H1: Background to the Study of Psychology Flashcards

1
Q

Associatie door contiguïteit

A

Aristoteles ‘principe dat als twee omgevingsgebeurtenissen (stimuli) tegelijkertijd of de ene direct na de andere (aaneengesloten) plaatsvinden, die gebeurtenissen in de geest met elkaar zullen worden verbonden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Level of analysis

A

Het type (‘niveau’) van het causale proces waarnaar wordt verwezen bij het verklaren van een bepaald fenomeen. In de psychologie kan een bepaald type gedrag worden verklaard op neuraal, fysiologisch, genetisch, evolutionair, lerend, cognitief, sociaal, cultureel of ontwikkelingsniveau van analyse.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Gedrag - Behaviour

A

De waarneembare handelingen van een individuele persoon of dier.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Gedragsgenetica - behavioral genetics

A

Onderzoeksspecialiteit die probeert psychologische verschillen tussen individuen te verklaren in termen van verschillen in hun genen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Gedragsneurowetenschappen - behavioral neuroscience

A

Onderzoeksspecialiteit die gedrag probeert te verklaren in termen van processen die plaatsvinden in het zenuwstelsel. Meer specifiek onderzoek met invasieve technieken (bijvoorbeeld eencellige opnames) met niet-menselijke dieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Biopsychologie

A

De tak van de psychologie die de manieren bestudeert waarop hormonen en medicijnen inwerken op de hersenen om gedrag en ervaring te veranderen, zowel bij mensen als bij niet-menselijke dieren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Cognitieve neurowetenschap

A

Onderzoeksspecialiteit die probeert cognitie te verklaren in termen van processen die plaatsvinden in het zenuwstelsel met behulp van niet-invasieve technieken bij mensen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Cognitieve psychologie

A

Onderzoeksspecialiteit die probeert gedrag of mentale ervaringen te verklaren in termen van de cognities (items van mentale informatie of kennis) die ten grondslag liggen aan het gedrag of de ervaring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Culturele psychologie

A

Onderzoeksspecialiteit die mentale ervaringen en gedrag probeert te verklaren in termen van de cultuur waarin de persoon zich heeft ontwikkeld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Ontwikkelingspsychologie

A

De tak van de psychologie die veranderingen in de capaciteiten en gedragsstijlen van mensen naarmate ze ouder worden in kaart brengt en probeert de factoren te begrijpen die deze veranderingen veroorzaken of beïnvloeden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Dualisme
Wie?
Contrast?

A

Rene Descartes.
De filosofische theorie stelt dat twee verschillende systemen - het materiële LICHAAM en de immateriële ZIEL- betrokken zijn bij de beheersing van gedrag. Contrast = materialisme.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Empirisme
Wie?
Contrast?

A

John Locke.
Het idee dat alle menselijke kennis en gedachten uiteindelijk voortkomen uit ZINTUIGELIJKE ervaring; de filosofische benadering van het begrijpen van de geest die op dat idee is gebaseerd. Contrast = Nativisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Evolutionaire psychologie

A

Onderzoeksspecialiteit die probeert uit te leggen hoe of waarom specifieke gedragskenmerken tot stand zouden zijn gekomen door natuurlijke selectie in de loop van de evolutie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Leerpsychologie

A

Het psychologische specialisme dat zich het meest direct en uitsluitend bezighoudt met het verklaren van gedrag in termen van leren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Materialisme
Wie?
Contrast?

A

Thomas Hobbes ‘theorie stelt dat er niets anders bestaat dan materie en energie. Contrast = Dualisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Geest - mind

A
  1. De hele set van iemands sensaties, percepties, herinneringen, gedachten, dromen, motieven, emotionele gevoelens en andere subjectieve ervaringen.
  2. In de cognitieve psychologie, de set van hypothetische informatieverwerkingsstappen die stimulusinformatie analyseren en gedragsreacties organiseren.
17
Q

Nativisme
Wie?
Contrast?

A priori
A posteriori

A

Immanuel Kant
Het idee dat bepaalde elementaire ideeën eigen zijn aan de menselijke geest en niet door ervaring hoeven te worden opgedaan; de filosofische benadering van het begrijpen van de geest die op dat idee is gebaseerd.

Contrast = Empirisme

Nature vs Nurture
A priori - ingebouwd in het menselijk brein en hoeft niet te worden geleerd

A posteriori - dmv ervaringen uit de omgeving

18
Q

Psychologie

A

De wetenschap van gedrag en de geest.

19
Q

Wetenschap

A

Een benadering voor het beantwoorden van vragen die is gebaseerd op de systematische verzameling en logische analyse van objectief waarneembare gegevens.

20
Q

Sociale psychologie

A

De tak van de psychologie die probeert te begrijpen hoe het gedrag en de subjectieve ervaringen van individuen worden beïnvloed door de feitelijke of ingebeelde aanwezigheid van andere mensen