Fysiologie + geneesmiddelen Flashcards

1
Q

Wat kenmerkt de aurafase? (3)

A
  • Veranderingen in het gezichtsvermogen
  • Huidsensaties/tintelingen
  • Taalproblemen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Migraine kenmerken (3)

A
  • Eenzijdig (in 1 hersenhelft)
  • Bonzende/pulserende hoofdpijn
  • Met of zonder aura
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke risico is vergroot tijdens de aurafase?

A

Tijdens de aura is er een tweemaal verhoogd risico op een ischemisch cardiovasculair accident (beroerte)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke symptomen kunnen nog voorkomen tijdens de hoofdpijn fase? (2)

A
  • Overgevoeligheid voor licht, geluiden en geuren
  • Misselijkheid en overgeven
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Onderliggend mechanisme migraine (3 stappen)

A
  1. Primaire driver lijkt neuronale dysfunctie in trigeminusgebied.
  2. Neuronale trigger leidt tot vasculaire
    veranderingen.
  3. Sensitisatie leidt tot overgevoeligheid
    voor non-nociceptieve stimuli
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de oorzaak van de vervelende sensatie bij migraine?

A

Activatie van de nervus trigeminus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Eerste keuze migraine

A

Paracetamol (max 3dd 1g)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Tweede keuze migraine (groep + 4)

A

NSAID in adequate dosering
- Naproxen (1000 mg/dag)
- Ibuprofen (1200 mg/dag)
- ASA (4000 mg/dag),
- Diclofenac (150 mg/dag)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Derde keuze migraine (groep + 3)

A

Triptanen: Sumatriptan, Rizatriptan en Zolmitriptan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Toedieningsvormen sumatriptan (3 + gewilde volgorde)

A

Subcutane injectie –> neusspray –> (smelt)tablet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Toedieningsvorm rizatriptan

A

Smelttablet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Speciaal kenmerk rizatriptan en zolmitriptan

A

Langwerkend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Na hoeveel uur mag je een smelttablet bijnemen?

A

Sumatriptan: 2 uur
Rizatriptan: 4 uur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat doe je bij onvoldoende effect of bijwerkingen van een triptaan?

A

Eerst alle triptanen uitproberen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Stap 4 & 5 migraine behandeling

A

Combinatiebehandeling
4. Paracetamol en NSAID en bij onvoldoende effect
5. Paracetamol of NSAID en triptaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Behandeling bij patiënten bij wie de aanval in eerste instantie onderdrukt is met een triptaan, maar binnen 24 uur weer terugkomt

A

Een combinatiebehandeling
(NSAID in combinatie met een triptaan) als initiële aanvalsbehandeling

17
Q

Behandeling bij migraine met misselijkheid en/of braken (2 + maximale duur)

A
  • Domperidon (maximaal 7 dagen)
  • Metoclopramide (maximaal 5 dagen)
18
Q

Triptanen werkingsmechanisme

A

Selectieve 5HT1B/1D-receptoragonisten die zorgen voor vasoconstrictie van bepaalde craniale bloedvaten en vermindering van de nervus trigeminus-activiteit → blokkade afgifte vasoactieve peptiden

19
Q

Bijwerkingen triptanen (2)

A

Tintelingen en pijn op de borst (door vasoconstrictie)

20
Q

CI triptanen (2) + reden

A

Ischemische hart- vaataandoeningen, coronaire vaatspasmen –> vanwege de bijwerking pijn op de borst

21
Q

IA’s triptanen (3) + reden

A

SSRI’s, St. Janskruid, MAO-remmers –> serotonine syndroom