Flexodruk Flashcards

1
Q

Wat houdt narrow web ‘labelmarkt’ in?

A
  • Smalbaan (max. ong. 500mm) en aparte drukgroepen (6 tot ..)
  • Tendens: hybride persen = druktechnieken combineren
    –> wit = zeefdruk
    –> inkjet voor VDP
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn eindproducten van narrow web ‘labelmarkt’?

A
  • zelfklevend materiaal (labels)
  • Papier en kunststof (tags)
  • Smalbaanfolie (bv. shrinksleeves)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat houdt wide web ‘flexibele packaging’ in?

A
  • Breedbaan (max ong. 1200mm)
  • Veel al satellietpersen = centrale tegendrukcilinder
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn eindproducten van wide web ‘flexibele packaging’?

A
  • Bedrukken van folies en papier

–> Inline afwerking: draagtassen,
papierzakken…
–> Offline afwerking: lamineren film, vouwen drankkartons..

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat houdt de industrie golfkarton (corrugated board) in?

A
  • Tot zeer breed 2 000mm
  • Pas op: preprint = offset
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn eindproducten van golfkarton (corrugated board)?

A

Bedrukken van golfkarton dozen, displays, shelf ready packaging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Noem de stappen van het productieproces van flexodruk op

A
  • Ontwerp
  • Prepress
  • Drukproef
  • RIP
  • Drukvorm
  • Drukken
  • Afwerken

“Op Pasen Drinkt Raoul Drie Dozen Appelsap”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Leg de stap van het productieproces van flexodruk uit: Ontwerp

A
  • Crossmediaal, het is onafhankelijk van drukproces.
  • Ontwerp is niet drukklaar (gebruik van RGB opmaak of beeld, gebruik van verkeerde spotkleuren,..)
    Bij een drukresultaat zonder aanpassingen krijg je harde breuklijnen, register problemen, gaten in beelden,
    doffe kleuren, onleesbare barcodes..
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Leg de stap van het productieproces van flexodruk uit: Prepress

A

Specifieke software:
vectorieel: Esko, Packz, Adobe Illustrator,..
beeld: Adobe Photoshop

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Leg de stap van het productieproces van flexodruk uit: Drukproef

A

Contractproef: kleur en inhoud
Goedkeuring aan de pers?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Leg de stap van het productieproces van flexodruk uit: RIP

A
  • Rasteren
  • 8bit naar 1bit
  • Calibratiecurven…
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Leg de stap van het productieproces van flexodruk uit: Drukvorm

A
  • Digital engraving
  • Platemaking
  • Monteren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Leg de stap van het productieproces van flexodruk uit: Afwerken

A
  • Lamineren
  • Slitting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Leg de stap van het productieproces van flexodruk uit: Drukken

A
  • Narrow web: Inline Press
  • Wide web: Centrale tegendruk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waarom is een grafisch ontwerp niet drukklaar is voor flexodruk?

A

Ontwerp is niet drukklaar (gebruik van RGB opmaak of beeld, gebruik van verkeerde spotkleuren,..)

Een drukresultaat zonder aanpassingen krijg je harde breuklijnen, register problemen, gaten in beelden, doffe
kleuren, onleesbare barcodes..

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de uitdagingen van flexodruk?

A
  1. Kraalrand van lijnwerk en rasterpunten
    - Lijnwerk kan verbreden, wordt vettiger
    - Raster: puntaangroei
    - Weergeven van lage tonen is moeilijk
    - Dit is de oorzaak van breuklijnen in
    verlopen en beelden
    - Offset en diepdruk hebben hier geen last van
  2. Registratieverschillen
    - Typisch voor rotatiedruktechnieken
    - Hoe groter de pers, hoe groter probleem
    - Nieuwste drukpersen hebben hier minder
    last van
  3. Volvlakdensiteiten
    - De combinatie van raster en volvlakken is moeilijker dan in diepdruk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Noem de 7 prepressaanpassingen op

A
  • Formaten
  • Kleurseparaties bepalen
  • Overprint en tapping
  • Beeldbewerking
  • Barcodes
  • Tekst en lijn
  • Verloop

“Felle Kleuren Op Beelden Bij TV”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Bespreek de prepressaanpassing: Formaten

A

Het ontwerp moet aangepast worden aan de juiste technische afmetingen.

  • Kapvorm labels
    Formaat hangt af van de kapvorm (stans)
    Als je een nieuwe kapvorm wilt aanmaken dan moet je kijken wie betaalt (enorm duur) en de kapvorm
    doorgeven. Een bestaande kapvorm vraag je bij de drukker. Kapvorm definieer je met breedte, hoogte, en de radius (straal) van de ronde hoeken of vrije vorm.
    Kapvorm moet aflopende druk zijn. Positie kapvorm kan afwijken. Blijf met de tekst en objecten zo’n 22mm van
    de rand om nooit weggekapt te worden.
  • Flexibele folie stramienen
    Veel soorten flexibele verpakkingen zoals vb. de pillow bag. Moet bestaan uit een voorzijde, achterzijde bestaat
    uit 2 delen en nog 2 extra flappen: lasnaad of sealnaad.
    Zorg ook altijd voor overprint! Dus de lijnen moeten boven het ontwerp komen. Gebruikt ook een technische
    kleur. Steunkleur aanmaken met naam die, stans, cut, découpe.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Bespreek de prepressaanpassing: Kleurseparaties bepalen

A

Hier wordt het ontwerp aangepast naar de juiste drukkleuren: process- en/of steunkleuren. Je moet juiste
kleurscheidingen: separaties hebben. (processkleuren CMYK, steunkleuren, wit, vernis, technische kleuren,..)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Bespreek de prepressaanpassing: Overprint en tapping

A

Overprint: tekst en objecten bovenop een andere kleur.
Trapping: overlappen van kleuren
Met overprint en overdruk vermijden we visueel storende witte lijnen door registratieverschillen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Bespreek de prepressaanpassing:
Barcodes

A

Een barcode in een ontwerp is altijd onbetrouwbaar en wordt herzet.
- Barcode groottes: Er zijn wettelijke afmetingen. De EAN-8 en de EAN-13 maar je mag daarvan afwijken van
80% tot 200%. De breedte moet correct zijn maar de hoogte mag variëren. De breedte begint al vanaf het
witte gedeelte (clear zone/vrije zone: binnen deze zone staan geen elementen die uitlezing van de barcode
kunnen verwarren).

  • Barcode kleur: Achtergrond best onbedrukt en streepjes best donkerste kleur. Moet in 1 kleurseparatie staan
    om registratieverschillen te vermijden. Als je barcode met prepress drukt dan zullen de lijntjes veel dikker
    uitkomen en dat is normaal maar de code zal niet meer leesbaar zijn daarom moeten we BWR (bar with
    reduction) doen met – 40micrometer en dan krijg je de juiste.
  • Barcode richting: In principe staan op verpakkingen de strepen altijd evenwijdig met de drukrichting. Reden:
    in deze richting heb je minst kans op uitsmeren van de strepen van de barcode (Uitzondering = shrinksleeves:
    dwars op de krimprichting)
20
Q

Bespreek de prepressaanpassing:
Tekst en lijn

A
  • Minimale corpsgrootte:
    Afhankelijk van drukpers, drukvorm, substraat, lettertype…
    –> Labels:
    positieve schreefloze tekst: ong 4 pt
    negatieve schreefloze tekst: ong 6 pt bold
    –> Flexibels:
    positieve schreefloze tekst: ong 6 pt
    negatieve schreefloze tekst: ong 8 pt bold
    –> Golfkarton:
    positieve schreefloze tekst: ong 12 pt
    negatieve schreefloze tekst: ong 14 pt bold
  • Opgebouwde tekst:
    Tekst pos/neg opgebouwd uit +2 kleur, ongepast voor registerverschillen.
    –> Oplossing: lichtste kleur
    terugtrekken of contourlijn.
21
Q

Bespreek de prepressaanpassing:
Verloop

A

Bij verlopen hebben we te kampen met een harde breuklijn. We willen deze verbergen.

  • Oplossing 1: minimumpunt laten
    doorlopen over heel de verpakking
  • Oplossing 2: breuklijnen verbergen
  • Oplossing 3: gebruik van een stochastisch
    of hybride rastertechniek
22
Q

Bespreek de prepressaanpassing:
Beeldbewerking

A

Beelden worden geoptimaliseerd voor flexodruk. Ook hier hebben we te kampen met breuklijnen.

Optimalisatie voor flexodruk:
1. Mooiere kleuren: Mooier maken van beelden door scherpte, witpunt, attractievere kleuren gebruiken..
Het ideaal is om zuivere kleuren te gebruiken en vervuilende kleuren te verwijderen. Toch ook zwart
beperken wegens visueel minimumpunt.

  1. Aanpassen naar een referentie (dus bestaande verpakkingen, offset standaard, ISO coated v2)
  2. Anticiperen op problemen in plaatmaken en drukken, dus het verstoppen van breuklijnen en
    minimumpunt steken in ‘gaten’ in beeld.
  3. Steunkleuren aanmaken op beeldniveau
23
Q

Wat zijn de belangrijkste acties op een RIP?

A
  • rasteren
  • verkorten
  • curven
23
Q

Leg uit: Rasteren

A
  • AM- Screening
  • FM-screening
  • XM/Hybrid-screening
24
Q

Leg uit: AM-Screening

A
  • Principe: Varieert de grootte van de rasterpunten om grijstinten te produceren.
  • Toepassing in flexodruk: vaak gebruikt voor het weergeven van continue tonen afbeeldingen. De grootte van de rasterpunten varieert om de intensiteit van het beeld aan te passen.
25
Q

Leg uit: FM-Screening

A
  • Principe: Houdt de grootte van de rasterpunten constant en varieert de afstand tussen hen om grijswaarden te produceren.
  • Toepassing: FM-rasters worden gebruikt om de zichtbare rasterpatronen te verminderen. Ze bieden vaak een betere detaillering en een gelijkmatiger afdrukresultaat.
26
Q

Leg uit: Hybride Screening (XM)

A
  • Principe: Combineert aspecten van AM- en FM-rasters om de voordelen van beide te benutten.
  • Toepassing: In sommige gevallen wordt een hybride raster gebruikt om zowel de helderheid van AM-rasters als de uniformiteit van FM-rasters te combineren. Dit kan helpen bij het verminderen van moiré-patronen en het verbeteren van de algehele afdrukkwaliteit.

AM: voor middeltonen
FM: voor lage tonen

27
Q

Leg uit: Verkorten

A

Het krimpen van het beeld in machinerichting.

Waarom? Omdat de drukkende beelden hoger liggen dan de niet drukkende, wordt het drukoppervlak uitgerokken. Dit moet gecompenseerd worden.

28
Q

Leg uit: Dotgain compensation

A

Er is punttoename tijdens het drukken. Dit zorgt ervoor dat het drukbeeld donkerder wordt.
Die moet gecompenseerd worden.
(Bv. Door -15% in te stellen bij de RIP)

29
Q

Leg uit: Bump up curve

A

Bij het traditioneel plaatmaken krimpen de rasterpunten. De kleinste punten vallen zelfs weg. Als de kleinste
rasterpunten wegvallen, krijgen we opvallende breuklijnen in de hoge lichten.
Oplossing: Deze kleinste punten worden met een ‘bump up curve’ opgetrokken naar het kleinst mogelijk – stabiele – punt
op de drukvorm.

30
Q

Deel flexdrukvormen in volgens vorm

A
  • Vlakke platen: basismateriaal zijn grote platen waarop ‘alle’ drukvormformaten passen
  • Rondsleeves: basismateriaal aangemaakt voor bepaalde omvang van drukcilinder
31
Q

Wat zijn de voor-en nadelen van vlakke platen?

A

Voordeel: alle drukvormformaten passen
Nadeel: hebben altijd een druknaad

32
Q

Wat zijn de voor-en nadelen van rondsleeves?

A

Voordeel: perfect register bij drukken en geen druknaad
Nadeel: productietijd 10-15 dagen en archivering

33
Q

Bespreek de kenmerken van drukvormen

A
  • Dikte
    –> 0.76 tot 6.35mm
    –> Afhankelijk van de drukpers/druktechnologie.
    Bv. labels: dunne drukvormen, terwijl golfkarton: dikke drukvormen
  • Hardheid
    –> Volvlakken: zacht
    –> Fijne rasters: hard
  • Bestendig tegen inkt- en wassolventen
  • Fysieke eigenschappen (dikte, voet, reliëf)
    + doornsnede kunnen tekenen
34
Q

Leg het drukproces uit van ‘digitaal plaatmaken’

A
  1. Rugbelichting: verharden ‘voet’
  2. Graveren / digital imaging
    = verwijderen zwarte laag met laser (CTP)
    = aanbrengen drukbeeld
  3. Hoofdbelichten
    = verharden ‘reliëf’
  4. Uitwassen met solvent of water
  5. Drogen
  6. Nabelichten
    UVA: chemisch afwerken
    UVC: verstevigen plaat, plakkerigheid wegnemen
35
Q

Leg uit hoe de flexodrukvorm op de drukvormcilinder gemonteerd wordt

A
  • dubbelzijdig tape op aanbrengen
  • monteren drukvorm op de drukvormcilinder
36
Q

Leg het belang van
montagepaskruisen (punten) uit

A

Wat: Montagepaskruisen (punten) worden aan de randen van de flexodrukvorm toegevoegd als visuele referentiepunten.

Doel: Ze zorgen voor nauwkeurige uitlijning en registratie van de drukvorm, waardoor consistentie tussen kleuren wordt gegarandeerd en drukfouten worden verminderd.

37
Q

Je kan 1 station van een flexodrukgroep tekenen en cilinders benoemen

A

Tegendruk
Drukvormcilinder
Rasterwals
Rakel
bakrol
Inktbak

38
Q

Leg uit wat een rasterwals is en beschrijf het ininkten van de drukvorm. Leg uit wat het volume van inktnapjes is en wat de interactie met volvlakken en rasterpunten is.

A

Rasterwals: neemt de inkt op en zet deze over op de wals waar de fotopolymeer plaat op gemonteerd is.

Je hebt een x aantal napjes per centimeter en hoe groter de napjes, hoe meer volume je hebt en hoe meer inkt je
hebt. Wat is het gevaar? Je moet altijd goed zorgen dat als je rasterpunten hebt, dat die altijd ondersteund worden
door walletjes anders gaan ze in de napjes dippen en worden ze helemaal in geinkt en krijg je slechte uitgedrukte
punten.

39
Q

Leg uit: Slitting

A

Na het drukken gaan we de labels doorsnijden per verpakking = slitten.
Dat is met twee rotatieve wielen
(snijmesjes) en daarmee wordt de brede rol gesneden en alles wordt opgerold in dunne banen

40
Q

Leg uit: Peeling

A

is de matrix die weggenomen wordt tijdens de afwerking van de labels

41
Q

Wat is lamineren?

A

= verschillende lagen plastic, folie tegen elkaar gaan lijmen, een manier om multilayer folies te kunnen maken.
- Geeft professionele finish
- Beschermende werking
- Vergroot levensduur en leesbaarheid
(bv. menu kaarten)

42
Q

Wat zijn de 3 grootste uitdagingen van flexodruk?

A
  1. Kraalrand –> groter minimumpunt
    - onmogelijk om highlights (lage tonen) weer te geven.
    - Visueel storende breuklijnen op het einde verlopen en beelden
  2. Registratieverschillen
    - Typisch voor rotatiedruktechnieken
    - Hoe groter de pers, hoe groter probleem
    - Nieuwste drukpersen hebben hier minder
    last van
  3. Volvlakdensiteiten
    - De combinatie van raster en volvlakken is moeilijker dan in diepdruk
43
Q

Hoe los je het probleem van de kraalrand op?

A
  • Hybrid screening vermijdt breuklijnen
  • High Resolution zorgt voor kleinere minimumpunten
  • Surface screening vermindert kraalrand
  • Nieuwe plaattypes: betere inktoverdracht en Flat-top-dot
44
Q

Hoe los je het probleem van de registratieverschillen op?

A
  • Prepress? trapping, overprint, objecten in 1 kleur opbouwen…
  • Steeds betere register op pers bv automatische registercorrectie
45
Q

Hoe los je het probleem van de volvlakdensiteiten op?

A

Surface screening
= drukken met rasterwals met hoger inktvolume

46
Q

Wat is Esko HD Flexo?
Welke technologieën worden er gecombineerd?
Welke beperking in flexodruk lost ze op?

A

Esko HD flexo is een techniek die zorgt voor een hogere kwaliteit in flexodruk.
Gebaseerd op 3 technologieën:
High Resolution imaging, Hybrid screening & Surface Screening: Microcels

  • High resolution imaging
    –> stabielere en kleinere minimumpunten
    –> Minder dotbrigding
    –> Mooier en kleiner lijnwerk
  • Hybrid Screening
    –> Vermijden van breuklijnen, lichtere
    highlights
    –> Mooiere volvlakken, hogere densiteit
47
Q

Wat is “expanded gamut printing” ?

A

een druktechniek waarbij extra kleuren worden toegevoegd aan het standaard CMYK-kleursysteem om een breder kleurbereik en levendigere kleuren te bereiken.