deel Tina Flashcards

1
Q

Geef de definitie van een hoek?

A

= Een ‘hoek’ is een duidelijk herkenbare zone die wordt gereserveerd voor een welbepaald type v an activiteit en waarbij het nodige materiaal direct toegankelijk is voor kinderen.

—> Gelijktijdig op verschillende plaatsen is er een brede waaier van activiteiten. Elke activiteit vraagt de nodige sfeer, materialen om een hoge betrokkenheid te creëren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waarom delen we een klas in hoeken en link dit met de manier waarop er onderwijs gegeven wordt:

A
  1. Organisatorisch: gemakkelijk overzicht te houden over de mogelijke activiteiten.

2: Onderwijskundig: de hoeken en hun inrichting stellen de kinderen in staat eigen plannen te ontwikkelen en uit te voeren.

(Ervaringsgericht onderwijs: Aanpak –> proces —> Effect model:
Onder aanpak valt een rijke leeromgeving. Een rijke leeromgeving bestaat uit een rijk basismilieu en een rijk aanbod.
Als KO is het belangrijk dat je stilstaat bij welke hoeken je aanbiedt (rijk basismilieu) en welke activiteiten, welk materiaal, welke prikkels (rijk aanbod).)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de 6 kenmerken van een goed ingerichte speelleeromgeving?

A
  • Esthetiek: schoonheid heeft een opvoedende waarde: kinderen leren schoonheid, sfeer en gezelligheid te waarderen. Nl. zorg en aandacht voor de omgeving.
  • Veiligheid: afhankelijk van leeftijd, ook belang van leerkracht. Niet te snel alles als onveilig beschouwen, kinderen ermee leren omgaan. bv. timmerhoek?
  • Rijkdom aan materialen en mogelijkheden: Niet te veel en niet te weinig: variatie! Bv. zandtafel: vol met emmers.
  • Orde en structuur: Voldoende opbergmogelijkheden/overzichtelijk?, kinderen mee laten beslissen hoe op te ruimen…
  • Zelfstandigheid: op de hoogte van de kinderen! Hoge kasten = niet praktisch!
  • Afspiegeling van de cultuur: kinderen willen dagdagelijkse situaties naspelen: bv. tv in huishoek, kaartlezer in winkel…
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de essentie van de huishoek?

A

Rollenspel = ontwikkelingsbevorderend.
Kls spelen dagdagelijkse situaties na. (eten, slapen, koken…)

Hoe aanpassen: bv. thema beroepen –> bakkerij van maken. Verjaardag in de klas, slingers, ballonnen, pakjes…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de essentie van de winkelhoek?

A

Spel gericht op kopen en verkopen, op handelingen als betalen, tellen, wisselgeld teruggeven, prijskaartjes maken en inpakken.

Werkt samen met de huishoek!

Hoe aanpassen: thema lente: bloemenwinkel, thema papier: postkantoor…

Liefst zo echt mogelijk materiaal (behalve met eten).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de essentie van de bouwhoek?

A
  • Uitbeelden en vormgeven: kinderen geven hun eigen wereld vorm.
  • Rollenspel en verhalen.
  • Wiskundige ervaringen.

Welke materialen: blankhouten blokken,…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de essentie van de constructiehoek? Wat is het verschil met de bouwhoek?

A
  • Bouwen = onderdelen op elkaar, naast elkaar.
  • Constructiemateriaal = onderdelen die je aan elkaar moet bevestigen (magneten, klikverbindingen…)

Kinderen worden ingewijd in de wereld van techniek.

Hoe inspiratie geven in de constructiehoek: werkkaarten (ev. met tussenstappen), fotoboek met eerder gebouwde constructies.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de essentie van een atelier?

A
  • Kinderen voeren er creatieve, beeldende activiteiten uit.
  • Werken met :
    • grafisch materiaal (schilderen, tekenen),
    • papier (scheuren, vouwen, knippen…),
    • kosteloos materiaal,
    • textiel (knippen, lijm, borduren…),
    • klei (ruimtelijk of vlak).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de essentie van water/zandtafel?

A
  • Manipulerend spel: verkennen van de materialen en hun eigenschappen. Daarnaast kunnen kls ook planmatig werken met zand en water (miniatuurwerelden maken). –> Ze onderzoeken en ontdekken (bv. zinken)

Hoe verrijken? Wereldspelmateriaal, kosteloos materiaal…
Watertafel –> limonadewinkel + stoelen en tafel –> rollenspel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de essentie van de lees/luisterhoek?

A

Een soort klassenbibliotheek waar kinderen boeken vinden die door de leerkracht voorgelezen worden of die ze samen bekijken, bespreken of zelfstandig lezen.

Prentenboeken, informatieve boeken, poëzie, zelfgemaakte, cd’s, beeld- en geluidsdvd’s.

Ev. verteltafel: rond een voorgelezen boek, personages en voorwerpen op deze tafel = kinderen spelen verhaal na. (Begrippen en woorden herhalen uit het verhaal).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de essentie van de materialenhoek?

A

Ontwikkelingsmaterialen = materiaal speciaal ontworpen om één of meerdere ontwikkelingsgebieden te stimuleren.
- Kleur en vormwaarneming, taalontwikkeling, oefening voor taal/denken (seriëren, classificeren,…), materiaal voor lezen (letterkennis), materiaal voor schrijven (patronen…), materiaal voor rekenen (cijferkennis, hoeveelheidsbegrip).

  • Welke soort materialen? Gezelschapsspelen, puzzels, mozaïekmaterialen, kralenplank…

! Er is begeleiding nodig bij deze hoek, vinden het materiaal snel saai. Kunnen kinderen deze ervaringen opdoen zonder dit materiaal?
- Niet teveel 1x aanbieden
- Regelmatig wisselen
- Kleurcodering om differentiëren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de essentie van de timmerhoek?

A
  • Ontwikkeling van fysische kennis, ruimtelijk inzicht, fijne motoriek, probleemoplossend denken en wiskundige begrippen.

2 Fasen:
- Vooral timmeren en zagen (manipuleren)
- Maken, construeren volgens vooropgesteld plan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de aandachtspunten binnen de timmerhoek?

A
  • Geluidsoverlast
  • Houtmateriaal niet te groot
  • Echte materialen
  • Begeleiding nodig: veilig leren omgaan met de materialen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de essentie van de lees/schrijfhoek?

A

Kls maken er zelf teksten. Met: soorten papier, materialen om te schrijven, stempels, magnetische letters, oude typemachine…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de essentie van de rekenhoek?

A
  • Kinderen doen er ervaringen op met wiskunde en rekenen: wegen, meten, hoeveelheden, getallen, tijd, ruimte…
  • Andere hoeken?: winkelhoek: geld, prijskaartjes, wegen, zand/watertafel: inhoudsmaten, bouw- constructiewerk: plattegronden, werktekeningen, hoogstes…

Bedenking: De kennis blijft beter bij als die geïntegreerd is in andere hoeken, zijn daar betekenisvoller dan in de aparte rekenhoek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de essentie van de muziekhoek?

A

Dit is de plaats waar kinderen kunnen bezig zijn met geluid en muziek: luisteren naar geluiden, zelf geluiden maken, luisteren naar muziek, zelf muziek maken…

  • Je vindt er allerlei muziekinstrumenten, materialen om instrumenten te maken, opnamemateriaal, cd’s…
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is de essentie van de ontdekhoek?

A

= een tafel waarop allerlei (steeds wisselende) materialen zijn verzameld voor het doen van onderzoek. De levende en niet-levende natuur bieden inspiratie.

  • Je past de inrichting aan aan het te onderzoeken onderwerp. Bv. weer: thermometer, pluviometer, verrekijker, windmeter, kompas…
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat is de essentie van de computerhoek?

A

Nadruk ligt op educatieve spelen en teksten maken. Daarnaast ook (met hulp van KO) informatie opzoeken op het internet, liedjes of plaatjes downloaden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat is het voordeel van de educatieve programma’s t.o.v. traditionele ontwikkelingsmaterialen? (Computerhoek)

A
  • De combinatie van beeld (ook bewegend) en geluid.
  • Feedback (zelfcontrole).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat is edutainment?

A

Entertainment met een educatief trekje. Vaak simulatiespelen. Kinderen komen in een virtuele wereld terecht waarin ze interactief handelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat is beslotenheid en afbakening van een hoek?

A

Afbakening: de hoeken zijn altijd wel min of meer afgebakend, het is duidelijk waar welke hoek zich bevindt.

Beslotenheid: bepaalde hoeken vragen om extra aandacht. Bv. een huishoek is veel gezelliger wanneer het plafond wat lager is, het wat op een ‘minihuisje’ lijkt (door middel van gordijn). Andere hoeken hebben dan andere aandacht nodig, zo is het in de bouwhoek aan te raden om een tapijt te leggen, maakt duidelijk waar de kinderen hun bouwwerken kunnen maken en laten staan.

Enkele aandachtspunten:
- Zorg voor plekken waar onafgewerkte stukken kunnen blijven staan.
- Luidruchtige hoek niet naast een stille hoek.
- huishoek bij winkel of verder af?
- ontdektafel niet langs een ‘drukke weg’ in de klas.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat is een themahoek?

A

= Hoek waarin je het thema ten volle kunt beleven (= DOEN/ACTIVITEIT), niet enkel kijken.

Bv. Huisje wordt een ziekenhuis, consultatiebureau; bouwhoek wordt tijdelijk stoomboot van Sint en Piet.
- Winkel wordt bakkerij/bloemenwinkel/postkantoor…

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat is de relatie tussen hoeken en thema’s?

A
  • Hoeken en thema’s hebben elkaar nodig: er moeten in de hoeken voldoende interessante onderwerpen zijn waarover kinderen kunnen spelen en werken.
  • Hoeken moeten regelmatig ‘voeding’ krijgen: zorgt voor meer betrokken spel.

Niet alles hoeft altijd in thema te zijn: kinderen moeten ook aan een thema kunnen ontsnappen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Hoe kan je extra speelruimte creëren?

A
  • Gang of gezamelijke ruimte inschakelen
  • Minder tafels en stoelen
  • Leerkrachttafel eruit
  • Meerdere etages maken
  • Buitenruimte gebruiken: speelruimte opdelen in zones:
  • ruimte voor beweging
  • Bouwen en timmeren
  • Spelen met zand en water
  • Rollenspel
  • Natuurbeleving.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Wat is een rijke leeromgeving?

A

= De voorwaarde om tot intense activiteit te komen! (Welbevinden en betrokkenheid!)
De kleuters moeten kunnen:
- onderzoeken
- Ontdekken
- Dingen uitproberen.

Een omgeving die dat mogelijk maakt berust op 2 pijlers:
- Rijk basismilieu: het aanbod van materialen (het fysieke)
- Rijk aanbod: verrijkende activiteiten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Op welke 5 manieren kunnen we een rijk basismilieu scheppen?

A
  1. Overzichtelijk inrichting: beslotenheid, afbakening, keuzeproces vergemakkelijken…
  2. Gevarieerde hoeken: basishoeken + veranderlijke hoeken.
  3. Rijke invulling: interesses kl, ontwikkelingsniveau, echte materialen, hoeveel materiaal, meer dan 1 ontw.domein, over meerdere hoeken (bv. buggy).
  4. Kwaliteitsbewaking: wordt er intense activiteit uitgelokt?
  5. Buitenruimte benutten: verlengde van de binnenruimte, exploratieplek.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Op welke 4 manieren kunnen we een rijk aanbod aan activiteiten voorzien?

A
  1. Dagelijks aanbod: materialen die goed aansluiten bij de eigen aard van het jonge kind. (Bv. klei, zand, water..), vanuit dag-weekschema, hoeken, thema’s…
  2. Interesses ontdekken en benutten: actualiteit inspelen (bv. sneeuw), individuele noden en interesses inspelen (bv. grote zus worden).
  3. Open projecten = nieuwe werkvorm: KO=goudzoeker : op zoek gaan naar elke spontane uiting van belangstelling of fascinatie, meerdere projecten tegelijk kan!
  4. Impressie-expressie-cyclus benutten
28
Q

Wat is impressie-expressie-cyclus?

A

Impressie-zijde: Kinderen ervaringen aanbieden die ingrijpend zijn, dingen laten meemaken die blijven plakken. Wat we beleven in onze ervaringsstroom.

Expressie-zijde: kinderen stimuleren tot het uitdrukken van ervaringen en emoties in allerlei vormen: brede waaier van expressievormen: mime, lichaamstaal, dans, beweging, visuele voorstellingen, tekeningen, videoclips, muziek, zang, taal…

29
Q

Wat is de essentie uit topjes van de wereld?

A
  • De KO speelt in de op de actualiteit: sneeuw.
    Ze speelt in op alle kleine dingen die de kleuters aanbieden (de goudzoeker) en gaat vandaaruit doen ze verschillende projecten: experimenteren met ijs, iglo’s uit suikerklontjes…
    De juf van creëert een rijk aanbod aan activiteiten, voor elk wat wils.
30
Q

Wat is de essentie uit kleuterklas van de toekomst?

A

Zijn er wel hoeken nodig in de klas? –> Werken vanuit een open structuur: een centraal eiland, met beperkt materiaal (less is more), om de autonomie en zelfredzaamheid bij de kleuters te doen stijgen. –> Door een ‘minder vol’ klaslokaal minder overprikkelde kinderen.

31
Q

Wat is de essentie uit wetenschappelijk onderzoek over speelgoed?

A

Constructiespeelgoed en rollenspelspeelgoed leiden het vaakst tot rijk spel.
- Belang van goed te selecteren in welk speelgoed je aanbiedt.
- Hoe je het speelgoed aanbrengt.

32
Q

Welke principes zijn belangrijk bij klasinrichting?

A
  1. Zorg voor variatie in je aanbod: binnen je thema
  2. Zorg voor variatie in je aanbod: doorheen de tijd (kinderen evolueren, nood aan ander materiaal, observeren!)
  3. Niet alles hoeft in thema te zijn (loose parts, stapstenen, grapat…)
  4. Laat de kleuters mee helpen het thema uit te werken
  5. Je kleuterklas is nooit af.
33
Q

Hoe zorgt je voor variatie in je aanbod binnen je thema?

A
  • Materiaal in hoeken en een tafelaanbod
  • Materiaal voorzien met open einde = speelgoed zonder opgelegd spelpatroon.
  • Zorg voor sturend ontwikkelingsmateriaal: waarbij jij aangeeft wat de kinderen moeten doen (minder inbreng van de kls)
  • Zorg voor een goeie mix van alles.
34
Q

Wat is speelgoed met open einde?

A

Speelgoed zonder opgelegd spelpatroon, ‘loose parts’: bv. steentjes, pluimjes, takken,…

35
Q

Wat is sturend ontwikkelingsmateriaal?

A

Materiaal dat als doel heeft om rond een bepaald ontwikkelingsdomein te werken. Het materiaal (of wij als KO) maken duidelijk wat het doel is. Bv. puzzels, seriëren…

36
Q

Wat is een pictogram?

A

= Voorstelling in beeldschrift (pictus en gamma), is een symbool of teken in beeldvorm.

Binnen onderwijs:
- Afbeelding of tekening waarmee men iets voorstelt.
- Verzameling van tekeningen of afbeeldingen die samen een geheel voorstellen (bv. takenbord).

37
Q

Wat is de relatie tussen pictogram en symbool?

A

Symbool = iets dat verwijst naar iets, naar een betekenis.

De pictogram binnen het onderwijs verwijst ook naar iets. (Een hoek, een doos om op te ruimen….)

38
Q

Wie is Ovide Decroly?

A

De ‘vader’ van de pictogrammen binnen het onderwijs. Onderwijs moet meer van echte leven uitgaan en erbij aansluiten. Pictogrammen werd als middel gebruikt om werkelijkheid voor te stellen en de zelfstandigheid van kinderen te stimuleren.

39
Q

Wat is de indeling voor de soorten pictogrammen?

A
  1. Ontwikkelen van het tijdbegrip (lessen ‘wiskunde’): jaarkalender/verjaardagskalender,…
  2. Bevorderen/ondersteunen van de zelfstandigheid (bv. kenteken aan kapstok, opruimen) en/of zelfsturing (bv. keuzebord).
  3. Andere (voor kleuters)
  4. Pictogrammen voor ouders
40
Q

Wat is zelfstandigheid?

A

Kleuters kunnen iets zonder of met minimale hulp van de KO in het klasleven.

41
Q

Wat is zelfsturing?

A

Het vermogen om tijd, ruimte, eigen mogelijkheden en mogelijkheden van de omgeving op een doelmatige wijze te beheren. (bv. keuzebord, ‘goedmaaktafel’).

42
Q

Wat is zelfredzaamheid?

A

= Vermogen om dagelijkse algemene levensverrichtingen zelfstandig te kunnen doen bijvoorbeeld wassen, aankleden.
Een van de domeinen binnen zelfstandig zijn: je plan kunnen trekken, je kunnen beredderen.

43
Q

Welke pictogrammen zijn er voor het bevorderen en ondersteunen van zelfstandigheid?

A
  • Kenteken van de kleuter
  • Symbolen voor hoeken
  • Symbolen voor materialen
  • Het keuzebord/planningsbord
  • Afsprakenpictogram/regelpictogram
  • Takenbord
  • Stappenplan
  • Stop-denk-doe-strategie.
44
Q

Welke soort ‘andere’ pictogrammen zijn er nog?

A
  • Overzicht van liedjes en versjes
  • Weerbord
  • Presentiebord
45
Q

Wat verstaan we onder pictogrammen voor ouders, wat is hier de didactische waarde/functie?

A

Communicatie tussen (anderstalige) ouders eenvoudiger maken. Door pictogrammen begrijpen ouders vaak wel een Nederlandstalige boodschap.

46
Q

Wat is de didactische waarde bij een kenteken voor een kleuter?

A
  • Herkenbaar, leren verband leggen tussen het teken en zichzelf.
    Bv. een werkje gemaakt: kenteken erop stempelen en in hun vakje leggen, jas op de correcte plaats hangen (opruimen)…
    CSA-schema: eerst foto, daarna pas een afbeelding, om over te gaan naar het naambeeld.
47
Q

Wat is de didactische waarde van symbolen voor hoeken/etiketpictogram?

A
  • Pictogram staat symbool voor de hoek. Wordt meestal gekoppeld met hoeveel kls er in de hoek mogen (dit is regelpicto), door stippen, kettingen…, hoek open of gesloten (regelpicto), toerbeurt: blad met picto’s: eerst de kleuters die er nog niet speelden. (ook regelpicto).
48
Q

Wat is de didactische waarde voor pictogrammen voor materialen? = etiketpictogram

A

Helpt om op te ruimen (extra door bv. te omlijnen in timmerhoek), je ziet van de buitenkant wat erin zit… Is ook praktisch op kasten.
Bij bepaalde zaken zijn er opdrachtkaarten die kleuters zelf kunnen aflezen.

49
Q

Wat is de didactische waarde van een keuzebord/planningsbord?

A

Kiezen verloopt soms moeilijk in de kleuterklassen: (niet kunnen kiezen, eenzijdig, vlinderen…)

2 soorten:
1: overzicht van welke activiteiten en hoeveel plaatsen per act. beschikbaar is en over is.
2: overzicht van wie waar speelt/speelde: korte of langere tijdsperiode (keuze van de kinderen wordt zo bijgehouden).

Waarde:
Groep 1:
- Kleuter heeft een duidelijk overzicht vd activiteiten die mogelijk zijn.
- Kleuter heeft een duidelijk overzicht van hoeveel plaatsen in een hoek beschikbaar zijn.
- Kleuter kan aflezen of er nog plaats is bij een act.
- Werkt met kentekens: KO kan zien of een kl vlindert tussen hoeken.
Groep 2
- Kl krijgt zicht op eerder gemaakte keuzes.
- Hulpmiddel om terug te blikken op wat men gedaan heeft.
- KO krijgt zicht op keuzegedrag van kleuters (en evolutie hiervan).

Opm: Keuzebord = hulpmiddel, is geen doel. Gaat kiezen vlot = remmend werken.

50
Q

Wat is de didactische waarde van een afsprakenpictogram/regelpictogram?

A

Het is soms vervelend om afspraken steeds opnieuw mondeling te moeten herhalen.
- Kinderen worden vaker aan de regel/afspraak herinnerd.
- Wil je een kind eraan herinneren, kan je het bord aanwijzen.

51
Q

Wat is de didactische waarde van het takenbord?

A

Takenbord heeft een overzicht van welke kleuter verantwoordelijk is voor welke taak.

  • Kleuter leert verantwoordelijkheid opnemen
  • Taakbewust worden: stimuleert zelfstandigheid
  • Genieten van een pluim bij het goed uitvoeren van de taak. (zelfwaardegevoel)
  • Gebeurt op regelmatige momenten = goed voor tijdsbesef. + voorspelbaarheid en emotionele veiligheid.
  • Doet ervaring op met werken met symbolen en representeren
  • Specifieke leerkansen: hygiënisch werken, observeren (dier: eten geven, plant water geven…), beleefdheidsformules hanteren (bericht brengen naar andere klas, directie…).
52
Q

Wat is de didactische waarde van een stappenplan?

A

Een stappenplan geeft de stappen weer die een kleuter in een bepaald proces moet doorlopen. (via foto’s, tekeningen, concreet materiaal…)

53
Q

Wat is de didactische waarde van de STOP-DENK-DOE-strategie?

A

Executieve functies trainen:
Wanneer het moeilijk wordt voor een kleuter, leert deze te stoppen met een bepaalde handeling, gaat die gaan nadenken over het hoe en waarom, en gaat daarna het goedmaken.

Dit zorgt voor impulscontrole, werkgeheugen, cognitieve flexibiliteit.

54
Q

Wat is de didactische waarde van pictogrammen die het memoriseren ondersteunen?

A
  • Aanleren lied of vers wordt uitgetekend = helpt het onthouden.
  • Aanleren van de lees en schrijfrichting…
  • Aanleren van correcte pengreep
    Vooral het aanleren van zaken.
55
Q

Wat is de didactische waarde van grafieken en roosters?

A
  • inzicht krijgen in keuzegedrag (zie keuzebord: groep 2).
  • Bepaalde situaties visueel voor te stellen: bv. huisdieren, hoe kom ik naar school?,…
56
Q

Wat is de didactische waarde van het weerbord?

A
  • Dagelijks het passend weertype aanduiden: kleuters het weer echt laten waarnemen!
    Oudere kleuters: bijhouden voor een week/maand en vergelijken.
57
Q

Wat is de didactische waarde van het presentiebord?

A

“Aanwezigheidskalender” (liever presentiebord).
- samenhorigheidsgevoel
- Reden tot gesprek: wie is er afwezig?

58
Q

Hoe staan kleuters tegenover opruimen?

A
  • Ze houden er niet van, weten niet wat het betekent, zien er het nut niet van in en hanteren andere maatstaven dan volwassen.
    Kleuters gaan zelden uit zichzelf opruimen, het moet worden aangeleerd:
    -Geen speelgoed kwijt, niet stukgaan, nette klas = gezellig en geen rommel = speelruimte.
59
Q

Wat zijn de voorwaarden om te kunnen opruimen voor 3 categoriën:
- Kleuter
-Klasruimte
-Kleuteronderwijzeres

A

Kleuter:
* Motiveren om op te ruimen
* In stappen uitleggen
KO:
* Kleuters het aanleren
* Concrete opruimopdrachten geven
* Verschillende stappen respecteren
* Feedback geven
* Beloning geven
* Tijd genoeg voorzien om te spelen
Klasruimte:
* Opbergruimte voorzien
* Duidelijk maken waar welk materiaal moet (etiketpicto’s)
* Op kleuterhoogte! (Niet te hoog).

60
Q

Wat zijn de stappen in het opruimen en leg uit:

A
  1. Vooraf verwittigen: 5 min voor opruimtijd kinderen verwittigen (huisje wat eerder, meer opruimwerk).
  2. Uit spel halen: luid en duidelijk signaal: ev. handen omhoog, zodat elk kind stopt met spelen.
  3. Motivering: waarom moet het gebeuren, het is fruittijd.
  4. Gerichte opruimopdrachten: rondgaan in de klas en gerichte opdrachten geven. (bv. eerst je penseel uitwassen, daarna in de pot/ de houten blokken in de plastiek doos, de auto’s in de mand).
  5. Aanmoedigen: we zijn er bijna, goed bezig.
  6. Controleren: is alles correct opgeruimd (ev. met opruimagent).
61
Q

Wat is de taak van de KO VOOR het opruimen?

A
  • De klas zo voorzien dat het makkelijk is om op te ruimen.
  • Tijd in de gaten houden: 5 minuten op voorhand verwittigen + huisje eerder laten beginnen (veel opruimwerk).
  • Uit het spel halen.
62
Q

Wat is de taak van de KO tijdens het opruimen:

A
  • Concrete opruimopdrachten geven, feedback geven,
  • Aanmoedigen
  • Bij moeilijkere dingen: meehelpen (bv. bij de knutseltafel).
  • Controleren
  • Iets voorzien voor de kleuters die al klaar zijn: boeken kijken, prutsdoos (met fidgets etc)…
63
Q

Wat is de taak van de KO NA het opruimen?

A

Controleren en eventueel sanctioneren:
Niet goed opgeruimd? Eerst in gesprek gaan met de kleuters (is mss niet duidelijk voor hen?)
Pas als laatste middel een hoek sluiten.

64
Q

Wat kan je ondernemen om kleuters beter en vlugger te laten opruimen?

A
  • Motiveren: na chaos meer ruimte in de klas om te spelen, spullen terug vinden, niet stukgaan…
  • Iets aantrekkelijks in vooruitzicht stellen: bijna speeltijd
  • De tijd zichtbaar tonen: zandloper, timetimer, duur van een muziekstuk…
65
Q

Som de 9 ontwikkelingsdomeinen op:

A
  • Sociale ontwikkeling
  • Taalontwikkeling
  • Denkontwikkeling
  • Morele ontwikkeling
  • Emotionele ontwikkeling
  • Motorische ontwikkeling
  • Muzische ontwikkeling
  • Zintuigelijke ontwikkeling
  • Ontwikkeling van de zelfsturing
66
Q

Welk nut hebben de ontwikkelingsdomeinen in de kleuterklas (waarom staan we er bij stil?):

A

We moeten doelbewust handelen: niet enkel vanuit intuïtie, maar vertrekken vanuit inhoudelijke, pedagogische en didactische kennis en de kennis over de kleuters vanuit onze klas.

  • Kleuters moeten op alle vlakken ontwikkelen; kan pas als je werkt op alle ontwikkelingsdomeinen.
  • Rijke activiteiten werken aan meerdere ontwikkelingsdomeinen! (lukt niet altijd, streven er wel naar).