E Flashcards
1
Q
Commencer
A
Beginnen
2
Q
Visiter
A
Bezoeken
3
Q
Continuer
A
Doorgaan
4
Q
On peut
A
Wij kunnen mogen
5
Q
ne(e)
A
Geboren
6
Q
Celebre
A
Beroemd
7
Q
Toujours
A
Altijd, nog steeds
8
Q
Il y a dix ans
A
Tien jaar geleden
9
Q
Enfin
A
(Uit) eindelijk
10
Q
Le volleur
A
De dief