Grieken & Romeinen Flashcards
1
Q
Zuilen
A
- Dorisch
- Ionisch
- Korintisch
2
Q
Archaisch
A
schematisch
Man (kouros; jongen)
3
Q
Gouden eeuw / Klassieke periode
A
- goede anatomie
- idealisering
- contrapost
- ontspannen houding
- sereen (kalm / rustig)
- goden & sporters
4
Q
Contrapost
A
Standbeen en speelbeen
5
Q
Hellenisme
A
- meer dynamiek & emotie
- nadrukkelijke anatomie; brede schouders, smalle heupen
- laocoo:ngroep / stervende slaaf
6
Q
Vaasschilderkunst
A
- geometrische periode; dipylon vaas
- zwartfigurige periode, uitgekraste versieringen; amford vaas
- roodfigurige periode, achtergrond geverfd, gedetailleerder
7
Q
Griekse theater
A
- offerplaats god Dionysus
- Tragedies / komedies, maskers, kostuums
8
Q
Theater Epidaurus
A
- tegen helling
- iets groter dan halve cirkel
- verdeeld in segmenten
- goede akoestiek (geluid)
9
Q
Opbouw segmenten Epidaurus
A
- tribune
- orchestra
- scaena
10
Q
Romeinse tempel
A
- verhoogd podium
- een ingang
- versierde kroonlijst & fries
- meerdere kleuren marmer
- halfzuilen
11
Q
Bouwvormen Romeinen
A
- Rondboog
- Tongewerf
- Kruisgewerf
- Koepelgewerf
12
Q
Romeinse gebouwen: openbaar nut
A
- Aquaduct; transport water van hoger gelegen gebied naar de stad.
- Thermen; badhuizen, eerste verwarming, verwarmd water
13
Q
Romeinse gebouwen: vermaak volk
A
- Arena; sportwedstrijden, wagenrennen
- Amfitheater; ovaal, tribunes rondom, gevechten
14
Q
Romeinse gebouwen: gedenk tekens
A
Hebben historische en kunstzinnige waarde
- Triomfbogen; eren van keizer/ veldheer voor diensten/ overwinningen
- Overwinningszuilen; relief en beeld zuil vd keizer/ veldheer
15
Q
Beeldhouwkunst Romeinen
A
- overgenomen van de Grieken
- meer realistisch
- propaganda, verering, portretten