De brandverzekeringsmarkt Flashcards

1
Q

Welke drie standaardvoorwaarden zijn er op het gebied van brandverzekeringstechniek?

A
  1. NBB
  2. UGV
  3. UGV+
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waaruit komt de verzekeringsbehoefte van de consument voort?

A

Uit de risico’s die de consument in het dagelijks leven loopt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Geef een definitie van het woord risico.

A

De kans dat schade ontstaat aan zaken waarbij de consument belang heeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de kerntaak van de brand verzekering?

A

Het verzekeren van vermogensschade door schade aan zaken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Via welke wegen kan een verzekeringnemer (consument) een verzekering afsluiten?

A
  1. Via het intermediair (tussenpersoon)
  2. Via direct writing (rechtstreeks met de verzekeraar)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Per wanneer is de Wet Financiele Dienstverlening van kracht geworden?

A

Per 1 januari 2006

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat moet de tussenpersoon allemaal bekendmaken volgens de Wet financiele dienstverlening (WFD)?

A
  1. Wat de inhoud en omvang van de dienstverlening is.
  2. Wat de consument in dat kader van de tussenpersoon mag verwachten
  3. Welke informatie de consument aan de tussenpersoon moet verstrekken
  4. Wat de beloningsstructuur is
  5. Of de tussenpersoon al dan niet economisch en/of juridisch verbonden is met een verzekeraar
  6. Waar en op welke wijze de consument klachten kan indienen over het functioneren van de tussenpersoon
  7. Op welke wijze de relatie met de tussenpersoon kan worden beëindigd.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de taak van de tussenpersoon?

A

Belangen behartigen van en dienstverlenen aan de verzekeringnemer. Tevens bemiddelen bij het totstand komen van verzekeringen en bij schaderegeling. Incasseren van premie en uitbetalen van schade-uitkeringen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wanneer is de tussenpersoon vakbekwaam en mag hij dus volgens de regels van de AFM (Autoriteit Financiële Markten) assureren?

A

Als hij in het bezit is van ten minste het assurantie diploma van het terrein waarop hij bemiddelt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Tussenpersonen zijn verenigd in belangenorganisaties die op hun beurt weer gebundeld zijn in een overkoepelende organisatie.

Hoe heet deze organisatie?

A

Verbond van Verzekeraars.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waar staat SAR voor en wat voert deze organisatie uit?

A

Stichting Assurantie Registratie.

Zij beheert het initiatief Register voor Makelaars in Assurentiën.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is een RMIA en wat voert hij uit?

A

Registermakelaar in Assurantiën.

Het verzekeren van middelgrote tot zeer grote ondernemingen via de beurs.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke vakbekwaamheidseisen gelden er voor een RMIA?

A
  1. In het bezit zijn van diploma Assurantiebemiddeling A.
  2. Hij moet door middel van een mondeling examen bewezen hebben voldoende praktijk ervaring en kennis te hebben opgedaan.
  3. Drie jaar ononderbroken relevante werkervaring hebben opgedaan in de periode van 5 jaar voor het inschrijvingsverzoek.
  4. Hij moet zijn P.E. bij houden en hebben.
  5. De ondernemening waaruit hij werkt moet een AVB hebben van ten minste 2,5 miljoen euro.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Noem een viertal kenmerken voor een provinciaal werkende tussenpersoon.

A
  1. Zij maken gebruik van een (elektronisch) aanvraagformulier
  2. Zij een risico vrijwel altijd volledig bij één verzekeraar onderbrengen
  3. Zij de polis laten opmaken door de verzekeraar
  4. Standaardmaatschappijvoorwaarden worden gebruikt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe noem je het als een provinciale tussenpersoon een risico onderbrengt op de beurs via een RMIA?

A

Co-assurantie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe wordt de RMIA ook wel genoemd indien de provinciale tussenpersoon een risico onderbrengt op de beurs via een RMIA?

A

“The placing broker”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Hoe wordt de provinciale tussenpersoon genoemd indien hij een risico onderbrengt op de beurs via een RMIA?

A

“The handling broker”

18
Q

Waar staat de afkorting VNAB voor?

A

Vereniging Nederlandse Assurantiebeurs

19
Q

Waar staat de afkorting CVS voor?

A

Centrum voor Verzekeringstatistiek

20
Q

Waar staat de FOV voor en wat doet deze instelling?

A

De Federatie van Onderlinge Verzekeringsmaatschappijen in Nederland organiseert het hele verzekeringsbedrijf.

21
Q

Wat heeft de Stichting Salvage als doelstelling?

A

Maximale beperking van de (brand)schade direct nadat een evenement zich heeft voorgedaan, persoonlijke directe hulpverlening aan verzekerden en zaakwaarneming namens de brandverzekeraars.

22
Q

Wat doet het CVS en waar staat het voor?

A

Het Centrum voor Verzekeringsstatistiek verzamelt en analyseert voor de gezamelijke brandverzekeraars gegevens op statistisch gebied.

23
Q

Waar staat FISH voor en wat is de doelstelling van deze instelling?

A

Het Fraude- en Informatiesysteem Holland heeft als doelstelling het voorkomen en vroegtijdig onderkennen en bestrijden van verzekeringsfraude.

24
Q

Waar staat het CCV voor en wat beheert deze instelling?

A

Het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid beheert de keurmerken en certificeringsregelingen.

Daarnaast adviseert zij verschillende partijen over het Keurmerk Veilig Ondernemen en het Politiekeurmerk Veilig Wonen.

25
Q

Hoe noemt men verzekeraars die hun klanten direct benaderen zonder tussenkomst van een tussenpersoon?

A

“Direct writers”

26
Q

Wat wordt in het verzekeringsbedrijf met een “pool” bedoelt?

A

Met het woord “pool” wordt in het verzekeringsbedrijf een vorm van samenwerking bedoeld waarbij de deelnemers hun zelfstandigheid behouden, maar wel hun bedrijfspolitiek voor een deel van de bedrijfsactiviteiten gelijkschakelen en de winsten en verliezen van die activiteiten naar een afgesproken sleutel verdelen.

27
Q

Waar staat de VAN voor en wat beheert deze instelling?

A

De Verenigde Assurantiebedrijven Nederland voert het beheer van de BAVAM-pool (Beroeps Aansprakelijkheidsverzekering Voor Assurantietussenpersonen en Makelaars o.g.) en de Nederlandse Milieupool.

Daarnaast managet zij het beheer van de atoompool en de Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorismeschaden (NHT).

28
Q

Wat is een beursassuradeur?

A

Een gevolmachtigd agent van een verzekeringsmaatschappij.

29
Q

Wat is een sluitnota?

A

Een sluitnota is een document wat samen wordt gestelt door de RMIA.

Deze sluitnota bevat hetgeen tijdens de onderhandelingen is overeengekomen: een omschrijving van het risico, de verzekerde som, polisvoorwaarden, eventueel aanvullende clausuleringen, verzekeringstermijn en premie.

30
Q

Wat is een sluitbrief?

A

Een brief die door een RMIA wordt opgesteld en verstuurd naar de verzekeringnemer om te bevestigen dat hetgeen genoemd op de sluitnota definitief is geworden.

De sluitbrief bevat onder andere de informatie die op de sluitnota gegeven staat.

31
Q

Wat staat BCS voor en wat houdt dit in?

A

Het Beurs Clearing Systeem is in gebruik bij de VNAB (Vereniging Nederlandse Assurantiebeurs). In dit systeem vindt uniforme administratie plaats over hetgeen plaatsgevonden op de beurs. Tevens wordt hier het financiële verkeer geregeld tussen verzekeraars en de makelaars (RMIA’s).

32
Q

Welke vier stappen worden genomen bij de administratieve verwerking van de posten die op de beurs worden gesloten en in welk systeem gebeurd dit?

A
  1. De makelaar levert de gegevens volgens de standaardnormen elektronisch aan de VNAB.
  2. De VNAB controleert deze gegevens o.b.v. de fysieke stukken en de in het computerbestand opgenomen documenten.
  3. Foutieve transacties worden gerapporteerd met het verzoek ze te corrigeren.
  4. De akkoord bevonden transacties worden verwerkt in het BCS (Beurs Clearing Systeem) en gedistribueerd aan de betrokken partijen.
33
Q

Er zijn een tweetal beursafspraken om op een snelle en efficiënte wijze polissen te ondertekenen en schaden af te wikkelen in het coassurantiesysteem.

Wat zijn de afkortingen en volledige benamingen van deze twee systemen?

A
  1. De AOP (Administratieve Ondertekening Polisdocumenten).
  2. De SPC (Schadeproces Co-assurantie)
34
Q

Waar staat AOP voor en wat houdt deze afspraak in?

A

De afspraak omtrent Administratieve Ondertekening Polisdocumenten houdt in dat definitief opgemaakte polisdocumenten waarin mutaties zijn vastgelegd niet meer dooor alle verzekeraars ondertekend hoeft te worden zolang de sluitnota is ondertekend door alle verzekeraars.

35
Q

Waar staat SPC voor en wat houdt dit proces in?

A

Via het Schadeproces Co-assurantie worden verzekeraars gemachtigd een belangrijk deel van de nodige schaderegelingswerkzaamheden te verzorgen.

36
Q

Wat houdt het KiFiD in?

A

Het klachteninstituut financiële dienstverlening biedt de verzekeringsconsument één loket voor al zijn verzekeringsklachten en is opgericht om de consument optimaal van dienst te zijn bij meningsverschillen met verzekeringsmaatschappij of tussenpersoon.

37
Q

Wat is de procedure bij nieuw binnengekomen klachten bij het KiFiD (dus nadat ze de interne klachtenprocedure van de financiële dienstverlener heeft gevolgd)?

A
  1. De klacht wordt altijd eerst voorgelegd aan de Ombudsman Financiële Dienstverlening.
  2. Indien hij er in samenwerking met de relatie en de dienstverlener niet uit komt heeft de relatie de keuze om de klacht voor te leggen aan de Geschillencomissie FD (kosten € 50,- en minimumbedrag klacht € 100,-).
  3. Bij een niet-bindende uitspraak van de GFD staat de weg open naar de burgelijke rechter. Indien de goede naam van de verzekeringsbranche op het spel staat, staat er in sommige gevallen een weg open naar de Tuchtraad.
38
Q

Leg uit wat de taak is van de Ombudsman Financiële Dienstverlening en zijn uitspraak.

A

De OFD:​

  • Stelt de dienstverlenaar op de hoogte van de klacht.
  • Bekijkt of de klacht voor bemiddeling in aanmerking komt.
  • Maakt een voorstel hoe de klacht op te lossen is (het voorstel is niet bindend maar een advies)

Klager tevreden? > Afgerond
Klager ontevreden? > Geschillencommissie Financiële Dienstverlening

39
Q

Leg uit wat de taak is van de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening en haar uitspraak.

A

De GFD:

  • Neemt klachten in behandeling na afhandeling bij OFD
  • Klager betaalt € 50,-.
  • Klacht moet gaan over een bedrag van € 100,- of meer.
  • Uitspraken zijn bindend voor de tegenpartij.
  • Uitspraken zijn niet bindend voor de klager.

Klager tevreden? > Afgerond
Klager ontevreden? > burgelijke rechter of Tuchtraad

40
Q

Waar staat de NVGA voor en wat is het doel van deze organisatie?

A

De Nederlandse Vereniging van Gevolmachtigde Assurantiebedrijven heeft als doel de behartiging van de bedrijfsbelangen van gevolmachtigde agenten.

41
Q

Waar staat de NBB voor en welke twee variaties bestaan er op deze voorwaarden?

A

De Nederlandse Beurs Brandpolis (NBB) is de basisdekking van de brandvoorwaarden. Er zijn twee uitbreidingen mogelijk, namelijk:

  1. NBUG
  2. UGV