H1 En 2 Flashcards

1
Q

Allochtoon

A

Iemand die geboren is in het buitenland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Autochtoon

A

Iemand die in zijn woongebied is opgegroeid en er is blijven wonen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Bebouwingdichtheid

A

Gemiddeld aantal huizen per km2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bestemmingsplan

A

Nauwkeurig plan voor de inrichting van de ruimte in een gemeente

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Gezinsverdunning

A

Daling van het aantal mensen per huishouden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Leefbaarheid

A

Hoe mensen het dagelijks leven in een buurt of wijk ervaren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Ontgroening

A

Afname van het percentage jongeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Renoveren

A

Het opknappen van slechte woningen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Saneren

A

Het opknappen van oude huizen in de oorspronkelijke staat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Stadsvernieuwing

A

Aanpak om leefbaarheid in wijken te vergroten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Vergrijzing

A

Toename van het percentage mensen van 65 jaar en ouder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Voorzieningen

A

Dienstverlenende activiteiten waar alle mensen gebruik van kunnen maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welvaart

A

De economische rijkdom van een gebied

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welzijn

A

De woon en leef omstandigheden in een gebied

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wijkenaanpak

A

Plan van de Nederlandse regering om probleemwijken op te knappen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Armoedegrens

A

Het aantal inwoners van een land dat in arme omstandigheden leeft

17
Q

Bbp per hoofd

A

Het gemiddelde inkomen per inwoner van een land

18
Q

Beroepsbevolking

A

Deel van de bevolking tussen 15 en 65 jaar dat in staat is betaalde arbeid te verrichten

19
Q

Brp per hoofd

A

Het gemiddelde inkomen per inwoner van een gebied of regio

20
Q

Bruto binnenlands product

A

Het totale inkomen van een land

21
Q

Bruto regionaal product

A

Het totale inkomen van een gebied of regio

22
Q

Gebruiksgoederen

A

Goederen die je gebruikt in het dagelijks leven

23
Q

Human Development index HDI

A

manier om het welzijn te meten aan de hand van onderwijs

24
Q

Levensverwachting

A

Gemiddeld aantal jaren dat je te leven hebt

25
Welvaartsziekten
Ziekten waaraan mensen dood gaan omdat ze door betere voorzieningen langer leven
26
Zuigelingensterfte
Gemiddeld aantal levend geborenen dat sterft in het eerste levensjaar