globalisering Flashcards

1
Q

delokalisatie

A

de verhuis van economische activiteiten naar andere landen of regio’s

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

offshoring

A

verplaatsen van activiteiten naar het buitenland, maar uitgevoerd in eigen beheer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

voorbeeld offshoring

A

stukken laten produceren in buitenland (goedkoper)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

outsourcing

A

een deel van het werk uitbesteden aan derden in eigen land of in het buitenland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

voorbeeld outsourcing

A

callcenters in andere, goedkopere landen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

op welke drie vlakken speelt globalisering zich af?

A
  • economisch
  • politiek-sociaal
  • cultureel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

globalisering op economisch vlak

A

import en exporttarieven dalen = handelsbarrières vallen weg -> bedrijven kunnen op wereldschaal opereren + productie op plaatsen vestigen waar ze het goedkoopste arbeid vinden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

voorbeelden bedrijven die aan globalisering doen op economisch vlak

A

carrefour, cola

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

globalisering op politiek-sociaal vlak

A

doordat bedrijven internationaal gaan opereren is het belangrijk om internationale regels af te spreken om dit in goede banen te leiden -> oprichting internationale organisaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

globalisering op cultureel vlak

A

toerisme, migratie en betere communicatie => versnelde verspreiding verschillende cultuurelementen bv. taal gewoontes en kledingsstijl

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

homogenisering

A

dingen gelijk maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

heterogenisering

A

dingen doen verschillen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

voorbeelden homogenisering

A

veel landen nemen de amerikaanse cultuur over

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

voorbeelden heterogenisering

A

menging van culturen bv in antwerpen
-> moslimmeisje in westerse wereld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

3 dingen die globalisering mogelijk maken

A
  • technologische vooruitgang
  • vrijmaken van wereldhandel
  • groei van mno’s
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

technologische vooruitgang op twee gebieden

A
  • communicatie: internet, telefonie
  • transport: vliegtuig, schepen, treinen
17
Q

vrijmaken van de wereldhandel

A

de binnenlandse markt wordt afgeschermd door wisselkoers en importbeperking

18
Q

multinationals

A

mmultinationals zijn priveondernemingen die productie of dienstenactiviteiten leveren en met het moederbedrijf in een bepaald land en vestigingen in een of meerdere landen

19
Q

de triade

A

de driehoek tussen Azië, Europa en Noord-Amerika (de meeste bedrijven zijn ingeplant in deze 3 werelddelen)

20
Q

fast world

A

het ritme van de wetenschappelijke en technische innovatie versnelt steeds

21
Q

voorbeeld fast world gsm

A

vroeger zo goedkoop mogelijk, nu moet het meer kunnen

22
Q

waar is de koopkracht zeer groot?

A

Noord-Amerika, Europa, Azië

23
Q

waar is de koopkracht zeer klein?

A

Zuid-Afrika

24
Q

wat heeft zuid in tegenstelling tot het noorden

A
  • instabiele politieke rust
  • traag
  • lage scholingsgraad
25
Q

hoe word het zuiden genoemd?

A

slow world

26
Q

antiglobalisme

A

verzet zich tegen elke vorm van globalisme

27
Q

andersglobalisme

A

verzet zich tegen het huidige globalisme

28
Q

fair trade

A

wordt ingezet op eerlijke handel en eerlijk loon

29
Q
A