Frans-Nederlands Flashcards
aanbod
offre
aanvaarding
acceptation
aanvullend recht
droit suppletétif
afstand
renonciation
bedrog
dol
begin van bewijs door geschrift
commencement de preuve par écrit
benadeling
lésion
betaling
paiement
bevrijdingsbeding
clause exonératoir de responsabilité
borg
caution
borgtocht
cautionnement
contract onder bezwarende titel
contrat à titre onéreux
contract ten kostenloze titel
contrat à titre gratuit
contractvrijheid
liberté contractuelle
delegatie
délégation
derde medeplichtigheid
tierce complicité
derdenbeding
stipulation pour autrui
dwaling
erreur
dwangsom
astreinte
dwingend recht
droit impératif
eenzijdig contract
contrat unilatérale
exceptie van niet-uitvoering
exception d’inexecution
geweld
violence
goude trouw
bonne foi
herkwalificatie
requalification
herroepingsrecht
droit de rétractation
hoofdelijkheid
solidarité
hulppersoon
auxiliaire
imprevisieleer
théorie de l’imprévision
informatieplicht
devoir d’information
ingebrekestelling
mise en demeure
kanscontract
contrat aléatoire
kennisgeving
notification
kwalitatieve rechten
droit qualitatifs
kwijtschelding van schuld
remise en dette
leveringsverbintenis
obligation de déliverance
looncessie
cession de rémunération
meerpartijencontract
contrat multipartite
meester van de zaak
maître de l’affaire
misbruik van omstandigheden
abus de circonstance
natuurlijke verbintenis
obligation naturelle