de huidige opkomst van chronische ziekten is dus dat meer mensen de leeftijd bereiken waarop zij een hoog risico lopen deze ziekten op te lopen.
  • Bovendien heeft de groei van de industrialisatie de stress en de blootstelling van de mensen aan schadelijke chemicaliën doen toenemen. Trends tonen aan dat chronische ziekten snel toenemen in lage-inkomenslanden of ontwikkelingslanden in de wereld: in de komende decennia zullen sterfgevallen als gevolg van andere infectieziekten dan HIV/AIDS naar verwachting afnemen, terwijl sterfgevallen als gevolg van hart- en vaatziekten, tabaksgerelateerde chronische ziekten en chronische ziekten die verband houden met obesitas, zoals diabetes, waarschijnlijk zullen toenemen
20
Q

Zijn de belangrijkste doodsoorzaken bij kinderen en adolescenten anders dan bij volwassenen? Zo ja welke oorzaken van kinder / adolescenten sterfte?

A

Ja. In de VS bvb. is de belangrijkste doodsoorzaak bij kinderen en adolescenten geen ziekte maar in de leeftijdsgroep van 1 tot 24 jaar in volgorde van voorkomen;

  1. Letsel door ongevallen. Ongeveer 40% van de sterfgevallen is het gevolg van ongevallen, waarbij vaak auto’s betrokken zijn.
  2. Zelfmoord,
  3. Kanker en
  4. Hart- en vaatziekten,

Deze 3 laatste komen alle veel vaker voorkomen bij 15- tot 24-jarigen dan bij jongere leeftijdsgroepen. Het is duidelijk dat de rol van ziekten bij het overlijden sterk verschilt naar gelang van het tijdstip van de levensloop.

21
Q

Trephination

A

Trephinatie is de chirurgische ingreep waarbij een gat in de schedel wordt gemaakt door het wegnemen van een rond stuk bot. Vermoedelijk gebeurde dit om bijgelovige redenen, bvb om ziekteveroorzakende demonen de kans te geven het hoofd te verlaten. In de oudheid werd trepanatie beschouwd als een behandeling voor verschillende kwalen, zoals hoofdwonden. Het kan ook zijn gebruikt om pijn te behandelen. Sommige wetenschappers denken ook dat de praktijk werd gebruikt om geesten uit het lichaam te trekken bij rituelen. Vaak overleefde en genas de persoon na de operatie.

22
Q

Humoral theory of illness

A

Hippocrates, vaak “de vader van de geneeskunde” genoemd, stelde een humorale theorie van ziekte voor. Volgens deze theorie bevat het lichaam vier vloeistoffen, humors genaamd (in de biologie verwijst de term humor naar elke plantaardige of dierlijke vloeistof). Wanneer het mengsel van deze humoren harmonieus of evenwichtig is, verkeren we in een gezonde toestand. Ziekte ontstaat wanneer het mengsel niet in orde is. Hippocrates raadde aan een goed dieet te volgen en excessen te vermijden om de humorale balans te helpen bereiken.

23
Q

Mind / body problem

A

De kwestie in de psychologie en filosofie betreffende de relatie tussen processen en functies van de geest en die van het lichaam.

De Griekse filosofen, met name Plato, behoorden tot de eersten die stelden dat de geest en het lichaam gescheiden entiteiten zijn. De geest werd geacht weinig of geen relatie te hebben met het lichaam en zijn gezondheidstoestand. Dit bleef de dominante opvatting van schrijvers en filosofen gedurende meer dan duizend jaar. Vandaag de dag zijn het lichaam en de geest gescheiden concepten: Het lichaam verwijst naar ons fysieke wezen, inclusief onze huid, spieren, botten, hart en hersenen; de geest verwijst naar een abstract proces dat onze gedachten, percepties en gevoelens omvat. Hoewel we het verstand en het lichaam conceptueel kunnen scheiden, is een belangrijke vraag of ze onafhankelijk van elkaar functioneren. De vraag naar hun relatie wordt het geest/lichaam-probleem genoemd.

24
Q

Wat was de opvatting van Plato?

A

De Griekse filosofen, met name Plato, behoorden tot de eersten die stelden dat de geest en het lichaam gescheiden entiteiten zijn. De geest werd geacht weinig of geen relatie te hebben met het lichaam en zijn gezondheidstoestand. Dit bleef de dominante opvatting van schrijvers en filosofen gedurende meer dan duizend jaar. Vandaag de dag zijn het lichaam en de geest gescheiden concepten: Het lichaam verwijst naar ons fysieke wezen, inclusief onze huid, spieren, botten, hart en hersenen; de geest verwijst naar een abstract proces dat onze gedachten, percepties en gevoelens omvat. Hoewel we het verstand en het lichaam conceptueel kunnen scheiden, is een belangrijke vraag of ze onafhankelijk van elkaar functioneren. De vraag naar hun relatie wordt het geest/lichaam-probleem genoemd.

25
Q

Wie was Galen en wat ontdekte hij ivm ziekten?

A

Galen was een beroemd en zeer gerespecteerd arts en schrijver uit de 2e eeuw na Christus, die in Griekenland was geboren en in Rome zijn beroep uitoefende. Hoewel hij over het algemeen geloofde in de humorale theorie en de scheiding tussen geest en lichaam, deed hij veel vernieuwingen. Hij “ontleedde bijvoorbeeld dieren van vele soorten (maar waarschijnlijk nooit een mens), en deed belangrijke ontdekkingen over de hersenen, de bloedsomloop, en de nieren” . Door dit werk werd hij zich ervan bewust dat ziekten gelokaliseerd kunnen zijn, met pathologie in specifieke delen van het lichaam, en dat verschillende ziekten verschillende gevolgen hebben. De ideeën van Galen werden algemeen aanvaard.

26
Q

Pathologie

A

Pathologie wordt ook wel ‘ziekteleer’ genoemd. Het is een medisch specialisme dat zich bezighoudt met het diagnosticeren (vaststellen) van ziekten. Daarnaast bestaat het vakgebied uit het onderzoeken van oorzaken en mechanismen voor het ontstaan van ziektes.

27
Q

Waardoor vertraagde de ontwikkeling van medische kennis zo significant in de Middeleeuwen?

A

De invloed van de Kerk op het afremmen van de ontwikkeling van de medische kennis tijdens de Middeleeuwen was enorm. Volgens historici beschouwde de kerk de mens als een schepsel met een ziel, bezeten van een vrije wil die hem apart zette van de gewone natuurwetten, enkel onderworpen aan zijn eigen wilskracht en misschien de wil van God. Een dergelijk schepsel, dat een vrije wil heeft, kon geen voorwerp zijn van wetenschappelijk onderzoek. Zelfs het lichaam van de mens werd als onaantastbaar beschouwd, en ontleding was gevaarlijk voor de ontleder. Deze beperkingen van het onderzoek hebben de ontwikkeling van de anatomie en de geneeskunde eeuwenlang belemmerd.

Het verbod op dissectie strekte zich ook uit tot dieren, omdat men dacht dat die ook een ziel hadden.

De ideeën van de mensen over de oorzaak van ziekte kregen een uitgesproken religieuze ondertoon, en het geloof in demonen werd weer sterk. Ziekte werd gezien als een straf van God voor het doen van slechte dingen. Als gevolg hiervan kreeg de Kerk controle over de uitoefening van de geneeskunde en raakten priesters steeds meer betrokken bij de behandeling van zieken, vaak door het lichaam te martelen om boze geesten uit te drijven.

28
Q

Waardoor werd de belangstelling (id 13 de eeuw) voor het onderwerp geest/lichaam probleem hernieuwd (na afloop van de invloed van de kerk) en beïnvloedde latere filosofen?

A

Pas in de 13e eeuw ontstonden er nieuwe ideeën over het geest/lichaam probleem. De Italiaanse filosoof St. Thomas van Aquino verwierp de opvatting dat het verstand en het lichaam gescheiden zijn en zag ze als onderling verbonden. Hoewel zijn standpunt niet zo’n grote invloed had als anderen hadden gehad, hernieuwde het de belangstelling voor het onderwerp en beïnvloedde het latere filosofen.