Engels--> Nederlands Flashcards
1
Q
To behave
A
Zich gedragen
2
Q
behaviour
A
gedrag
3
Q
conduct
A
gedrag
4
Q
to punnish
A
straffen
5
Q
punishment
A
straf
6
Q
rude
A
onbeschoft
7
Q
to justify
A
rechtvaardigen
8
Q
justification
A
rechtvaardiging
9
Q
to admit
A
toegeven
10
Q
yo obey
A
gehoorzamen
11
Q
To disobey
A
ongehoorzaam zijn
12
Q
(dis) obedient
A
(on)gehoorzaam
13
Q
(dis)obedience
A
(on)gehoorzaamheid
14
Q
obstinate/stubborn
A
koppig
15
Q
frank
A
eerlijk/openhartig
16
Q
candid
A
eerlijk/openhartig
17
Q
(in)consistent
A
(in)consequent
18
Q
inconsistency
A
inconsequentheid
19
Q
vain
A
ijdel
20
Q
vanity
A
ijdelheid
21
Q
(dis)honest
A
(on)eerlijk
22
Q
to deceive
A
bedreigen
23
Q
honesty
A
eerlijkheid
24
Q
virtue
A
deugd
25
vice
ondeugd
26
(dis)loyal
(on)trouw
27
to harass
lastigvallen
28
harassment
intimidatie
29
hospitable
gastvrij
30
hospitality
gastvrijheid
31
conceited
verwaand
32
devotion
toewijding
33
to devote to
wijden aan
34
advice
advies
35
counsel
advies
36
wicked
gemeen/slecht
37
scum
uitschot
38
(in)compatible
(on) verenigbaar
39
to induce
ertoe brengen
40
cheek
brutaliteit
41
to sneer at
neerkijken op
42
mob
menigte
43
prudish
preuts
44
proper
goed/zo als het hoort
45
improper
onjuist/onfatsoenlijk
46
to suduce
verleiden
47
seductive
verleidelijk
48
to pamper
verwennen
49
scapegoat
zondebok
50
tacit
stilzwijgend
51
to treat
behandelen
52
to maltreat
mishandelen
53
to treat
trakteren
54
to preach
verkondigen/preken
55
indifference
onverschilligheid
56
indifferent
onverschillig
57
inclined
geneigd
58
liable/prone/apt
geneigd
59
to insult
beledigen
60
insult
belediging
61
offensive
beledigend
62
attitude
houding
63
rigid
star
64
to bully
pesten
65
bully
pestkop
66
to tend
de neiging hebben
67
tendencu
neiging
68
hostile
vijandig
69
hostility
vijanigheid
70
to tackle/ to address
aanpakken
71
gentle
zachtaardig
72
to flatter
vleien
73
to apologise
zich verontschuldigen
74
apology
excuus
75
aplologetic
verontschuldigend
76
to approve of
goedkeuren
77
to disapprove of
afkeuren
78
approval
goedkeuring
79
disapproval
afkeuring
80
hooligan
vandaal
81
hooliganism
vandalisme
82
impudent/insolent
brutaal
83
impudence/insolence
brutaliteit
84
to conform
zich aanpassen
85
to adapt
zich aanpassen
86
guideline
richtlijn
87
to cope with
aankunnen
88
verbal
verbaal
89
gesture
gebaar
90
to propose/to suggest
voorstellen
91
proposal/suggesrion
voorstel
92
proposition
voorstel
93
to reject
verwerpen
94
item
punt.agendapunt
95
to imply
betekenen
96
to imply
laten doorschemeren
97
(un)intelligible
(on)begrijpelijk
98
to focus
richten
99
focus
middelpunt
100
to notice
merken
101
noticeable
merkbaar
102
rumour
gerucht
103
spokesman
woordvoerder
104
to comment
commentaar geven
105
comment
commentaar
106
questionnaire
vragenlijst
107
survey
enquete
108
at random
willekeurig
109
to complete
voltooien
110
to emerge
blijken
111
to overhear
toevallig horen
112
topic/subject
onderwerp
113
it doesn't make sense
het is onbegrijpelijk
114
meaning/sense
betekenis
115
mass media
massamedia
116
postcode
postcode
117
zip code
postcode
118
parcel/package
pakje
119
to deliver
bezorgen/leveren
120
delivery
bezorging
121
courier
koerier
122
to inform
mededelen
123
to notify
mededelen
124
to respond
reageren
125
response
reactie
126
to keep in touch
contact houden
127
junk mail
ongevraagde reclame
128
message
boodschap/bericht
129
current
actueel
130
to announce
bekend maken
131
announcement
bekendmaking
132
orbit
baan
133
bold
vet
134
italics
cursieve letters
135
to nod
knikken
136
to wishper
fluisteren
137
to address
toespreken
138
address.speech
toespraak
139
particular
bijzonder
140
particulars.details
bijzonderheden/details
141
(ir)relevent
(on)belangrijke
142
relevance
relevantie
143
mind
geest
144
to mind
erg vinden
145
to mind
passen op
146
to mind
zich bemoeien met
147
clever
smart
148
to asssume
aannemen
149
to imagine
zich voorstellen
150
image
beeld
151
to take great pains
veel moeite doen
152
imagination
fantasie
153
imaginary
denkbeeldig
154
to ignore
negeren
155
common sense
gezond verstand
156
conscious of
zich bewust van
157
awareness
besef
158
to solve
oplossen
159
solution
oplossing
160
conscience
geweten
161
respect
opzicht
162
to occur to
opkomen bij
163
lunatic
gek
164
lunacy
waanzin
165
to comfort
troosten
166
comfort
troost
167
to remind of
herinneren aan
168
to cheat
bedriegen
169
to cheat
vals spelen
170
ahead
vooruit
171
firm
vastberaden
172
credible
geloofwaardig
173
credibility
geloofwaardigheid
174
incredible
ongelooflijk
175
to face
onder ogen zien
176
to be faced with
geconfronteerd worden met
177
complicated
ingewikkeld
178
absorbed in
verdiept in
179
narrow-minded
bekrompen
180
liberal
ruimdekend/liberaal
181
to persaude
overreden/overhalen
182
persausion
overredingskracht
183
to convince
overtuigen
184
curious
nieuwsgierig
185
curiosity
nieuwsgierigheid
186
to judge
beoordelen
187
circumstance
omstandigheid
188
to acknowledge
erkennen
189
superstition
bijgeloof
190
superstitious
bijgelovig
191
ridiculous
belachelijk
192
omen
voorteken
193
to concern
aangaan/betreffen
194
evil
kwaad
195
witch
heks
196
spell
betovering
197
to distract
afleiden
198
distraction
afleiding
199
prejudice
vooroordeel
200
prejudiced
bevooroordeeld
201
bias
vooroordeel
202
biased
bevooroordeeld
203
to interfere (in)
zich bemoeien met
204
interference
bemoeienis
205
to betray
verraden
206
betrayal
verraad
207
traitor
verrader
208
treason
verraad
209
to insist on
aandringen op
210
aim/goal/objective
doel
211
to consider
overwegen
212
to disregard
negeren
213
to regret
betreuren
214
regret
spijt
215
spirit
geest
216
spiritual
geestelijk
217
myth
mythe
218
to trust
vertrouwen
219
to distrust
wantrouwen
220
to dominate
overheersen
221
dominance
overheersend
222
cunning/sly
sluw
223
sensible
verstandig
224
to exist
bestaand
225
existence
bestaan
226
faith
geloof
227
faithful
trouw
228
nerve
lef/durf
229
mutual
wederzijds
230
to determine
bepalen
231
determined
vastbesloten
232
controversy
controverse
233
controversial
controversieel
234
to stand
uitstaan
235
hypocrite
huichelaar
236
hypocrisy
huichelarij
237
to suspect
vermoeden
238
to presume
aannemen
239
presumption
veronderstelling
240
presumably
vermoedelijk
241
incoherent
onsamenhangend
242
to consent
toestemmen
243
consent
toestemming
244
to dwell on
stilstaan bij
245
versatile
veelzijdig
246
thesis
stelling
247
to memorise
van buiten leren
248
to occupy
bezighouden
249
far fetched
vergezocht
250
unanimous
unaniem
251
to evaluate
evalueren
252
recollection
herinnering
253
to grasp/ to understand
begrijpen
254
pitfall
valkuil
255
to commemorate
herdenken
256
to associate
in verband brengen/ associeren
257
paragraph
alinea
258
according to
volgens
259
to reach
bereiken
260
to illustrate
illustreren
261
to imply
suggereren
262
to make clear
duidelijk maken
263
to explain
uitleggen
264
to express
uitdrukken
265
aim/purpose
doel
266
main
hoofd
267
main point
hoofdpunt
268
to serve
dienen ertoe
269
to refer to
verwijzen naar
270
to suggest
suggereren
271
to state
beweren
272
statement
bewering
273
to deal with
gaan over
274
to replace
vervangen
275
attitude
houding
276
view
mening
277
point of view
standpunt
278
judging from
te oordelen naar
279
to sum up
samenvatten
280
to point out
duidelijk maken
281
to describe
beschrijven
282
to argue
beweren
283
what is the point made about?
wat wordt er gezegd over?
284
with regard to
met betrekking tot
285
with respect to
met betrekking tot
286
to insert
tussenvoegen
287
to characterise
typeren
288
to emphasise
benadrukken
289
to account for
verklaren
290
to conclude
concluderen
291
to appear from
blijken uit
292
to reflect
weergeven
293
to amount to
neerkomen op
294
quotation
citaat
295
to derive from
afleiden van
296
to interpret
uitleggen/interpreteren
297
interpreter
tolk
298
confusion
verwarring
299
dumb
stom
300
deaf and dumb
doofstom
301
to meet
voldoen aan
302
to come up to
voldoen aan
303
to fall short of
niet voldoen aan
304
cutting
knipsel
305
to distort
verdraaien
306
issue
nummer
307
glossy
glanzend
308
tanned
gebruind
309
lap
schoot
310
to wink
knipogen
311
to stoop
bukken
312
to rub
wrijven
313
to drag
slepen
314
to pant
hijgen
315
to tap
tikken
316
to gaze
staren
317
to peer
turen
318
to yawn
geeuwen
319
object
voorwerp
320
to comply
voldoen
321
to tease
plagen
322
box office
kassa
323
to acquire
aankopen
324
acquisition
aankoop/aanwinst
325
sculpture
beeldhouwwerk
326
sculptor
beeldhouwer
327
heritage
erfgoed
328
stakes
inzet
329
noble
adellijk
330
nobility
adel
331
racial segregation
rassenscheiding
332
placard
bord
333
non-existant/non existent
niet bestaand
334
melting pot
smeltkroes
335
to obtain/to get
krijgen
336
to persevere
volhouden/volharden
337
to act
handelen
338
duty
plicht
339
spectacle
schouwspel
340
advocate
voorstander
341
to advocate
een voorstander zijn van/bepleiten
342
parish
parochie/kerkelijke gemeente
343
to release
uitbrengen
344
to indulge
verwennen
345
indulgent
toegeeflijk
346
candour
openhartigheid
347
trait
karaktereigenschap
348
fashion
manier
349
civil
beleefd
350
to amend
verbeteren/veranderen
351
to make amends for
goedmaken
352
prudent
verstandig/voorzichtig
353
by no means
helemaal niet
354
to own
toegeven
355
harsh
steng
356
to sense
voelen
357
to lapse into
vervallen in
358
to affect
doen alsof
359
mischief
kattenkwaad
360
mischievous
ondeugend
361
courteous
beleefd/hoffelijk
362
courtesy
beleefdheid
363
dignity
waardigheid
364
dignified
waardig
365
conceited
verwaand
366
gross
grof/ruw
367
manifest
duidelijk
368
considerate
attent
369
licentious
losbandig
370
to squander
verkwisten
371
to lead astray
op het verkeerde pad brengen
372
malicious
kwaardaardig
373
to come about
komen
374
to defy
uitdagen
375
to defy
negeren
376
in defiance of
in strijd met
377
austere
sober
378
austerity
soberheid
379
refined
beschaafd
380
disposition
aard/karakter
381
aloof
afzijdig
382
to frown upon
afkeuren
383
reputation
naam/reputatie
384
blemish
smet
385
repute
naam/reputatie
386
to bring into disrepute
een slechte naam bezorgen
387
disreputable
met een slechte naam
388
furtive
steels
389
self-conscious
verlegen
390
to eavesdrop
aflluisteren
391
to rebuke
berispen
392
thrift
zuinigheid
393
thrifty
zuinig
394
spendthrift
verkwister
395
filmsy
zwak
396
pretext
smoes
397
to exert oneself
zich inspannen
398
exertion
inspanning
399
to mock
bespotten
400
mockery
spot
401
to refrain from
zich onthouden aan
402
to pry into
je neus steken insteken
403
stealthy
stiekem
404
mainspring
drijfveer
405
to redress
herstellen
406
to concede
toegeven
407
to tamper with
knoeien aan
408
smug/complacent
zelfvoldaan
409
complacency
zelfvoldaanheid
410
to meddle in
zich bemoeien met
411
to question
in twijfel brengen
412
breach
breuk
413
to scold
een standje geven
414
rash
overhaast
415
to forsake
in de steek laten
416
deceptive
bedriegelijk
417
deception
bedrog
418
to seek help
hulp zoeken
419
content
tevreden
420
discontented
ontevreden
421
haughty
hooghartig
422
to mould
vormen
423
engaging
charmant
424
peculiarity
eigenaardigheid
425
to degrade
vernederen
426
borough
stadswijk
427
to part
uit elkaar gaan
428
ancestral
afstamming
429
ancestral
voorouderlijk
430
flaw
foutje
431
in vogue
in de mode
432
conspicuous
opvallend
433
garment
kledingstuk
434
appropriate
passend
435
undertaker
begrafenisondernemer
436
greed
hebzucht
437
greedy
hebzuchtig
438
greedy
gulzig
439
distinct
duidelijk
440
all but
bijna
441
exquisite
voortreffelijk
442
on no account
in geen geval
443
whereas
terwijl
444
sewer
riool
445
sewage
rioolwater
446
to stroll
rustig wandelen
447
blaze
brand/vuurzee
448
ablaze
in brand
449
to stifle
onderdrukken
450
aisle
gangpad
451
subject to
onderhevig aan
452
subject to
afhankelijk van
453
maze
doolhof
454
to scatter
verspreiden
455
to spot
ontdekken
456
to assimilate (into)
zich aanpassen (aan)
457
assimilation
aanpassing (aan)
458
knight
ridder
459
to restore
teruggeven
460
restoration
teruggave
461
to consume
verbruiken
462
provided
mits
463
regional
regionaal
464
to linger
achterblijven
465
to advance
voorschieten
466
ascension day
hemelvaartsdag
467
regardless of
ongeacht
468
irrespective of
ongeacht
469
to annihilate
vernietigen
470
curse
vloek
471
to urge
aansporen
472
to erect
oprichten
473
barren
onvruchtbaar
474
to dwell
wonen
475
to subsist on
bestaan van
476
subsistence
bestaan
477
vapour
damp
478
adverse
ongunstig
479
notwithstanding
ondanks
480
to rage
woeden/tekeergaan
481
to wreck/to ruin
bederven
482
to emerge
tevoorschijn komen
483
alien to
vreemd aan
484
supremacy
overheersing
485
to accommodate
zich aanpassen
486
registrar
ambtenaar van de burgelijke stand
487
champion
voorvechter
488
stall/booth
kraam
489
errand
boodschap
490
to detach
losmaken
491
novel
nieuw
492
subordinate
ondergeschikte
493
salvation
redding
494
to be eligible
in aanmerking komen
495
picket
stakingspost
496
to stipulate
bepalen
497
stipulation
bepaling
498
to derive form
voortkomen uit
499
to impose
opleggen
500
to prompt
ertoe brengen
501
want
armoede
502
to perceive
zien/waarnemen
503
(im)perceptible
(on)merkbaar
504
perception
beeld
505
creed
geloof/godsdienst
506
insect repellent
insectenwerend middel