Grondslagen 2 Flashcards
Welke tegenstelling kent de midden volwassen fase volgens erikson
Generativiteit vs stagnatie
Wat is generativiteit en stagnatie
Het gevoel hebben iets bij te dragen aan het leven (generalisatie)
Bagataliseren van eigen activiteiten( stagnatie)
Erikson adolescentie conflict
Identiteit vs identiteits verwarring
Bij welke leertheorie zien we reinforcement
Behaviorisme
Bij welke leer theorie zien we assimilatie en accommodatie en wat is het?
Cognitieve leertheorie
Assimilatie: je het iets geleerd en past die theorie toe op iets niets
Accommodatie: je denken aanpassen door nieuwe stimuli
In welke 4 thema’s kunnen het onderzoek naar kinderen verdelen?
1 fysieke ontwikkeling
2 cognitieve ontwikkeling
3 Sociale ontwikkeling
4 Persoonlijkheids ontwikkeling
Op welke menselijke ontwikkelingen richt ontwikkelingspsychologie zich?
Universele ontwikkelprincipes
Culturele en etnische verschillen
unieke aspecten van individuen.
Met welke vragen houdt ontwikkelingspsychologie zich bezig?
Hoe ontwikkelen, groeien en veranderen mensen.
Stabiliteit in het leven van kinderen en adolescenten.
Op welke gebieden en in welke periode van het leven veranderen mensen, groeien ze en verhoudt hun gedrag tot eerder gedrag.
Wat zijn sociale constructies?
Leeftijdsgroepen waarin kinderen verdeeld zijn. Ze moeten gezien worden als gemiddelden
Wat is Nature, nurture en Maturatie?
Nature: is aangeboren/erfelijk
Nurture: is invloed van buitenaf
Maturatie: Het geleidelijk ontvouwen van genetische informatie.
Wat is ID/ES (freud)?
Volledige gericht op eigenbehoefte, het instinct.
Wat is het EGO (Freud)?
Gezond verstand, ontstaat in het eerste levensjaar. Realisteitsprincipe. Het stemt het ID en het superego op elkaar af.
Wat is het SUPEREGO (Freud)?
Ontstaat in 4 a 5 de levensjaar, eerst van uit je omgeving, later van uit je zelf. bevat je normen en waarden en je geweten.
Wat is Fixatie en Regressie (freud)?
Fixatie: Blijven steken in de ontwikkeling
Regressie: terugvallen in de ontwikkeling
Wat is Psycho-seksuele ontwikkeling?
Alle kinderen maken verschillende fasen van genot door, bij verschillende lichamelijke ervaringen die met een ander deel van het lichaam worden geassocieerd.
Wanneer spreken we van Fixatie en hoe komt dat tot uiting?
Wanneer er iets mis gaan in de ontwikkeling kan de ontwikkeling stagneren dit noemen we fixatie, dit komt tot uiting in symbolische vormen van de fase.
Wat is het oepidus-complex?
Dit komt voor aan het einde van de Fallisisce fase. Rond de 5 jaar. De verschillen tussen man en vrouw springen in het oog. Jongens beginnen (onbewust) seksuele belangstelling voor hun moeder te krijgen en zien hun vader als concurrent. Vader wordt gezien als almachtig en dit manifesteert zich in vergeldingsdrang.. Jongens gaan zich identificeren met vader en doen alles er aan om op hem te lijken.
Wat is het elektracomplex?
Het zelfde als het oepidus complex, maar dan bij meisjes.
0-1 jr noem de stadia van Freud en de crisis van Erikson.
Freud: Orale fase. Zuigen, eten bewegen van lippen.
Erikson: Vertrouwen vs Wantrouwen.
1-3 jr peuter noem de stadia van Freud en de crisis van Erikson.
Freud: Anale fase, bevrediging van het ophouden en loslaten van ontlasting.
Erikson: Autonomie vs schaamte, twijfel.
3-5 jr kleuter noem de stadia van Freud en de crisis van Erikson
Freud: fallische fase, interesse in genitaliën, oepidus/elektracomplex.
Erikson: Initiatief vs schuld.
6-12 lagere school noem de stadia van Freud en de crisis van Erikson.
Freud: Latentie, er gebeurd niet zo veel qua ontwikkeling.
Erikson: Vlijt vs minderwaarigheid.
12-19 jr adolescenten noem de stadia van Freud en de crisis van Erikson.
Freud: Gentiale fase, opnieuw ontluiken van seksuele interesse, volwassen relaties aangaan.
Erikson: Identiteit vs identiteitverwarring.
20-30 jr jongvolwassenen, welke crisis hoort bij deze leeftijd volgens Erikson?
Intimiteit vs isolement.
30-65 jr midden volwassenen, welke crisis hoort bij deze leeftijd volgens Erikson?
Scheppend vermogen vs zelfingenomenheid.
65 jr tot dood, ouderen, welke crisis hoort bij deze leeftijd volgens Erikson?
Ego, integriteit vs Wanhoop.
Wat kun je vertellen over Watson (behaviorisme)?
De ontwikkeling van een kind kunnen we volledig begrijpen als we naar de stimuli in de omgeving van het kind kijken. Elk gedrag is op te roepen door de omgeving van een persoon te sturen.
Wat is Behaviorisme?
Kijkt naar onbewuste processen, de mens wordt van buitenaf bestudeerd. Met de nadruk op waarneembare feiten, de effecten op mensen, voorwerpen en gebeurtenissen op hun gedrag. Nurture is belangrijker van Nature.
Klassieke conditionering, wie is daar achter gekomen en wat is het?
Pavlov, een organisme reageert op een bepaalde manier op een neutrale stimulus. Terwijl de stimulus normaal niet dit gedrag zal uitlokken.
VB hond gaat kwijlen als hij een bel hoort, omdat hij geleerd heeft eten te krijgen als hij de bel hoort.
Wat is operante conditionering en wie is daar achter gekomen?
Skinner, een vrijwillige respons wordt gestimuleerd of verzwakt door positieve of negatieve consequenties.
Waar kan operante conditionering worden toegepast?
Bij gedragsmodificatie, techniek om de frequentie van gewenst gedrag te verhogen en de frequentie van ongewenst gedrag te verlagen.
Wat is de sociale leertheorie en wie kwam daar achter?
Albert Bandura, leren door het gedrag van een ander persoon te observeren.
In welke 4 stappen voltrek de sociale leertheorie zich?
1 De waarnemer moet de cruciale aspecten van het gedrag van het model bewust waarnemen.
2 De waarnemer moet het gedrag zich kunnen herinneren.
3 Hij moet het gedrag zich accuraat kunnen reproduceren.
4 De waarnemers moet gemotiveerd zijn om het gedrag te leren en uit te voeren.
Hoe worden mensen gezien bij de sociale leertheorie?
Als Black boxes: Wat daar binnen gebeurd wordt niet begrepen en is weinig interesse voor.
Wat is het cognitief perspectief?
Richt zich op de processen die mensen nodig hebben om de wereld te begrijpen, te leren kennen en er over na te denken. Hoe wordt informatie verwerkt en welke invloed heeft het op de manier van denken en het begrijpen van gedrag.
Wat zijn reflexen?
Niet aangeleerde, onvrijwillige responsen die automatische opreden in de aanwezigheid van bepaalde stimuli.
Noem eens een paar voorbeelden van reflexen.
Zuigreflex, slikreflex, zoekreflex, hoesten, knipperen,
Hoe zag Vygotsky de cognitieve ontwikkeling van kinderen?
als resultaat van sociale interactie. waarin kinderen leren van geleide participatie. Ze leren van leeftijdsgenoten en mentoren.
Wat is een systemisch perspectief?
Familieleden beïnvloeden het kind en het kind beïnvloed de familie. Afhankelijk van de frequentie en de mate van contact.
Wat is de socioculturele theorie?
Ontwikkeling is een wederzijdse interactie tussen de omgeving van het kind en het kind zelf. Mensen en omstandigheden beïnvloeden het kind.
Wat is de zone van de naaste ontwikkeling?
Het niveau waarop het kind een taak bijna zelfstandig kan voltooien, maar nog een beetje hulp bij nodig heeft. Hoe groter de verbetering na de hulp, hoe groter de zone van naaste ontwikkeling.
Wat is Scaffolding?
Tijdelijke ondersteuning van docenten, volwassenen en andere mensen om hun een taak aan te bieden. Naar mate de kinderen competenter worden kan de hulp verder terug getrokken worden. Bevordering van de ontwikkeling van hun algemene cognitieve vermogens.
Wat is cognitieve Theorie?
Theorieën over informatieverwerking, verklaring over op wat voor manier cognitieve groei zich voordoet. Hoe leert men, hoe werkt een geheugen.
Vertel eens over de theorie van Piaget?
Actie=Kennis en kennis is resultaat van motorisch gedrag. Er zijn mentale structuren die schema’s worden genoemd. Belangrijk is de verbetering van de kwaliteit van kennis en het begrip van kinderen.
Welke stadia erkent Piaget?
1 Sensomotische stadium
2 Pre-operationele stadium
3 Concreet operationele stadium
4 Formeel operationele stadium
Wat zijn de stadia in het Sensomotorische stadium (Piaget)?
Er zijn 6 substadia: 0-1jr 1 Eenvoudige reflexen 2 Primair circulaire gedachten 3 Secundaire circulaire gedachten 4 Coördinatie van secundaire circulaire gedachten 5 Tertiaire circulaire gedachten 6 Begin van het denken.
Wat houdt het stadia Eenvoudige reflexen in? (Piaget)
De verschillende reflexen vormen zich, ze zijn bepalend voor de interacties met de wereld, de kern van het cognitieve leven.
Wat zijn primaire circulaire gedachten? (Piaget)
Afzonderlijke acties worden gecombineerd tot geïntegreerde activiteiten. (grijpen en staren naar een object)
Wat zijn secundaire circulaire gedachten? (piaget)
Beginnen te spelen in hun omgeving. De wereld vergroot.
Wat is de coördinatie van de secundaire circulaire gedachten? (Piaget)
Kinderen gaan gebeurtenissen bewuster tot stand brengen. Ze combineren schema’s tot 1 handeling.
Ontwikkelen object permanentie.
Wat is tertiaire circulaire gedachten? (Piaget)
Het herhalen van activiteiten. Interesse van het onverwachte.
Wat wordt er bedoeld met het begin van het denken (Piaget)?
Het vermogen tot mentale representatie of symbolisch denken. Ze kunnen bedenken waar objecten zouden kunnen zijn.
Wat is het pre operationele stadium? (Piaget)
Van 2-4 jr Het vermogen om symbolisch te denken neemt toe. Het vermogen om te rederneren ontstaat en het gebruik van begrippen neemt toe. Gedrag wordt geïmiteerd ook als de desbetreffende persoon niet aanwezig is. fantasieën zijn nog werkelijkheid.
Wat is symbool gebruik?
het vermogen om een mentaal symbool, een woord of object te gebruiken voor iets wat niet fysiek aanwezig is. Gesystematiseerde tekeningen/afbeeldingen worden gebruikt om kinderen te ondersteunen bij het begrijpen van symbolen. (picto’s)
Wat is symbolisch denken?
Door symbolisch denken kunnen peuters en kleuters hun acties symbolisch weer geven, hierdoor gaat het denken sneller. Taal vloeit voort uit cognitieve vooruitgang, niet andersom.
Wat is centralisatie?
het onvermogen van jonge kinderen om zich op meer dan 1 aspect van een stimulus te kunnen concentreren. Ze kunnen zich niet op alle aspecten richten. Ze concentreren zich alleen op de oppervlakkige, in het oog-springende aspecten.
Wat is Conservatie?
het inzicht dat kwantiteit niet gerelateerd is aan de opstelling en de uiterlijke verschijningsvorm van het object. Als 1 dimensie is veranderd hoeft dat niet betekenen dat de andere dimensies ook veranderd zijn. Bijv de limonade van uit een hoog smal glas in een breed lager glas schenken. Dit komt omdat de neiging tot centralisatie hen ervan weerhoudt zich te concentreren om relevante kenmerken in de situatie.
Wat is Transformatie?
Het proces waarbij de ene toestand veranderd in de andere. Kinderen in deze fase zijn nog niet in staat om de transformaties voor de geest te halen of te herinneren. Ze negeren de tussenstadia.
Wat is egocentrisme en welke 2 vormen kent het?
het onvermogen zich te verplaatsen in anderen. Ze begrijpen niet dat andere dingen op een andere manier zien. Kent 2 vormen
- het gebrek aan besef dat andere dingen vanuit een ander perspectief zien.
-Het onvermogen te realiseren dat andere gedachten, gevoelens, standpunten hebben die anders zijn van eigen gedachten, gevoelens en standpunten.
Ze maken zich geen zorgen over hun non-verbale gedrag en de invloed die dat heeft op andere.
Vb, het in zichzelf praten, met verstoppertje spelen zorgen dat ze niets zien
Wat is intuïtief denken?
een vorm van denken waarbij gretig kennis over de wereld wordt verwerft en primitief beredeneerd. Ze hebben vaak overal (niet kloppende) beredeneringen voor. Kinderen kunnen zich voordoen als echte specialisten op een bepaald gebied, tot je doorvraagt, want dan kloppen de beredeneringen van geen kant. In een later stadia bereidt het hen voor op geavanceerde vormen van redeneren
Wanneer gaan kinderen functionaliteit begrijpen en wat houdt dat in en waarom is dat belangrijk?
Aan het einde van de periode (Pre operationele fase )gaan ze functionaliteit begrijpen. Dit houdt in dat acties, gebeurtenissen en resultaten volgens vaste patronen aan elkaar gerelateerd zijn. BV een fiets gaat harder, als je harder trapt.
Ook beginnen ze zich bewust te worden van het begrip identiteit: het besef dat bepaalde dingen hetzelfde blijven ongeacht veranderingen in vorm, omvang en uiterlijk. Dit is noodzakelijk om conservatie te begrijpen
Wanneer zijn kinderen in het concreet operationele stadium? (Piaget) Wat houdt dit stadia in?
7-12 jarigen. Ze gebruiken actief en juiste logica. Ze zijn minder egocentrisch. Ze gaan reversibiliteit begrijpen. ( Een uitgevoerde handeling in gedachten weer terug draaien)
Wat is decentreren?
Rekening kunnen houden met verschillende aspecten in een situatie.
Wanneer gaan kinderen formeel operationeel denken?
vanaf 12 jaar.
Wat houdt formeel operatief denken in?
Het vermogen om abstract te kunnen denken is ontwikkeld. Door op een systematische en basale manier naar elk variabel te kijken, toetsen ze hun inzichten en ontdekken ze welke gevolgen hun acties hebben. Er wordt gebruikt gemaakt van hypothetisch-deductief-redeneren, ze beginnen met een algemene theorie over datgene wat een bepaald resultaat oplevert. Ze kunnen theorieën toetsen. Ook zijn ze in staat propositioneel te denken, het gebruik van abstracte logica in de afwezigheid van concrete voorbeelden
Komt iedereen in het formeel operatieve stadium? waarom wel en waarom niet?
Lang niet iedereen is in staat in dit stadia te denken. Schatting 25%. Inconsistenties, we vertrouwen eerder op onze intuïtie en mentale ezelbruggetjes dan op formele redeneringen. Ook de cultuur waarin je opgroeit is van belang. Mensen in een geïsoleerde, onderontwikkelde samenleving en weinig formeel onderwijs zullen minder snel op dit stadia opereren dan iemand in een technologische geavanceerde samenleving is opgegroeid. Het is niet zo dat ze dit stadium van denken helemaal niet bereiken. De wetenschappelijke manier van redeneren wordt niet evenzeer is alle samenlevingen gewaardeerd en daarom niet gestimuleerd.
Waar kan abstract redeneren toe lijden?
Regels en verklaringen worden niet meer zomaar aangenomen, ze zullen kritischer zijn. Ook leidt het tot een groter idealisme, hierdoor worden ze sneller ongeduldig als ze geconfronteerd worden met misverstanden bij instituties.
Ze gaan sneller een discussie aan, soms puur voor het discussiëren zelf. Het maakt ze gevoeliger voor tekortkomingen van ouders en docenten. Ze proberen de waarden en rechtvaardigingen waarmee ze in hun leven geconfronteerd worden op een actieve manier te begrijpen.
Wat is adaptie?
Het vermogen zich te kunnen aanpassen aan de omgeving.
Welke twee processen kent adaptie en leg die eens uit?
Assimilatie: Iets nieuws plaatsen in de wereld die we al kennen.
Accommodatie: Bijstelling van het denkkader.
Aan welke naam denk je bij Morele ontwikkeling?
Kohlberg.
Welke 3 stadia kent de morele ontwikkeling?
Preconventioneel moraal
Conventioneel moraal
postconventioneel moraal
Wat is pre-conventioneel moraal? Welke niveaus kent het?
Het vermijden van straf en het verlangen naar een beloning.
Niveau 1 nadruk op straf en gehoorzaamheid
Niveau 2 Nadruk op beloning.
Wat is conventioneel moraal? Welke Niveaus kent het?
Goedkeuring van andere willen, behoren tot de maatschappij.
Niveau 1 Brave-jongens-moraal
Niveau 2 Nadruk op autoriteit en sociale orde
Wat is een post-conventioneel moraal? Welk niveaus kent het?
Morele principes worden breder gezien dan principes uit de particuliere samenleving.
Niveau 1 Overeengekomen afspraken
Niveau 2 Individuele principes en geweten.
Wanneer doorloop je het post-conventioneel morale stadium?
Bij ong 13 jaar.
Waarom doorlopen meisjes een andere morele ontwikkeling?
Het gedrag van meisjes is anders en ze halen gewoonlijk een lagere score op test dan jongens.
Wie heeft een alternatief moreel model ontwikkeld voor meisjes?
Gilligan
Welke 3 stadiums kent de morele ontwikkeling van meisjes?
1 Nadruk op individuele samenleving
2 Goedheid als zelfopoffering
3 Moraal van geweldloosheid.
Nadruk op individuele samenleving. Noem de kenmerken. ( morele ontw. meisjes)
Wat is praktisch en het beste voor haar zelf? Geleidelijke overgang van zelfzuchtig naar verantwoordelijkheid.
Onderdeel is stilstaan bij wat het beste is voor de ander.
Goedheid als zelfopoffering. Noem de kenmerken (Morele ontw. meisjes)
Opvatting dat je je eigen wensen ondergeschikt moet maken aan een ander. Geleidelijke overgang van goedheid naar waarheid, er wordt zowel met de eigen behoefte als die van een ander rekening gehouden.
Moraal van geweldloosheid. Noem de kenmerken. (morele ontw meisjes)
Moreel evenwicht tussen zichzelf en de ander. Iemand kwetsen (incl zichzelf) is immoreel.
Wat zijn de universele emoties bij een baby?
Blijdschap, boosheid, angst, walging, verdriet en verbazing
Wat is vreemdenangst bij baby’s? Wat is de oorzaak?
Voorzichtigheid, terughoudendheid die baby’s laten zien wanneer ze nieuwe mensen ontmoeten.
oorzaak is het toegenomen cognitieve vermogen van de baby. Ze gaan mensen van elkaar onderscheiden.
Wat is scheidingsangst bij een baby? Wat is de oorzaak?
Wordt opgeroepen als de vaste verzorger afwezig is. Oorzaak: kinderen zijn in staat zichzelf de vraag te stellen waarom gaat mijn moeder weg en komt ze nog wel weer terug.
Waar zijn vreemdenangst en scheidingangst tekenen van?
Beide belangrijke tekenen van sociale vooruitgang. Ze geven blijk van cognitieve vooruitgang en groeiende emotionele en sociale banden tussen kinderen en hun verzorgers.
wat kun je vertellen over de hechtingtheorie van Bolwby
Het hechtingsproces vind oorsprong in het verlangen om de beschermende veiligheid van de moeder op te zoeken, een cruciale rol bij het verkennen van de wereld. Een stabiele en sterke hechting verschaft een thuisbasis. Wanneer kinderen onafhankelijker worden zullen ze steeds verder van deze thuisbasis afdwalen.
Welke 8 stappen kent de theorie van Ainsworth?
1 moeder en baby gaan onbekende ruimte in.
2 moeder gaat zitten en laat baby zelf de ruimte ontdekken.
3 onbekende volwassene komt binnen, praat eerste met moeder en daarna met baby.
4 moeder verlaat de ruimte en laat baby achter bij de onbekende
5 moeder komt weer terug, begroet en stelt baby gerust.
6 moeder verlaat ruimte samen met onbekende en laat baby alleen achter.
7 onbekende komt terug
8 moeder komt terug en onbekende vertrekt
Welke onveilige hechtingspatronen kent Ainsworth?
Onveilige hechtingspatronen (Ainsworth)
Angstig-vermijdend hechtingspatroon: Zoeken niet de nabijheid van moeder op. Ze lijken niet van slag wanneer moeder vertrekt. Vermijden moeder als ze terug komt. Lijken onverschillig tegenover haar gedrag te staan.
Angstig-ambivalent hechtingspatroon: Een combinatie van positieve en negatieve reactie op moeder. Eerst blijven ze dicht bij moeder en ontdekken hun omgeving nauwelijks, ze lijken al nerveus nog voor moeder vertrekt. Als ze weg gaat raken ze zeer gestrest, als ze terug is zoeken ze haar nabijheid, maar zijn ook boos en teleurgesteld over het feit dat ze is weggegaan.
Gedesorganiseerd en gedesoriënteerd hechtingspatroon: Kinderen hebben een tegenstrijdige verwachting over de beschikbaarheid van hun moeder. En laten tegenstrijdige emoties, gedragingen zien. Lijken soms in de war als moeder terug komt, wat de stress eerder verhoogd dan verlaagd wanneer moeder terug is. Zij hebben de minst veilige hechting van allemaal.
Wat houdt een veilige hechting in?
Een veilige hechting is een goede start voor het gevolg van de ontwikkeling van het kind. Het geeft een stevig fundament. Ze zijn sociaal en emotioneel vaardiger en er is minder vaak sprake van psychische problemen. Het bied meer ruimte tot exploreren wat de taalontwikkeling en motorische ontwikkeling ten goed komt.
Ook liefdesrelaties vertonen een correlatie met de hechtingsstijl.
Krijgen kinderen met hechtingsproblematiek later altijd problemen?
nee.
Hoe wordt een onveilige hechting gecreëerd?
wanneer er inconsistent tegenover hen gedragen en pogingen tot sociale interactie worden genegeerd of afgewezen.
Waaruit bestaat Temperament? Waar heeft temperament betrekking tot?
bestaat uit patronen van prikkeling (Arousal) en emotionaliteit die de consistente en duurzame eigenschappen van een individu vormen.
Het heeft betrekking op hoe kinderen zich gedragen in tegenstelling tot wat ze doen en waar om.
vanaf welke leeftijd zien we temperament verschillen?
Vanaf baby
Wat is verantwoordelijk voor iemands temperament?
Genen.
In welke dimensies van gedrag komt ons temperament naar voren?
- in activiteit
- In toenadering/terugtrekking
- Stemming
- duur en sterkte van aandacht
- afleidbaarheid
- regelmaat
- intensiteit
- reactiedrempel
Wat is het biologisch aspect van angst voor vreemden?
er ligt een duidelijke biologische basis ten grondslag aan de remmingen tegenover het onbekende, sterk verhoogde hartslag, bloeddruk, pupilverwijding, hoge prikkeling limbisch systeem van de hersenen.
Welke temperament clusters zien we bij baby’s?
Gemakkelijke baby: positieve instelling, lichaamsfuncties werken regelmatig en ze passen zich aan. Positief naar nieuwe situaties milde of lage intensiteit voor hun emoties.
Moeilijke baby: Vaker negatieve buien, passen zich minder makkelijk aan. Trekken zich terug in nieuwe situaties.
Traag op gang komende baby: inactief, reageren kalm op hun omgeving. Stemming is over het algemeen negatief. Ze trekken zich terug uit negatieve situaties en passen zich langzaam aan.
Waar is een temperament aanpassing bij een kind van afhankelijk?
. De lange-termijn aanpassing van kinderen blijft afhankelijk van de zogenaamde Goodness of fit tussen hun specifieke temperament en de aard en de eisen van de omgeving waarin zij zich bevinden.
Kan ieder temperament zich aanpassen? Wat is de relatie tussen temperament en hechting?
Sommige temperamenten lenen zich beter voor aanpassing dan anderen.
Temperament lijkt een (zwakke) relatie te vertonen met de hechting van kinderen aan hun volwassen verzorgers.
Expressieve kinderen geven gemakkelijker waarneembare aanwijzingen aan anderen, waardoor ze het hun verzorgers eenvoudiger maken om adequaat in te gaan op hun behoeften. Culturele verschillen zijn ook van invloed.
Wat is het verschil in gedrag van een jongen en een meisje bij een baby?
. Jongens zijn over het algemeen actiever en geagiteerder dan meisjes. Ze slapen onrustiger en trekken meer grimassen. Er bestaat geen verschil in de frequentie van het huilen.
Hoe is de maatschappij van invloed op het gender van een kind?
De maatschappij is hierop tot invloed. Volwassenen bepalen welk speelgoed er tot beschikking is. Voorkeur van het kind tot bepaald speelgoed wordt bepaald door de ouders. De maatschappij bepaald wat vrouwelijk of mannelijk is.
Jongens worden gestimuleerd de wereld te verkennen, meisjes worden geknuffeld en aangemoedigd om in de buurt te blijven.
Wat is een circulaire reactie bij een baby?
baby’s gaan eerder afzonderlijke acties tot geïntegreerde activiteiten coördineren. Als een activiteit de interesse van een baby heeft gewekt, zal hij die vaak herhalen, omdat hij de ervaring er van wil blijven ondergaan. Circulaire reacties zijn schema’s die betrekking hebben op de herhaling van interessante of prettige acties
Wat is Mentale representie? en wat ontstaat hier door?
Is een innerlijke voorstelling van een gebeurtenis of object. Ze kunnen zich voorstellen waar objecten zijn, die ze niet zien. Ze gaan oorzaak-gevolgreacties beter begrijpen. Door dit vermogen ontstaat indirecte imitatie, dat is wanneer een persoon niet meer aanwezig is, nagedaan wordt.
wat is Infantiele amnesie?
De afwezigheid van herinneringen aan ervaringen van voor het 3de levensjaar. Taal speelt een belangrijke rol bij het terug halen van herinneringen. Door dat hun vocabulaire beperkt was, zijn ze niet in staat de gebeurtenis te beschrijven.
Wat is Pre-linguïstische communicatie?
Communicatie door middel van geluiden, gezichtsuitdrukking, gebaren, imitatie en andere niet-linguïstische middelen. Brabbelen is de duidelijkste manifestatie. Een universeel verschijnsel. Spontaan worden geluiden die in elke taal kunnen voorkomen geproduceerd. Zelfs dove kinderen doen dit. De delen van de hersenen die geactiveerd worden tijdens het voortbrengen van gebarentaal komen overeen met die van taal. Geluiden worden steeds complexer.
Wat zijn holofrasen en wat is daar op van invloed?
1 woord zinnen, cultuur.
Wat kun je vertellen over 2 woord zinnen?
, 2 woorden worden gecombineerd, belangrijke stap ze kennen de betekenis van de woorden en kunnen relaties leggen. In het begin benoemen kinderen puur observaties en behoeven geen antwoorden. Er zijn specifieke volgorden die gelijkenissen vertonen met de manier waarop volwassenen zinnen in elkaar zetten. Telegramstijl.
Wat is Onderextensie/ondergeneralisatie ?
De gewoonte om woorden beperkt te gebruiken. Het woord verwijst naar een specifiek exemplaar van een concept, niet naar alle exemplaren van dat concept. Het onvermogen om “doekie” te koppelen aan alle dekentjes in het algemeen.
Wat is Overextensie/overgeneralisatie ?
Woorden worden te algemeen gebruikt. De betekenis wordt te veel gegeneraliseerd. Alle bussen, vrachtwagens ect zijn auto
Wat zegt de leertheorie over taalontwikkeling?
Taalverwerving verloopt volgens de wetten van bekrachtiging en conditionering. Ze lijkt geen adequate verklaring te kunnen vinden voor het feit dat kinderen de regels van de taal zo snel leren.
Wat is de Nativistische benadering over taalontwikkeling?
Chomsky) er bestaat een generisch bepaald aangeboren mechanisme dat de ontwikkeling van taal aanstuurt. Mensen bezitten aan aangeboren vermogen om taal te gebruiken. Universeel liggende structuur, universele grammatica genoemd. Het menselijk brein is verbonden met taalverwervingsmechanisme (LAD) dit zorgt er voor dat mensen de structuur van taal begrijpen. Taal is voorbehouden aan mensen door de genetische aanleg voor het begrijpen van woorden en het produceren daarvan.
Wat is de Interactionele benadering van taalontwikkeling?
aalontwikkeling is een gevolg van een combinatie van genetische bepaalde aanleg en omgevings factoren. In grote lijnen wordt het bepaald door aangeboren factoren, maar een specifieke richting wordt bepaald door bekrachtiging die plaats vindt op de manier waarop ze taal gebruiken. Sociale factoren zijn van belang omdat het lid zijn van een bepaalde gemeenschap of cultuur de interactie met anderen resulteert in het gebruik van taal en de verbetering van de vaardigheden.
Wat zijn Gameten?
Zo heten de mannelijke en vrouwelijke voorplantingscellen, spermacel en ovum (eicel). Ze bevatten ieder enorme hoeveelheden genetische informatie
Wat zijn zygoten?
De twee gameten fuseren tot 1 cel een zygote. De combinatie van de genetische instructies die deze samensmelting oplevert, leidt tot de creatie van een nieuw mens.
Wat is een Fenotype?
een waarneembaar kenmerk, het kenmerk wat daadwerkelijk te zien is
Wat is een Genotype?
De onderliggende combinatie van generisch materiaal dat in een organisme aanwezig is. (uiterlijk onzichtbaar
Wat is een Teratogeen effect?
een omgevingsfactor zoals een drug, een chemische stof, een virus of andere factor die leidt tot een geboorteafwijking. De placenta houdt deze stoffen vaak tegen, maar slaagt daar niet altijd helemaal in.
Wat kun je vertellen over het zoekreflex?
Verdwijnt met 3 wkn, het hoofd draait in de richting van de wang die aan geraakt wordt. Om voedsel in te nemen.
Wat kun je vertellen over het stapreflex?
Verdwijnt met 2 maanden, beweging van de benen wanneer het kind rechtop houdt en zijn voeten de grond raken. Voorbereiden op onafhankelijk voortbewegen.
Wat kun je vertellen over het zwemreflex?
Maakt zwembewegingen met handen en benen als het met het gezicht onder water ligt., Vermijding gevaar.
Wat kun je vertellen over het Monoreflex?
Verdwijnt met 6 mnd, wanneer het kinds ondersteuning van hoofd en nek plotseling verdwijnt, spreid het de armen en benen als of het zich ergens aan wil vastpakken. Beschermt tegen vallen.
Wat kun je vertellen over het babinskireflex?
Spreiden van tenen bij aanraking buitenkant voet. onbekend waarom. Verdwijnt met 8-12 mnd
Wat kun je vertellen over het schrikreflex
Plots spreiden van armen en benen wanneer het kind schrikt de rug strekt. bescherming.
Waarvoor dient een reflex?
Vaak dienen reflexen er voor om te overleven en het welzijn van het kind te kunnen verzekeren
Waarom verdwijnt het ene reflex en het andere niet?
Sommige reflexen behouden we ons hele leven. Andere verdwijnen omdat baby’s steeds meer controle over hun lichaam en spieren krijgen. Als complexere gedragspatronen zijn aangeleerd verdwijnen de reflexen.
Waarom is het niet goed om reflexen te stimuleren bij een baby?
Stimuleren van reflexen (zoals stapreflex) resulteert in stimulatie van de hersenschors, waardoor de baby eerder zelfstandig zich voortbeweegt, maar de voeren de oefening niet kwalitatief beter uit dan de kinderen bij wie niet is geoefend. Stimuli kan zelfs kwaad doen. Overbelasting spieren, gebroken botten en ontwrichte ledenmaten.