Faseovergangen Flashcards
1
Q
Vast naar gasvormig
A
Sublimeren
2
Q
Vloeibaar naar vast
A
Stollen
3
Q
Vloeibaar naar gasvormig
A
Verdampen
4
Q
Gasvormig naar vloeibaar
A
Condenseren
5
Q
Gasvormig naar vast
A
Rijpen
6
Q
Smelten
A
Vast naar vloeibaar
7
Q
Sublimeren
A
Vast naar gasvormig
8
Q
Stollen
A
Vloeibaar naar vast
9
Q
Verdampen
A
Vloeibaar naar gasvormig
10
Q
Condenseren
A
Gasvormig naar vloeibaar
11
Q
Rijpen
A
Gasvormig naar vast
12
Q
Vast naar vloeibaar
A
Smelten
13
Q
s
A
Vast
14
Q
L
A
Vloeibaar
15
Q
G
A
Gasvormig