deeltentamen 2 Flashcards
1
Q
IgM
A
activatie van het complimentaire systeem
2
Q
IgD
A
sensisatie van basofielen
3
Q
IgG
A
neutralisatie, opsonisatie, sensisatie van NK-cellen, activatie van het complimentaire systeem, transport door de placenta, difussie
4
Q
IgA
A
neutralisatie, transport door het epithelium, diffusie
5
Q
IgE
A
sensisatie van mast cellen, sensisatie van basofielen.
6
Q
hinge regio
A
zorgt voor flexibiliteit
7
Q
IgA en IgM structuur
A
dimer en pentamer (compenseren voor zwakke affiniteit)
8
Q
poly en monoclonaal
A
polyclonaal: mix antilichamen, meerdere herkenningspunten
monoclonaal: 1 specifieke antilichaam, hybridoma van 1 B-celcolonie
9
Q
A