Examenhulp Flashcards
1
Q
According to
A
Volgens
2
Q
Account for
A
Verklaren
3
Q
Amount to
A
Op neerkomen
4
Q
Argue
A
Beweren
5
Q
Attitude
A
Standpunt
6
Q
Bring up
A
Naar voren brengen
7
Q
Claim
A
Beweren
8
Q
Come down to
A
Op neerkomen
9
Q
What can be concluded from
A
Welke conclusie kan er getrokken worden uit
10
Q
Conclude
A
Besluiten
11
Q
What conclusion does he reach
A
Tot welke conclusie komt hij
12
Q
In connection with
A
Met betrekking tot
13
Q
Consider
A
Beschouwen
14
Q
Considering
A
In aanmerking nemend
15
Q
Convey
A
Meedelen
16
Q
Expressed
A
Uitdrukken
17
Q
Illustrate
A
Illustreren
18
Q
Imply
A
Suggereren
19
Q
Judging from
A
Naar… te oordelen, op grond van
20
Q
Look upon
A
Tegenover staan
21
Q
Meant to
A
Bedoeld zijn om te
22
Q
Outline
A
Schetsen
23
Q
Paragraph
A
Alinea
24
Q
What point is made
A
Wat is de kern van
25
Point out
Onder de aandacht brengen
26
Questioning
Onderzoeken
27
Quote
Citeren
28
Refer to
Verwijzen naar
29
Reflects
Weergeven
30
With regard to
Met betrekking tot
31
Regard
Beschouwen
32
Replaced by
Vervangen door
33
What respect
In welk opzicht
34
Under review
Dat hier gerecenseerd word
35
Serve to
Dienen ertoe om te
36
Statements
Beweringen
37
State
Beweren
38
Sums up
Samenvatten
39
Summarized
Samenvatten
40
Support
Ondersteunen
41
View
Opvatting
42
View
Beschouwen