Frans examen voc Flashcards
artikel
un article
asiel
un asile
vereniging
une association
burger
un citoyen
inzameling
une collecte
combinatie
une combinaison
componist
un compositeur
un courriel
nieuwsgierigheid
la curiosité
waardigheid
la dignité
recht
le droit
gelijkheid
l’égalité
slavernij
l’esclavage
eis
une exigence
uitbreiding
une expansion
stichter
un fondateur
verschuiving
un glissement
opleiding
une formation
kosteloosheid
la gratuité
drukkerij
une imprinterie
lezer
un lecteur
vrijheid
la liberté
woning
un logement
regisseur
un metteur en scène
lay-out, opmaak
la mise en page
horloge
une montre
zoekmachine
un moteur de recherche
webbrowser
un navigateur internet
vrede
la paix
partij
un parti
gedachte
une pensée
vrij beroep
une profession libérale
eigendom
la propriété
nabijheid
la proximité
ras
une race
redactie
la redaction
opoffering
une sacrifice
internet
La Toile
spinnenweb
une toile d’araignée
foltering
la torture
slachtoffer
une victime
rampzalig
catastrophique
verward
confus
corrupt
corrompu
betwistbaar
discutable
financieel
financier
ontrouw
infidèle
onbelangrijk
insignifiant
massaal
massif
ontevreden
malcontent
alomtegenwoordig
omniprésent
uitdagend
provocateur
openbaar
public
terughoudend
réticent
gelijk
semblable
sociaal
sociable
stabiel
stable
beschuldigen van
accuser de
toepassen
appliquer
toekennen aan
attribuer à
samendrukken
comprimer
afsluiten
se conclure
dekken
couvrir
ontdekken
découvrir
bewijzen
démontrer
aanklagen
dénoncer
zich verplaatsen
se déplacer
storen
déranger
uitzenden, verspreiden
diffuser
ruzie maken
se disputer
zich documenteren
se documenter
verkiezen
elire
binnendringen
envahir
zich vestigen
s’établir
ontploffen
exploser
graven
fouiller
opleggen
imposer
omvatten
inclure
zich informeren
s’informer
verbieden
interdire
veranderen
modifier
ontkennen
nier
zich bezighouden met
s’occuper de
voorstellen
proposer
relativeren
relativiser
opeisen
revendiquer
kunnen
savoir
selecteren
sélectionner
veronderstellen
supposer
schrappen
supprimer
opscheppen over
se vanter de
controleren
vérifier
zappen
zapper
recht hebben op
avoir droit à
plaatsvinden
avoir lieu
vechten voor
se battre pour
de eetlust ontnemen
couper l’appetit
de kwaliteiten hebben voor
être à la hauteur de
de positie bepalen
faire le point
uitzichtloos
sans issue
zuur
un acide
verbetering
une amélioration
atletiek
l’athlétisme
rijstrook
une bande de circulation
brandstof
carburant
chemie
la chimie
verkeer
la circulation
botsing
une collision
samentrekking
une contraction
tijdrit
un contre-la-montre
fietser
un cyclist
schade
des dégats
tiende
un dixième
doping
le dopage
verkeersopstopping
un embouteillage
training
un entraînement
verkeerslicht
un feu
vezel
un fibre
winst
un gain
erfenis
un héritage
letsel
une lésion
helft
la moitié
spier
un muscle
zwemmen
la natation
optimalisering
l’optimalisation
zuurstof
l’oxygène
polsstok
la perche
prestatie
une performance
voetganger
un piéton
voorrang
la priorité
vooruitgang
un progrès
vermogen
la puissance
een kwart
un quart
een kortere weg
un raccourci
ademhaling
la respiration
sprong
un saut
drempel
un seuil
percentage
un taux
derde
un tiers
stuur
un volant
chemisch
chimiaue
kort
court
druk
dense
erfelijk
héréditaire
onvermijdelijk
incontournable
onoverschrijdbaar
infranchissable
mechanisch
mécanique
medisch
médical
erg belangrijk
primordial
spier-
musculaire
ademhalings-
respiratoire
zich opstapelen
s’accumuler
verbeteren
améliorer
door…rijden
brûler
afstaan
céder
af- en aanrijden
circuler
knipperen
clignoter
verbruiken
consommer
slippen
déraper
verbreden
élargir
bevoordelen
favoriser
overschrijden
franchir
remmen
freiner
erven
hériter
aanrijden
heurter
langsheen rijden
longer
inzetten op
miser sur
gespierd maken
muscler
botsen tegen
percuter
zich ontzeggen
se priver de
verkorten
raccourcir
vertragen
ralentir
verlengen
rallonger
aanrijden
renverser
ademen
respirer
bezwijken
succomber à
draaien
virer
in de foute richting
à contresens
per uur
à l’heure
kettingbotsing
une collison en chaîne
botsen
entrer en collison
stilstaan
être en arrêt
zijn weg verderzetten
poursuivir sa route
op slag
sur le coup
rechts afslaan
tourner à droite
links afslaan
tourner à gauche
rechtdoor
tout droit
in tegenstelde richting rijden
venir en sens inverse
begeleiding
un accompagnement
scholing
un apprentissage
vereniging
une association
onderzoeker
un chercheur
cijfer
un chiffre
gemeenschap
une communauté
gedrag
uncomportement
begrip
la compréhension
verschil
un décalage
graad
un degré
schoolvak
une discipline
afstand
un écart
opvoeding
une éducation
gelijkheid
l’égalité
onderwijs
l’enseignement
tijdperk
une époque
geest
un esprit
instelling
un établissement
Verenigde staten
les Etats-Unis
buitenland
l’étranger
studie
une étude
student
un étudiant
onderwijzer
un instituteur
het lezen
la lecture
gebrek
un manque
wiskunde
les maths
vak
une matière
rijpheid
la maturité
mengsel
un mélange
maatregel
une mesure
gemengdheid
la mixité
beweging
un mouvement
doelstelling
un objectif
gereedschap
un outil
land
un pays
aanwezigheid
une présence
bewijs
une preuve
reden une raison
uitslag un résultat
achterstand
un retard
eis
une revendication
wetenschap
une science
periode dat men naar school gaat
la scolarité
scheiding
une séparation
geslacht
un sexe
maatschappij
une société
subsidie
une subvention
academsich
académique
amerikaans
américain
behoudsgezind
conservateur
hoog
élevé
vrouwelijk
feminin
sterk
fort
indrukwekkend
impressionant
beter
meilleur
gemengd
mixte
talrijk
nombreux
betalend
payant
pedagogisch
pédagogique
slechter
pire
praktisch
pratique
privé
privé
openbaar
public
wetenschappelijk
scientifique
school-
scolaire
tweede
second
secundair
secondaire
hoger
supérieur
afschaffen
abolir
bevestigen
affirmer
associëren met
associer à
verzekeren
assurer
verhogen
augmenter
toelaten
autoriser
citeren
citer
bevestigen
confirmer
tegenspreken
contester
zich redden
se débrouiller
verdedigen
défendre
verblijven
demeurer
voorbijsteken
dépasser
afhangen van
dépendre de
storen
déranger
voor zijn
devancer
verstrooien
distraire
beschouwen
envisager
studeren
étudier
vermijden
éviter
veralgemenen
généraliser
opleggen
imposer
aandiden
indiquer
beïnvloeden
influencer
inschrijven
inscrire
ondervragen
interroger
invoeren
introduire
geboren worden
naître
behalen
obtenir
bewijzen
prouver
overzitten
redoubler
slagen
réussir
onthullen
révéler
vatten
saisir
scheiden
séparer
ondergaan
subir
nauwelijks
à peine
in de loop van au cours de
meer
davantage
winnen van l’emporter sur
ten gunste van
en faveur de
gemiddeld
en moyenne
daarentegen
en revanche
unaniem beslist worden
faire l’unanimité
smelten als sneeuw voor de zon
fondre comme neige au soleil
beter
mieux
regelmatig
régulièrement
in vraag stellen
remettre en question volgens selon
voldoende
suffisamment