Exo 1 Flashcards

1
Q

Wat is regoliet?

A

De bron van klastisch sediment

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is verwering?

A

De afbraak van gesteente

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waar zorgt verwering voor?

A

Vorming van regoliet m.a.g. de vorming van sediment

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is sediment?

A

Regoliet dat opgepakt is en afgezet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waar vinden verwering en bodemvorming plaats?

A

In situ –> ter plekke

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is fysische verwering?

A

Gesteente die breekt wanneer er kracht op uitgeoefend wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de 5 belangrijkste vormen van fysische verwering?

A
  1. Jointing
  2. Kristalgroei
  3. Vorstverwering
  4. Thermische volumeverandering
  5. doorworteling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is jointing?

A

Barst vorming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is erosional unloading?

A

De druk van het gesteente gaat er vanaf en het gesteente spat uit elkaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is afkoeling?

A

De temperatuur van het gesteente daalt en het breekt uit elkaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn diaklazen?

A

Barsten die vormen in de aardoppervlak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is kristalgroei?

A

Water brengt opgeloste mineralen in het gesteente.Bij het uitkristalliseren (in het gesteente) nemen de kristallen meer en meer ruimte in, en drukken het gesteente uit elkaar, gedesintegreerd gesteente wordt afgevoerd. b.v neerslag van zouten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is vorstverwering?

A

Waar temperatuur schommelt rond het vriespunt, daar bevriest en ontdooit het water regelmatig, bijvoorbeeld dagelijks. Bevroren water (ijs) heeft meer volume dan vloeibaar water, waardoor het gesteente wordt opgebroken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is thermische volumeverandering?

A

Gesteente barst uit elkaar door brand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is doorworteling?

A

Een voorbeeld van bio-fysische verwering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is belangrijk voor chemische verwering?

A

Water

17
Q

Wat zijn de 3 belangrijke vormen van chemische verwering?

A
  1. Oplossing
  2. Uitloging
  3. Hydrolyse
  4. Oxidatie
18
Q

Wat is Oplossing?

A

Bijvoorbeeld zout lost op als er regen op de berg valt

19
Q

Wat is uitloging?

A

Continue verwijdering van gesteente bestanddelen door middel van oplossing in water door middel van zuren.

20
Q

Wat is hydrolyse?

A

Het water maakt deel uit van de chemische reactie

21
Q

Wat is oxidatie

A

de roodkleuring van zandsteen d.m.v zuurstof, waardoor ijzeroxide vormt

22
Q

Wat heeft invloed op verwering?

A

Helling, klimaat, tijd en het soort gesteente

23
Q

Wat is massabeweging?

A

Een neerwaardse beweging van regoliet of gesteente massa dankzij zwaartekracht

24
Q

Wat is rockfall?

A

een grote gesttente die naar beneden beweegt

25
Q

Wat zijn de twee soorten massabeweging

A
  1. ‘En masse’ stromen gesteentemassa’s, puin ect. naar beneden
  2. plotseling afbreken van relatief intacte massa’s gesteente of puin
26
Q

Plotselinge massabewegingen

A

Slumping: kromglijvlak die in elkaar zakt
Vallen: rock fall, debris fall (zorgt voor een puinhelling)
Glijden: over een ontkoppelingsvlak (rock slide, debris slide)

27
Q

Wanner treed massabeweging op?

A

Wanneer de schuifkracht groter is dan de schuifweerstand

28
Q

De charatkerisitieken van het naar beneden stromen van massa’s

A

Slurry flow: vleibaar gedrag, volgen de rivierdalen en de topografie
Granular flow: meer rigide, op berghellingen
Snelheid kan heel langzaam en heel snel

29
Q

Types slurryflow?

A

Solifluctie, het langzaamst, verzakte lobben
Debris flow: middel
Mudflow: snel

30
Q

Type granualar flow

A

Creep= langzaam
earthflow
grainflow
debris avalance= snelst

31
Q

Wat triggert massabewegingen op land

A

ondermijning, aardbevingen, neerslag en vulkanische uitbarstingen

32
Q

Wat triggert massabewegingen onder water

A

snelle sedimentatie in delta’s en gasvorming