fysica Flashcards

theorie

1
Q

thermos

A

warmte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

dynamis

A

wat in beweging of in staat tot verandering is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

! Definitie “Thermodynamica”

A

De thermodynamica of warmteleer is een onderdeel van de fysica dat de toestandsveranderingen (temperatuur, volume en aggregatietoestand) tijdens processen van een systeem bestudeert.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bij een thermodynamisch proces…

A

-verandert de samenstelling van de stof niet.
-is een fysisch proces
-verandert de temperatuur van de stof soms

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

! definitie “temperatuur”

A

is een maat voor de gemiddelde kinetische energie van de deeltjes.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

! absolute nulpunt

A

deeltjes bezitten trilsnelheid zodra de temperatuur groter is da 0 kelvin.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

constante temperatuur

A

niet alle deeltjes hebben dezelfde snelheid, maar bij deze temperatuur is de gemiddelde snelheid van de deeltjes constant.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe hoger de temperatuur…

A

hoe hoger de snelheid van de deeltjes en omgekeerd.
(ze bezitten kinetische energie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Energie word uitgewisseld
(warmte)

A

dat is een temperatuurverschil tussen 2 systemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

! warmte

A

energievorm die overgedragen wordt van het ene systeem naar een ander systeem.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

1) temperatuur van systeem = lager dan temperatuur van omgeving

A
  • systeem neemt warmte op
    -warmte = positief Q > 0
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

2) temperatuur van systeem = hoger dan temperatuur van omgeving

A
  • systeem geeft warmte af
    -warmte = negatief Q < 0
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

inwendige energie (mechanische energie)

A

deeltjes zijn in beweging en oefenen krachten uit op elkaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

inwendige kinetische energie

A

het geeft een snelheid en massa weer. hoe groter de snelheid of massa, hoe groter de Ekin,i.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

thermische energie

A

de gemiddelde inwendige kinetische energie van een systeem.
(energie is constant als temperatuur constant is)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

!!cohesiekracht!!

A

de elektrische krachtverwerking zorgt voor kracht tussen de deeltjes (van dezelfde soort).

17
Q

Totale inwendige energie

A

E inw.= E kin + E pot

18
Q

thermisch evenwicht

A

2 systemen met verschillende temperatuur wisselen warmte uit tot ze een evenwicht bereiken bij dezelfde temperatuur

19
Q

eindtemperatuur

A

hangt af van de begintemperatuur, de stofsoort en hun massa

20
Q

geleiding

A

-Geen transport van deeltjes.
-Energie van trillende deeltjes word doorgegeven door botsing
-treedt voornamelijk op bij vaste stoffen

21
Q

Stroming

A

deeltjes verplaatsen zich door een verschil in massadichtheid met hun omgeving. Stroming treedt op bij vloeistoffen en gassen.

22
Q

Straling

A

Deeltjes met hogere temperaturen dan 0 kelvin zenden infraroodstraling uit. er is geen middenstof nodig om de warmte door straling door te geven.

23
Q

absolute nulpunt

A

-273°C
(= 0 kelvin)

24
Q

Smeltpunt water

A

0 ° C

25
Q

kookpunt water

A

100 ° C

26
Q
A