Fysiologie - Feiten - Nieren en Urinewegen Flashcards
1
Q
Afferente arteriool
A
aanvoerende arteriool
2
Q
Efferente arteriool
A
afvoeren arteriool
3
Q
Dilatatie van afferente arteriolen wordt veroorzaakt door
A
prostaglandines
4
Q
NSAIDS
A
remmen prostaglandinesynthese door antagonisme van COX1
5
Q
Angiotensine II
A
perifere vasoconstrictie en dus meer bloed naar vitale organen
6
Q
Wat doet ACE?
A
stimuleert de omzetting van angiotensine I naar angiotensine II
7
Q
Wat doet aldosteron?
A
onder invloed van angiotensine II wordt aldosteron geproduceerd in de bijnieren en dit stimuleert de reabsorptie van natrium en dus ook waterretentie.
8
Q
Wat doet Renine?
A
omzetting van angiotensinogeen naar angiotensine I