H1: Basisprincipes Flashcards
Wat zijn basisprincipes?
Uitgangspunten waarop de zorg is gebaseerd
Laat toe:
- nadenken + zorg individualiseren
- zorg steeds aanpassen naargelang de situatie
! ze kunnen gericht of algemeen zijn
Wat is een procedure?
Korte richtlijn omtrent het uitvoeren van een verpleegkundige interventie/handeling die altijd op dezelfde manier wordt uitgevoerd en gemotiveerd wordt vanuit de basisprincipes.
(niet gedetailleerd, meerdere oplossingen mogelijk)
Wat is het doel van de basisprincipes?
De interventie optimaal aanpassen aan de omstandigheden
Wat is het belang van de basisprincipes?
Verplegen -> vaak terugkomende handelingen -> vaste werkwijze ->
- meer aandacht voor de ZO
- vlotte uitvoering
- handelswijze wordt vooraf beredeneerd en geëvalueerd
- bevordert het samen uitvoeren van de zorg
(werkwijze is voorspelbaar en adequaat)
Geef de volgorde van de basisprincipes.
- Hygiëne en Asepsis
- Veiligheid ZO / deskundig werken
- Beleving ZO
- Zelfzorg en inspraak
- Comfort
- Ergonomie
- Economie
- Ecologie
! volgorde van prioriteit zal in uitz. gevallen zoals bij terminale ZO verschillen: comfort gaat boven hygiëne.
Wat is hygiëne?
Een teken van respect en resultaat van opvoeding.
Nodig voor preventie van besmettingen.
Niet steeds rationeel, maar ook emotioneel.
Wat is een besmetting?
Welke soorten infecties bestaan er?
Besmetting = bedreiging voor de mens
Besmetting = overgang van een micro-organisme van een bron via een overgangsweg naar iets of iemand
Besmettingskans = ziekenhuis > thuiszorg
- Preventie ZO door ZO zelf (= auto-infectie)
- Preventie ZV van ZO naar ZO (= kruisinfectie)
Wat zijn de algemene regels omtrent infectiepreventie?
° Contact vermijden met besmettingsbron:
- direct
- indirect (bv: kiemen op schort -> contact met ZO II -> besmetting)
° Verspreiding kiemen vermijden:
- verspreidingswegen
- preventieve maatregelen
- isolatiemaatregelen (gewone of omgekeerde)
! omgekeerde isolatie = omgeving is gevaarlijk voor ZO
-> ZO wordt beschermd tegen eventuele infecties van buitenaf
Hygiëne en asepsis vertaald naar handelingsstrategieën:
° Rechtstreeks contact met lichaamssecreten vermijden -> handschoenen
° Werken van minst naar meest bevuild (in deelzorg + totaalzorg)
° Niet-geïnfecteerde wonden eerst verzorgen, daarna geïnfecteerde
Veiligheid ZO / deskundig werken in handelingsstrategieën vertaald:
° Voldoende gegevens ZO verzamelen (medische voorgeschiedenis/dossier, ZO, medehulpverleners, belangrijke anderen,…)
° Voldoende inzicht en kennis in de interventie
° !! Veilig handelen eindigt altijd in het doorgeven van eigen observaties en het deskundig rapporteren
Beleving ZO: wat zijn vaak voorkomende gevoelens?
° angst voor het onbekende
-> gaan vaak uit van slechtste hypothese
° angst en ongenoegen tgv het verstoren van de privacy
! privacy = het domein waarop de persoon enkel vertrouwde of vertrouwenspersonen toelaat.
- ruimtelijke aspecten: bv. ziekenkamer
- symbolische aspecten: bv. praten over intieme onderwerpen
° onrust omtrent diagnose
Beleving ZO: vertaald naar handelingsstrategieën:
° voldoende tijd nemen
° beroepsjargon vertalen
° inzicht krijgen in belevingswereld ZO
° luisteren en actief op inspelen (erop ingaan)
° beroepsgeheim respecteren
° privacy respecteren (bv. persoon zsm weer afdekken)
° gevoelens van onrust laten uiten
-> open vragen stellen
-> copingstrategieën zoeken samen met ZO
-> verwijzen indien nodig (teamafspraken)
Zelfzorg en inspraak
ZO komt in: - afhankelijke positie
- vreemd milieu (weet veel dingen niet bv. operaties)
(grote impact)
Zelfzorg en inspraak vertaald naar handelingsstrategieën:
° ZO autonoom laten zijn + motiveren, eigen beslissingen nemen
° nodige tijd en hulpmiddelen voorzien
° zelfzorg en inspraak bij:
- plannen
- tijdstip van uitvoeren
- uitvoering zelf
Comfort:
Wat is comfort?
Wat zijn de beïnvloedende factoren?
Ziekenhuissituatie: doorbreking van normale levenspatronen
Comfort = aspect van de beleving van de ZO
Beïnvloedende factoren:
- houding
- temperatuur (kledij, bedekking,…)
- lawaai (storende geluiden bv. apparatuur)
- interpersoonlijke sfeer (weet met wie men te maken heeft: medepatiënt, ZV, eigen gerief,…)
- goed geplande gecoördineerde zorg en vlotte uitvoering