de ruimtelijke ordening in stad en platteland Flashcards

1
Q

Definieer: Site van een stad

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de voor- en nadelen van een stadspatroon?

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Definieer: Stedelijke hierarchie

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Orden stedelijke hierarchie in tabel…

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Definieer: stedelijke functies

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Geef voorbeelden van stedelijke functies volgens de stedelijke hiërarchie…

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

`Definieer: Morfologische verstedelijking

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Definieer: Functionele verstedelijking

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Definieer: Sociaaleconomische verstedelijking

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Definieer: Sociologische verstedelijking

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Geef de soorten verstedelijking…

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Benoem en verklaar de zichtbare en meetbare kenmerken van de soorten
verstedelijking

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Benoem en verklaar de verstedelijking in Vlaanderen…

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Verklaar het ruimtegebruik in Vlaanderen…

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

`Beschrijf de algemene structuur van een stadsgewest…

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Geef voorbeelden van de verschillende delen van een stadsgewest

17
Q

Geef de problemen veroorzaakt door de verstedelijking…

18
Q

Benoem en beschrijf de gevolgen van problemen veroorzaakt door de verstedelijking

19
Q

Benoem en beschrijf de oplossingen voor problemen veroorzaakt door de
verstedelijking

20
Q

Omschrijf de noodzaak van een structuurplan..

21
Q

Verklaar de regulerende rol van de overheid…

22
Q

Benoem en beschrijf de vier principes waarop het structuurplan steunt

23
Q

Verklaar verschil tussen een uitvoeringsplan en een
structuurplan…

24
Q

Geef voorbeelden van verschillend ruimtegebruik..

25
Q

Geef voorbeelden van duurzaam ruimtegebruik in
woongebieden en in industriezones…