Duits Flashcards
woorden
de film
der Film - die Filme
de ingang
der Eingang
de kookcursus
der Kochkurs - die Kochkurse
de optocht
der Umzug
het plan
der Plan - die Pläne
het pretpark
der freizeitpark
de tip
der Tipp - die Tipps
de uitgang
der Ausgang
de wandeling
der Spaziergang
de wedstrijd
der Wetkampf
het entreekaartje
die Einrittskarte - die Einrittskarten
het feest
die Party - die partys
de fietstocht
die Radtour
het idee
die Idee
de klimhal
die Kletterhalle
het evenement
die Veranstaltung
de bioscoop
das Kino
het concert
das Konzert
het festival
das Festival
de training
das Training - die Trainings
de voetbalwedstrijd
das Fußballspiel
het weekend
das Wochenende
het zomerkamp
das Sommercamp
zich aanmelden
sich anmelden
bestellen
bestellen
fotograferen
fotografieren
zich intresseren voor
sich intressieren für
klimmen
klettern
plaatsvinden
stattfinden - stattgefunden
reserveren, bespreken
reservieren
een uitstapje maken
einen Ausflag machen
vieren
feiern
wandelen
wandern
winkelen
shoppen
zin hebben in
lust haben auf
s’ avonds
am abend/abends
