Geneesmiddelengroepen Flashcards

Geef de verklaring

1
Q

Analgetica

A

Pijnstillers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Anesthetica

A

Blokkeert de prikkelgeleiding door zenuwbanen; pijnverdovend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Antacida

A

Neutraliseren het maagzuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Antiaggregantia

A

Verhinderen het samenklonteren van bloedplaatjes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Antiaritmica

A

Tegen hartritmestoornissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Antibiotica

A

Tegen bacteriële infecties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Anticoagulantia

A

Onderdrukt de natuurlijke stollingsneiging van het bloed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Anticonceptiva

A

Verhinderen de conceptie of bevruchting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Anti-emetica

A

Farmaca tegen braken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Anti-epileptica

A

Farmaca tegen epilepsie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Antifungaal

A

Tegen schimmelinfecties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Anthelminthica

A

Tegen worminfecties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Antihemorragica

A

Producten die bloedingen stelpen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Antihypertensiva

A

Bloeddrukverlagende geneesmiddelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Antimycotica

A

Tegen schimmelinfecties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Antineoplastische GM

A

Tegen kanker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Antipsychotica

A

Farmaca tegen psychose (of algemeen: psychische of psychiatrische aandoeningen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Antipyretica

A

Koortswerende middelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Antithrombotica

A

Verhinderen het vormen van bloedstolsels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Antitussiva

A

Tegen hoesten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Anxiolytica

A

Angstremmend

22
Q

Bronchodilatantia

A

Zetten de luchtwegen open

23
Q

Cholagoga

A

Bevorderen de werking van de gal

24
Q

Cholecystokinetica

A

Veroorzaken contractie van de galblaas

25
Q

Cholereticum

A

Bevorderen de galsecretie door de lever

26
Q

Cytostatica

A

Stoppen celdeling bij kanker

27
Q

Dermatologica

A

Voor de huid

28
Q

Diuretica

A

Verhogen de diurese, personen moeten meer plassen

29
Q

Expectorantia

A

Bevorderen het ophoesten van slijmen

30
Q

Hypnotica

A

Slaapverwekkend

31
Q

Hypoglycemiërende GM

A

Verlagen de bloedsuikerspiegel

32
Q

Hypolipidemiërend

A

Verlagen het vetgehalte in het bloed

33
Q

Immunomodulatoren

A

Grijpen in ter hoogte van de immuunrespons

34
Q

Incretinemimetica

A

Bootsen het effect na van de natuurlijke incretines

35
Q

Laxativum

A

Verbetert de darmtransit

36
Q

Mucolytica

A

Verminderen de viscositeit van de slijmen in de luchtwegen

37
Q

Narcotica

A

Verdovende, bedwelmende middelen

38
Q

Neurofarmaca

A

Geneesmiddelen die inwerken op het zenuwstelsel

39
Q

NSAID

A

Niet-steroïdale anti-inflammatoire middelen

40
Q

Ophtalmologische middelen

A

Voor de ogen

41
Q

Oxytocica

A

Veroorzaken baarmoedercontractie (zetten bevalling in gang)

42
Q

Profylactische geneesmiddelen

A

Verhinderen het optreden van ziekte(verschijnselen)

43
Q

Sedativa

A

Rustgevend

44
Q

Spasmolytica

A

Tegen spasmen van vb. maag/ darmen (krampen) of blaas

45
Q

Spierrelaxantia

A

Veroorzaken spierverslapping

46
Q

Thrombolytica of Fibrinolytica

A

Breken bestaande bloedstolsels af (lossen ze op)

47
Q

Thyreostatica

A

Blokkeren de productie van thyroxine door de schildklier

48
Q

Thyreotropica

A

Bevorderen de productie van thyroxine door de schildklier

49
Q

Tocolytica

A

Verhinderen baarmoedercontracties (stellen bevalling uit)

50
Q

Uricosurica

A

Bevorderen uitscheiding van urinezuur door de nieren

51
Q

Vasocontrictoren

A

Veroorzaken bloedvatcontractie

52
Q

Vasodilatoren

A

Veroorzaken bloedvatverwijding