Geluid Flashcards

1
Q

Wat is geluid?

A

Geluid is een trillende beweging in de lucht die door het gehoororgaan waarneembaar is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de natuurkundige kant van geluid?

A

Geluidstrillingen verplaatsen zich met 340 m/s door de lucht. Ons gehoor heeft een bereik van 10 octaven, dit is dus 20Hz tot 20.000Hz en heeft een golflengte van 17 meter t/m 1,7 centimeter.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de technische kant van geluid?

A

Geluid kan analoog of digitaal opgenomen worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de fysiologische waarneming van geluid?

A
  • Dynamisch bereik: hard of zacht geluid.
  • Omnidirectioneel (we luisteren in 3 dimensies in 360°).
  • We kunnen richting van geluid bepalen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de emotionele kanten van geluid

A

In de baarmoeder wordt ons gehoororgaan als eerste aangemaakt. Hierdoor hebben we als eerste geluidservaring de hartslag van onze moeder. Geluid werkt daarom ook met je emotionele kant van de hersenen. Je kunt je moeilijk afsluiten van geluid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waarom is er geen absoluut geloofwaardige weergave van geluid?

A

Wanneer geluid wordt opgenomen worden er altijd keuzes gemaakt. Wat wil ik wel horen en wat niet? Het representatie element is veel belangrijker dan de letterlijke weergave.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de historische Misvatting betreft geluid?

A

In de jaren 20 was synchroon geluid bij film een belediging. Ze vonden geluid maar een bijkomstigheid en dus van secundair belang. Film was al film voor de komst van geluid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de ontologische misvatting?

A

De misvatting is dat beeld werkelijkheid is maar dat is niet zo. Geluid is wel de werkelijkheid. De opname van geluid reproduceren het niet, ze representeren het.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de Nominalistische misvatting van geluid? Geef 5 voorbeelden

A

– Geluid bestaat als druk in een luchtvolume.
– Het is dus onmogelijk om al het geluid op te nemen omdat het verspreidt is in alle richtingen.
– Alle luisteraars ervaren geluid op een andere manier.
– Geluidsopname systemen dwingen keuzes af. Plaatsing, microfoontype, mono/stereo. Etc.
– Elk Geluidsweergave systeem heeft zijn merkwaardigheden wat resulteert in een niet neutrale weergave.
– Elke luisteraar hoort het geluid op een andere plek en heeft dus een andere gehoor ervaring.
luid reproduceren het niet, ze representeren het.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waarom is geluid een halve indexicale misvatting?

A

– Geluid is al sinds jaren en dag niet indexicaal. Men denkt dat beeld en geluid verwijzen naar de werkelijkheid, terwijl de werkelijkheid steeds meer gemanipuleerd wordt. Geluid verwijst niet naar werkelijkheid maar naar wat de maker wilt dat je gelooft. ( vb. animatie films)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is Synthese?

A

Wanneer geluid en beeld samen een nieuwe betekenis krijgen. 1+1 =3. Los van elkaar zouden ze niet dezelfde nieuwe realiteit hebben kunnen bereiken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is Synchroniteit?

A

Een saamhorige groep gaat gelijktijdig in één keer een andere richting op. Elk lid van de groep voelt waar het naartoe moet. Vanuit gedeelde kennis, ervaring en emotie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is synchrese? Geef een voorbeeld

A

Combi van synthese en synchronisiteit.

Impressie van de werkelijkheid. Geluid los is niet geloofwaardig, maar wanneer het sync staat met het beeld geloven wij het. Bv. Gebrul van monsters in LOTR.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waarin verschillen geluid en beeld fundamenteel van elkaar? Geef 4 voorbeelden

A

Geluid beweegt constant.
Beeld staat eens in de 1/24 seconde stil.
Beeld is vlak en 2d.
Geluid is driedimensionaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Asynchroon

A

Als wat je hoort NIET overeenkomt met wat je ziet. (Maar wel aanwezig in de setting)

De filmische vormgeving, Geluid bv. Offscreen maar geeft wel een betekenis aan het beeld. Piepende laarzen bij een CU van het gezicht van een lopende piraat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Contrapunt

A

Als wat je hoort en ziet totaal los van elkaar staan. (Niet realistisch aanwezig in setting, maar wellicht wel metoforisch)

Geluidslaag en filmlaag vertellen ieder een eigen verhaal. Samen creëren ze een nieuwe realiteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Sound

A
  • Een projector
  • Golven in 3D ruimte
  • Staat nooit stil
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Vision

A
  • Wordt geprojecteerd
  • Plat beeld (met enkele uitzonderingen)
  • 24 fps
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Let uit wat het karakter van Documentair geluid is, en geef een voorbeeld.

A

Het karakter van documentair geluid is dat het representeert wat er tijdens de opname te horen was. De opnames moeten dus in 1 keer goed gedaan worden, dit vergt een immens goede samenwerking tussen camera en geluidsman.
Voorbeeld van de baggeraars.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Leg uit wat het karakter van geluid bij fictie is, en geef een voorbeeld.

A

Geluid hoeft in fictie niet per definitie op de locatie opgenomen te worden. Achteraf kan er in de montage nog van alles gedaan worden. Bij fictie kan, en als ze slim zijn doen ze dit ook, van te voren nagedacht worden over het geluidsconcept.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

De basis van goed direct geluid bij documentaire en fictie is…

A

… een juiste keuze van opnametechniek, zodat inhoudelijke keuzes tijdens de postproductie mogelijk worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

McGurk effect:

A

Waarneming is niet betrouwbaar en dus vaak misleidend. Stimuleert creativiteit en moet er bewust mee omgaan.

Mond beweegt: GaGa
Geluid daarbij: BaBa
Waarneming: DaDa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Allerdaagse realiteit

A

Meestal synchroon beeld en geluid treden tegerlijkertijd op. Uitzondering: onweer, heipaal in de verte.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Televisie

A

Meestal hyper synchroon. Beeld en geluid steeds tegelijkertijd. Vooral gericht op informatie overdracht, het maakt niet uit of je wel of niet kijkt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Film

A

Bij film liggen de contrapunten ver van elkaar af en wordt de kijker geprikkeld om moeite te doen.

Spel met shynchroniciteit, beeld en geluid dagen elkaar uit. Niet gericht op informatie overdracht. De waarnemer raakt betrokken bij de vertelling en wordt zo een deelnemer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Leg uit wat er (kan) gebeuren naarmate de filmische realiteit een beroep doet op de betrokkenheid van de waarnemer.

A

De film speelt zich voornamelijk af in het hoofd van de kijker. Wanneer deze meer betrokkenheid ervaart wordt de geschetste wereld betekenisvol en interessant.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Geluidsconcept

A

Het is essentieel om in de preproductie. Hier kan je al nadenken wat je in de post zou kunnen doen. Als je dit te laat doet zal het geen intergrale aanvulling en verrijking hebben, dus minder effectief in het eind plaatje.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Overzicht verschillen geluid Docu

A

Geluids omgeving:
Belangrijk

Synchroon geluid:
Essentieel

Realisme in geluid:
Gewenst

Continuïteit:
Belangrijk

Shot lengte:
Lang

Aantal geluidssporen opname:
Vaak groot

Dubbing:
Onmogelijk

Verrassingen tijdens draaien:
Altijd

Werksnelheid:
Hoog

Post-productie tijd:
Kort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Overzicht verschillen geluid fictie

A

Geluids omgeving:
Maakbaar

Synchroon geluid:
Hulpmiddel

Realisme in geluid:
Niet noodzakelijk

Continuïteit:
Maakbaar

Shot lengte:
Kan kort

Aantal geluidssporen opname:
Kan kleiner

Dubbing:
Mogelijk

Verrassingen tijdens draaien:
Minder

Werksnelheid:
Lager

Post-productie tijd:
Langer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Filmanalyse volgens Chion

A

Het afdekken van beeld of geluid om op die manier te kunnen analyseren wat het effect is van samenwerking als combinatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Grenzen

A

on-screen geluid
off-screen geluid
non-diëgetisch (geluid dat wij als kijkers en makers wel kunnen horen, maar de karakters in de film zelf niet. o.a. voice-overs, filmmuziek, etc.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

De 4 geluidselementen zijn:

A

Geluid
Intern geluid
Muziek
Spreken

33
Q

Geluid

A

Omgevingsgeluid:

  • Geofomie (natuur)
  • Biofonie (Alle dieren)
  • Antrofonie (mensen en wat mensen gemaakt hebben)
34
Q

Interngeluid

A
  • Objectief intern (ademhaling, hartslag) Zonder semantische betekenis
  • Subjectief intern (stemen in je hoofd)
35
Q

On the air geluid

A
  • Eerste bron (perfecte kwaliteit)

- Laatste bron (verweg of gevormd door de akoestiek van de filmische omgeving, zelf niet perfect).

36
Q

Welke soorten muziek onderschijden wij? En geef voor elk een voorbeeld

A
  • Pit muziek: (orkest bak)
    Buiten de ruimte en tijd van de actie. Per definitie non-diëgetisch
  • Screen muziek
    Binnen de ruimte en tijd van de actie. Film karakters horen het.
  • Muziek over grenzen
    Een ontwikkeling van diëgetisch naar non-diëgetisch of andersom
  • Bestaande muziek:
    Onafhankelijk van de film gemaakt
  • Voor de film gecomponeerd
    Muziek die speciaal voor de film is gemaakt
  • Bestaande voor de film uitgevoerde muziek
    Onafhankelijk van de film gecomponeerd maar speciaal voor de film in nieuwe uitvoering opgenomen
37
Q

Het spreken in film; geef de 5 vormen en bij 3 een voorbeeld.

A

Dialoog
Voice-over
Pratende mensen (hoeft niet verstaanbaar te zijn)
Gedachten stemmen (subjectief intern geluid)
Emanation speech (causale spraak we kunnen niet verstaan wat er gezegd wordt maar we begrijpen wat er bedoeld wordt)

38
Q

Stilte; waarom wordt het gebruikt in hedendaagse film? En waarom kan men nu pas de mogelijkheden van stiltes benutten?

A

Het kan gebruikt worden als dramatisch sturend element. Film kon pas de mogelijkheid van film benutten met de komst van geluid.

39
Q

Onnatuurlijke stilte

A

Confronteert de kijker met de belevingswereld van het film karakter dat we in die scene volgen
(in een drukke omgeving het geluid weglaten of langzam weghalen)

40
Q

Technische stilte

A

Confronteert de kijker met zichzelf breaking of he 4th wall als het ware met opzet
(alsof het geluid uit staat)

41
Q

Filmische kwaliteit van geluid is verbonden met de vier basiseigenschappen van alle geluidselementen, welke?

A

Hoogte (hoog vslaag )
Duur (kort vs lang )
Sterkte (hard vs zacht)
Gevoelskleur (warm, emotieloos, mechanisch, verleidelijk, vrolijk, etc.)

42
Q

Gehoorpunten in film:

A

Ruimtelijk gehoorpunt
Filmkarakter gehoorpunt (wekl karakter in de film hoort vanaf het in geluid weergegeven punt / wie hoort wat wij als kijker ook horen )
Non-Diëgetisch gehoorpunt (geen ruimtelijke weergave. Heeft niets met de ruimtelijke vertelling maken )

43
Q

Wat is het verschil tussen direct geluid en Nasynchronisatie. Geef voor en nadelen en bij elk een voorbeeld.

A

Nasynchronisatie heb je meer mogelijkheden en controle, wel lastig om synchroon te leggen.
Dialoog na het beeld afzonderlijk opnemen en toevoegen in de montage.

Direct geluid wordt tegelijkertijd opgenomen met beelden nasynchronisatie erna.
Bij direct geluid worden beeld en geluid tegelijkertjid opgenomen en op vergelijkbare wijze gemonteerd

44
Q

Onhoorbare montage

A

Gevoel van continuïteit
(vaak) meerdere tracks
geeft film een geloofwaardig en realistisch gevoel.

45
Q

Hoorbare montage

A

Gevoel van onrust (vaak) één track samen opgenomen. Met beeld en daarin samenlopende montage gemaakt (dogma films)

DOGMA films. Gevoelens van onrust, opwinding , snelheid en agressie oproepen.

46
Q

Interne logica

A

Vanuit de vertelling van het verhaal zelf

De combinatie van beeld en geluid zijn flexibel en organisch van ontwikkeling. Variatie en groei vormt, geboren uit de vertellend, de gevoelens die de vertelling oproept.

47
Q

Externe logica

A

meer gericht op de kijken in plaats van de film zelf

Plotselinge overgangen, discontinuïteit, tempo veranderingen, niet geboren uit de vertelling zelf maar bewust maakt van de gevoelens die de vertelling oproept.

48
Q

Geluidsopname voorbereiding

A

Wat wil je gaan doen met:

acteurs, muziek, locatie, etc.

49
Q

Draaiperiode en direct geluid / Hoe neem je het op en hoe luister je het terug.

A
  • Hengel microfoon: Beste kwaliteit makkelijk manouvreer baar maar soms onhandig vanwege schaduw van hengel
  • Mono/stereo
  • Verstopbare microfoons klein en onopvallend
  • Zonder microfoons
    -Recorder (voor de opname)
  • mixer (nodig om alle microfoons opaan te sluiten ende sterkte te regelen)
    play-back als mensen op de set geluid moeten horen tjidens het draaien via bijvoorbeeld oortjes
    -Surround microfoons (5.1)
  • Hoofdtelefoon
50
Q

Als wat voor soort medium wordt film voornamelijk beschouwd, en waarom is dit niet perse waar?

A

Film wordt beschouwd door leken als een medium die voornamelijk visueel is. Dit hoeft niet per se waar te zijn omdat geluid minstens een even grote rol kan spelen in het waarnemen van een film. Geluid kan een nieuwe betekenis geven aan het beeld.

51
Q

De beeldcirkel

A

geeft weer wat er te zien is, alles buiten de cirkel is niet zichtbaar.

52
Q

De geluidscrikel

A

is alles wat we horen, alles buiten de cirkel is onhoorbaar.

53
Q

De waarneemcirkel

A

geeft alle waargenomen fenomenen weer, buiten de cirkel bevindt zich het gebied waaruit onze zintuigen niet geprikkeld worden en dus onwaarneembaar is.

54
Q

Leg uit wat er gebeurt bij film met de desbetreffende cirkels als ze samenkomen, en teken de circel.

A

Wanneer de contrapunten van geluid en beeld dicht bij elkaar staan is de moeite die de kijker ervoor moet doen klein. Staan de contrapunten ver van elkaar af dan lopen de betekenissen van beeld en geluid uiteen en moet de kijker meer moeite doen.

55
Q

Leg uit wat documentair geluid kan doen en noem een documantaire en fictioneel voorbeeld waar documantaire geluid wordt gebruikt.

A

Documentair geluid geeft de illusie van werkelijkheid. Conducting Mahler en O brother where art thou.

56
Q

Teken de stencils zoals bij scene- of film karakteristieken / stereo & surround bij geluidsopname

A

blz 29 + 30 reader

57
Q

Waarom is het belangrijk om zo vroeg mogelijk met het geluidsplan te beginnen? In welke Fase? Noem 2 voorbeelden.

A

Je weet dan wat er allemaal nodig is voor de opname, post en nasynchronisatie. Wanneer je een geluidsplan hebt wordt je concept sterker en uiteindelijk ook je film. Al tijdens het scripten beginnen hiermee.
Het gaat over het totaal aan zintuiglijke prikkels, het toaal aan belevingswereld voor filmkarakter en publiek, dat door de filmmaker geschapen wordt in de filmische illusie.

58
Q

Behoudt film zijn definitie van visueel medium ook al is geluid in opmars?

A

Nee, ondanks dat geluid steeds belangrijker wordt heeft het beeld nog niet van de troon gestoten. Beeld is tastbaar en geluid bestaat alleen in onze psychische waarneming, alleen in ons hoofd.

59
Q

Wat is audiovisuele analyse?

A

Een onderzoek naar wat je hoort, wat je ziet en wat je waarneemt kan verduidelijken hoe een film of scene werkt.

60
Q

. Wat is maskeren? En waarom kan men dat doen?

A

Maskeren is het los kijken en luisteren van een film. Eerst beeld en geluid, dan alleen beeld en daarna alleen het geluid. Hierdoor kun je de afzonderlijke bronnen goed analyseren om vervolgens een conclusie te kunnen trekken.

61
Q

Geluidsopname op de set; wat moet ik doen om goed geluid op te nemen? Geef 19 voorbeelden en de belangrijkste vraag.

A
  • Je leest het script en maakt een plan van aanpak.
  • Hoeveel acteurs per scène?
  • Praten ze door elkaar?
  • Wat horen ze?
  • Waar luisteren ze naar?
  • Wie is de hoofdpersoon en waar ligt het gehoorpunt?
  • Is er muziek op de set?
  • Zingen mensen? Dansen mensen Neuriën mensen met de muziek mee?
  • Bij casting kijk je: hoe verstaanbaar zijn de acteurs? is nasynchronisatie haalbaar?
  • wat zijn de Locaties?
  • wat is de akoestiek? materialen en de geluidsomgeving?
  • Zijn er stoorgeluiden? Interieur o.a. airco’s, koeling, vloeren.
  • Hoe zijn de externe stoorgeluiden? Vliegtuigen? Auto’s?
  • Moeten we de geluidsomgeving laten horen aan de acteurs als we in de studio zitten?
  • Hoe geschikt is de zendermicrofoon in verband met mogelijk lawaii van stof maar ook bedekking van het lichaam? Juwelen maken stoorgeluid
  • Wat voor props zijn er, maken ze geluid?
  • worden er specialeffects gebruikt? (wind, regen, onweer, etc. )
  • Van welke decoupage en draaistel wordt uitgegaan?
  • Hoeveel cameras zijn er op de set?
62
Q

Wat voor geluidsapparatuur is er? Geef 10 voorbeelden

A
  • Hengel microfoon beste geluidskwaliteit en gemakkelijk manoeuvreerbaar
  • gebruik je Mono of stereo
    Geluid tijdens het opnemen meestal is stereo het meest gebruikt om de docu zo echt te laten klinken.
  • Verstopbare microfoons
    Klein en onopvallende microfoons die niet zichtbaar zijn in beeld. Probeer het te plaatsen waardoor je geen duidelijk verschil hoort
  • Zendermicrofoons
    Als de vorigen niet lukken kan je dit gebruiken. Is wel lastig als er wind op staat want het is gevoelig.
  • Setmuziek opname
    Zijn er meer mensen nodig om dit op te nemen?
  • Recorder
    Wat moeten we opnemen op welk spoor en loopt het samen met de camera? Maximaal vier geluidssporen synchroon op digi-beta of moderne digitale camera’s.
  • Mixer
    Heb je nodig om alle microfoons op aan te sluiten en de sterkte van het signaal te kunnen regelen.
  • Play-back
    zijn er mensen die de muziek moeten horen over een luidspreker of PA installatie?
  • Surround microfoons
    Voor bijzondere en ruimtelijke atmosferen in de bioscoop of dvd Eventueel ook voor synchroon geluid in een documentaire of documentair-achtige scène in een fictie film
  • Hoofdtelefoon(s)
    Eventueel met draadloze verbinding voor iedereen die mee moet kunnen luisteren.
63
Q

Welke soorten extra geluid zijn er?

A

Wild geluid, Atmosfeer, Set noise, general noise, Geluidseffecten en Foley.

64
Q

Wat zijn de elementen waarom geluid een groot deel van het beeld is? Geef 3 voorbeelden

A

creëert stemming
maakt beeld concreet
Verleent beeld continuiteit

65
Q

Leg uit waarom film en geluid verschillen qua tijdsduur/dynamiek

A

Geluid is constant in beweging en heeft deze beweging ook nodig om betekenis te genereren. Beeld kan wel stilstaan.

66
Q

Film gebruikt vier vormen van luisteren, welke? Leg ook uit per onderdeel wat het doet en geef een voorbeeld per onderdeel.

A

Causaal = HOE je iets zegt. Oorzaak bron/geluid.

Semantisch = WAT je zegt, taal
- Wat is de inhoud van het geluid?

Gereduceerd= je luistert naar de emotie. Het gevoel.

  • Niet causaal, niet semantisch
  • Observatie van het geluid zelf

Iconisch = verwijzing naar betekenis. Wilhelmus

  • Representatief zijn.
  • Symbool voor iets herkenbaars
67
Q

Op welke plekken kan geluid zich bevinden ten opzichte van filmbeeld? Geef het ook weer in een diagram.
Blz 53 Cirkel opgesplitst in 3e.

A

Ooit en ergens
Hier en Nu
Daar en nu

68
Q

Leg uit wat ‘grenzen overschrijden’ betekent qua geluid en geef een voorbeeld

A

Je overschrijdt grenzen wanneer je bijvoorbeeld van non-diegetisch naar diegetisch gaat. Een voorbeeld uit de les was het stukje uit The Big Lebowski waarin de pitmuziek veranderd in de muziek in de bowlinghal.

69
Q

Wat is omgevingsgeluid en welke drie categorieën onderscheiden wij? Geef een voorbeeld van omgevingsgeluid

A
atmosfeer = geluiden van omgeving met kleine dynamiek
habitat = geluiden van leefomgeving
species= geluid van mens en dier niet gericht op taal.
70
Q

Wat is intern geluid? En welke twee mogelijkheden heb je? Geef bij alle twee een voorbeeld

A

Intern geluid geeft de gesteldheid van het personage weer.
Objectief intern = Lichamelijk geluiden, ademhalen, geen semantische betekenis.
Subjectief intern= Geestelijk geluid, Herinneringsstemmen. Semantische betekenis.

71
Q

Wat is on the air geluid, en waar moeten we op letten bij bij muziek? Geef een voorbeeld

A

On air geluid is alle “uitgezonden” geluiden. Een voorbeeld hiervan is de scene uit apocalypse now waarin we kolonel Kurtz vanaf een geluidsband horen.

72
Q

Muziek; Wanneer kan het dienen als een leidmotief en wat houdt dat precies in?

A

Het kan dienen als een leidmotief wanneer het meerdere malen terugkomt in de film. Bijvoorbeeld bij Jaws wanneer de haai in aantocht komt.

73
Q

natuurlijke stilte

A

Wanneer er niemand praat en je alleen nog achtergrond geluiden waarneemt
(vanwege rustige omgeving)

74
Q

Wat is het ruimtelijk gehoorpunt? Leg uit hoe je hiermee kan spelen in film

A

Ruimtelijk gehoorpunt is natuurlijke representatie. Vanaf welk punt neem je de scene waar?
(dichtbij of ver weg voor de kijker)

75
Q

Hoe lokaliseren we de plaats van de bron van geluid? Hoe nemen we het gehoorpunt weer? En leg uit door welke twee stappen de toeschouwer het uiteindelijke effect kan waarnemen

A

De plaats waar we de bron van een geluid lokaliseren wordt bepaald door het beeld. Hoe het is opgenomen en het bewerkingsproces ervan.

76
Q

Wat is het belangrijkste functie van geluid bij beeld?

A

Het geeft beeld een nieuwe realiteit.

77
Q

Wat is het verschil tussen beeld en geluidsmontage?

A

Voor geluid is er geen bekende universele montage eenheid.

78
Q

Waar zitten vaak de hoorbare overgangen, en waar niet?

A

Hoorbare overgangen zitten tussen scenes. Binnen een scene is geluid vaak onhoorbaar gemonteerd.