H1 Leren: Een complex en onzichtbaar proces Flashcards

1
Q

Formeel leren

A

Hoort bij georganiseerd leren, wordt aangeboden door het onderwijs, heeft duidelijke leerdoelen, kwaliteitseisen en eindigt met een certificaat of diploma.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Informeel leren

A

Hoort bij niet-georganiseerd leren, het kan overal gebeuren. Het is een bij-product van een niet op leren gerichte activiteit. Dit eindigt niet met een certificaat of diploma.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Non-formeel leren

A

Doelgericht en georganiseerd leren, alleen het staat los van het reguliere onderwijs. Er zit ook geen certificaat aan verbonden. Dit zijn bijvoorbeeld congressen of cursussen waar je vrijwillig aan mee kunt doen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Nurture

A

Leren; Waarneembaar gedrag dat gewijzigd is door factoren van buiten het individu.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Nature

A

Rijping; Waarneembaar gedrag dat gewijzigd is door factoren binnen het individu.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Ontwikkeling

A

Bijgevolg als de opeenstapeling van leerervaringen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Frontaalkwab (frontale cortex)

A

Beoordeling, problemen oplossen, spreken & schrijven, intelligentie, concentratie, impulscontrole, doelgerichtheid en zelfbeeld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wandkwab (pariëtale cortex)

A

Interpretatie van taal, visuele perceptie, interpreteren van zintuiglijke- & geheugensignalen, tastzin en controle over lichaamsdelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Achterhoofdskwab (occipitale cortex)

A

Interpreteert kleur, licht & beweging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Slaapkwab (temporale cortex)

A

Begrijpen van taal, bepaalde geheugenprocessen, onze motivatie, ons gehoor, centrum van onze emoties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Gevoelige periode

A

De hersenen zijn extra plastisch (overproductie van grijze stof) en kunnen in die tijd makkelijke specifieke stof opnemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Duurzame verandering

A

Leren verwijst naar de verandering in iemands gedrag of gedragsmogelijkheden als gevolg van herhaalde ervaring of oefening. (Bower)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Brain-based learning

A

Onderwijs baseren op bevindingen hersenwetenschap.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hypothetisch proces

A

Leren is iets wat men concludeert op grond van welke gedragingen men constateert.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Functionele opvatting

A

Hebben een dubbele houding t.a.v. school en leren. Zijn resultaatgericht en zoeken de samenwerking op.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Beperkte leerconceptie

A

Hebben nog onvoldoende opvattingen over hun eigen leren en vertonen ongericht leergedrag. Hebben positieve houding naar school en hebben externe sturing nodig.

17
Q

Ontwikkelingsgerichte leerconceptie

A

Lijken de elementen van beperkte en functionele te combineren. Motivatie komt vanuit een leertaak en pakken het zelf aan. Kunnen zichzelf sturen.

18
Q

Opnameconceptie

A

Opnemen van kant-en-klare informatie. Memoriseren en reproduceren van de aangeboden informatie.

19
Q

Constructieconceptie

A

Leren is op actieve wijze verwerven van inzicht door het aanbrengen van relaties tussen eerder verworven informatie en nieuwe informatie. Het leren is het bouwen met betekenissen.

20
Q

Toepassingsconceptie

A

Leren gaat om de gebruikswaarde of het nut van de kennis. Je moet het kunnen toepassen.

21
Q

Stimuleringsconceptie

A

Leren gaat door stimulansen ontvangen. Ze moeten door anderen aangezet of geprikkeld worden om te blijven leren.

22
Q

Samenwerkingsconceptie

A

Hechten veel waarde aan het samenwerken met medeleerlingen en verdeling van taken.