CV risicomanagement Flashcards

1
Q

AMI/Angor

A

Acuut myocard infarct. thv hart

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

TIA/CVA

A

thv hersenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

claudicatio

A

etalagebenen. thv perifere bloedvaten. Hoe ouder hoe vaker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waar ligt het ontstaan van CV aandoeningen?

A

alles ontstaat vanuit atherosclerose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waar staan CV aandoeningen in de statistiek van chronische aandoeningen?

A

bij de hoogste scores. bij mannen iets hoger (hoge rr hoog cholesterol) dan bij vrouwen op jonge leeftijd. (Oestrogeen beschermt)
vanaf 65+ zowel bij mannen als vrouwen in de top 3.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is ischemisch hartlijden?

A

een stuk hart heeft geen 02 gehad.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

tot wat leiden cv R.?

A

HARTFALEN
-> ischemisch hartlijden
-> verminderde hartfunctie
structurele hartproblemen
chronische ritmestoornissen
-> hartfalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

door wat wordt hartfalen ook nog veroorzaakt?

A

andere hartziektes (klepproplemen,chronische ritmestoornissen).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is CV RM?

A

primaire preventie=voorkomen.
Opstellen van een cv risicoprofiel van de PT
->advies ivm risicoverlagende interventies.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Bij wie is cvr profiel bepaling NIET zinvol

A

Als op voorhand risico zeer hoog is:
- PT in secundaire preventie.
-fam hypercholesterolemie
DM met orgaanschade
CNI vanaf stadium 3b.
< 45 ( grote overlapCNI en CV ziektes)
leeftijde >85j ( kans dat je snel sterft)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de basis risicofactoren voor CV aandoeningen?

A
  • leeftijd
  • geslacht ( man >40j vrouw >50j oestrogeen daling)
  • roken
  • hoge bloeddruk
  • cholesterol
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn extra risicofact. voor Cv aandoeningen?

A

-OSAS
-Obesitas
-ernstige AHT
-Fam.VG CV ziekte
-DM 1 en 2 znd -orgaanschade
-CNI stadium 2 en 3a
-alcoholmisbruik
-psycosoc. factoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

waar staat SCORE voor?

A

systematic coronary risk evaluation.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Zit er verschil op SCORE tabellen?

A

ja
-andere populatie
-ander eindpunt (overlijdens/ziek worden)
-andere risicofactoren
(totale cholesterol tg hdl/LDL ratio).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke tabel is beste

A

gebruik in praktijk allemaal dezelfde.
Prof haine zeker niet domus medica

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke interventies knn CV risico verlagen?

A

Niet medicamenteus
-rookstop
-beweging
-voeding aanpassen; CH verminderen, gewicht verlagen)

medicamenteus
-anti hypertensiva
cholesterol verlagende middelen
- bloedverdunners

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat is belangrijk bij de niet medicamenteuze interventies?

A

gedragsverandering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Welke 5 klassen hypertensiva heb je ?

A

-Diuretica
-Ca kanaal antagonisten
-B blokkers
-Ace remmers
-angiotensine 2 receptor blokkers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Zijn bloedverdunners nodig in primaire preventie?

20
Q

Wat zijn de verschillende klasse bloedverdunners

A

anti aggregantia; tegen samenklonteren van TC.
aspirine
Clopidrogrel
brilique

Anticoagulantia
oraal:
vit K antagonisten
DOACs
Injecteerbaar; heparines fraxi

21
Q

Wat moet je zeker opvolgen bij vit k antagonisten?

22
Q

Geef voorbeelden van vit K antagonisten

A

marevan/marcoumar/sintrom.

23
Q

Wanneer gaat men clopidogrel geven?

A

na een myacardinfarct, na ischemisch cerebrovasculair accident.
In combi met aspirine:
na stent plaatsing. de 1e 3 wkn na TIA.

24
Q

Wat doe je als iemand last heeft van een hoest als bijwerking op een ACE remmer?

A

Overschakelen op een sartaan. ( wel wat duurder)

25
wat geeft amlor soms als bijwerking?
dikke voeten
26
Wanneer geeft men vit K antagonisten?
VKF PTn, DVT (voorkomen klonters)
27
wat zijn DOACS ? en wat zijn de voordelen? nadelen?
nieuwere medicatie oa. INR prikken niet nodig veel bijwerkingen gastro intestinale bloedingen. is geen antidotum voor.
28
Geef een voorbeeld van DOAC
Apixaban. Edoxaban.
29
Wat is van belang in de praktijkorganisatie om de juiste pt te knn selecteren voor opvolging?
goed coderen
30
Hoe ga je PTn selecteren voor opvolging?
opportunistisch: komt voor valling dan gesprek hypertensie bv systematisch: medisch dossier.
31
Wat is de doelgroep?
mannen ouder dan 40j vrouwen 50J zonder relevante VG
32
wat is het verloop van een CVR man.consult?
Anamnese KO Labo Berekening risico ahv tabel voorstel interventie (ahv tabel) afspr ivm folluw up/verwijzing.
33
Wat zijn aandachtspunten bij de anamnese?
Risicofactoren, (fam. VG) medicatiegerbuik klachten van CV aandoening?
34
Verloop van een consult is afhankelijk van de praktijk, volgens protocol.
bv eerst bloedname en nadien terug komen...
35
Wat moet er opgevolgd worden bij de opstart van ACE remmers?
controle elektrolyten na 2 wkn.
36
Wat doe je als KO?
L/G BMI, buikomtrek BD (CAVE 1malige meting) evt thuismeting hart luisteren: ruis bij klep probleem.
37
Wat is belangrijk bij het LABO?
HDL,LDL, TC, afh van praktijk urinezuur (afvalstof dat zorgt dat je jicht krijgt: ook CV risicofactor) Ferritine: te maken met chr.ontstekingen
38
Naar wie kan je verwijzen?
dietist ,tabakoloog, sociale kaart kennen. Huisarts opstart medicatie.
39
Verschillende CV aandoeningen hebben een gezamenlijke pathofysiologie. juist of fout?
juist
40
J/F? CVR man. is in primaire preventie
juist
41
Belangrijkste RF,n
Leeftijd-geslacht-bloeddruk-cholesterol
42
als je in SCORE tabel niet in een duidelijk vakje zit ,wat moet je dan doen?
flowchart domus medica. upscalen/downscalen ifv risicofactoren.
43
wat zijn de cholesterol verlagende medicaties?
Statines. daling LDL cholesterol. Simvastatine, Atorvastatine
44
Medicamenteuse interventies van Cv risico
Statines (cholesterol verlagen) bloeddrukverlagers(5klassen) anticoagulantia bloedverdunners (niet in primaire preventie)
45
Wat is belangrijk bij de niet medicamenteus interventie? bij de pt?
gedragsverandering verschillende fasen voorstadium overwegen beslissen actie willen nemen uitvoeren volhouden terugval
46
Wat is belangrijk om te weten als de patient een hoge BD blijkt te hebben?
Cave 1 meting. nog eens controleren. thuismeting.
47
Wat is belangrijk in de praktijk om samen te bespreken?
alle nodige stappen welke tool voor risicomanagment wie gaat FU doen? altijd goed registreren