Die Umwelt Flashcards
1
Q
Die Erderwärmung
A
De opwarming van de aarde
2
Q
Das Jahrhundert, -e
A
De eeuw
3
Q
Der Klimawandel
A
De klimaatverandering
4
Q
Die Meeresverschmutzung
A
De vervuiling van de zee
5
Q
Die Ölfürderung
A
De oliewinning
6
Q
Die Schiffahrt
A
De scheepvaart
7
Q
Die Spende, -n
A
De gift
8
Q
Die Spendenbetrag, ä -e
A
Het bedrag van de gift
9
Q
Bedrohen
A
Bedreigen
10
Q
Drohen
A
Dreigen
11
Q
Pflücken
A
Plukken
12
Q
Mähen
A
Maaien
13
Q
Retten
A
Redden
14
Q
Sinken
A
Dalen, zinken
15
Q
Überleben
A
Overleven
16
Q
Durchschnittlich
A
Gemiddeld
17
Q
Hinten
A
Achteraan
18
Q
Oben
A
Bovenaan
19
Q
Unten
A
Onderaan
20
Q
Vorne
A
Vooraan
21
Q
Weltweit
A
Wereldwijd
22
Q
Zusätzlich
A
Bijkomend