Discriminatie & vooroordelen Flashcards
Discriminatie
is een ongerechtvaardigde, negatie en/of schadelijke actie die mensen richten tegen de mensen binnen een groep, puur omdat ze deel uitmaken van die groep.
Discriminatie is te herkennen aan een ongelijke behandeling van een persoon op grond van een bepaald kenmerk, zoals geslacht, religie of seksuele geaardheid.
Vooroordelen
Vooroordelen zijn vijandige of negatieve emoties tegenover een onderscheidbare groep mensen, puur gebaseerd op hun lidmaatschap van die groep. Ze hebben een affectieve (emotionele) component.
Zijn vooroordelen altijd negatief?
Nee, vooroordelen kunnen zowel positief als negatief zijn, hoewel negatieve vooroordelen vaker schadelijk zijn.
Hoe kun je negatieve gevoelens over andere mensen verminderen?
Negatieve gevoelens kunnen verminderd worden door in contact te komen met mensen waarover je vooroordelen hebt.
Dit helpt om hun persoonlijkheid en kwaliteiten te leren kennen.
Welke component is het meest opvallend in de structuur van vooroordelen?
De affectieve (emotionele) component is het meest opvallend in de structuur van vooroordelen.
Italiaanse onderzoek vooroordelen
Uit Italiaans onderzoek kwam naar voren dat als je tijdens een arbeidsrelatie te maken krijgt met een collega over wie je eerst vooroordelen hebt, je meer empathie en een verminderde ‘angst’ voor de groep krijgt.
Dit doordat je iemands kwaliteiten en persoonlijkheid leert kennen.
Sociale categorisatie
het begrijpelijker maken van de sociale wereld door mensen op
basis van enkele kenmerken in te delen in categorieën.
Dit gebeurt spontaan en automatisch zonder dat we erbij nadenken (schema’s).
Hoe definiëren we een stereotype
als een cognitief schema dat bepaalde kenmerken bevat die we aan de mensen binnen een groep toeschrijven zonder rekening te houden met onderlinge verschillen en die we wijd delen binnen een samenleving.
Op basis waarvan ontwikkelen we stereotypen
op basis van onze eigen ervaring en van wat we horen via de media en in onze lokale cultuur.
Mensen kunnen schaamteloos en openlijk praten over stereotype.
Geïnstitutionaliseerde discriminatie
legale of illegale discriminatie van minderheden door een overheid of andere gezaghebbende instanties op grond van etniciteit, sekse, cultuur, leeftijd, seksuele oriëntatie of andere kenmerken.
Bijv. bij een sollicitatie.
Impliciete associatie test (IAT)
een test waarbij de snelheid van iemands positieve en negatieve associaties met een doelgroep wordt gemeten.
Het is een test die onbewuste (impliciete) associaties meet aan de hand van de snelheid waarmee mensen een gezicht (bijv. wit of donker, oud of jong) kunnen koppelen aan een positief of negatief woord (bijv. slecht of eerlijk, vreugde of mislukking).
De effecten van vooroordelen:
- Mensen kunnen zelf gaan geloven in de vooroordelen die ze krijgen.
Bijv. minderwaardig, onaantrekkelijk of incompetent. - Mensen kunnen aan de andere kant de negatieve vooroordelen ook juist omzetten naar een bron van empowerment, motivatie en trots.
Selffulfilling prophecy
als je denkt dat Charlie niet heel slim is, is het waarschijnlijker dat je geen slimme vragen gaat stellen aan Charlie.
Waarom zou ik naar Charlie luisteren als die waarschijnlijk toch niks slims of interessants te zeggen heeft?
Als Charlie dit doorheeft, kan Charlie ook echt gaan geloven dat hij dom is (gollem effect).
Sociale identiteitsbedreiging
de bedreiging die mensen ervaren wanneer anderen hen beoordelen als deel van hun groep in plaats van als individu.
Zelfbevestiging
jezelf op een realistische manier herinneren aan je goede kwaliteiten of
ervaringen die ervoor zorgden dat je je trots en succesvol voelde. Zelfbevestiging is een
zogenaamde contra-stereotypestrategie.