Cursus Sociaal emotionele problemen Flashcards
Wanneer is gedrag afwijkend?
- Gedrag wordt wél getoond, maar niet passend bij ontwikkelingsfase
- Gedrag wordt niet getoond, maar wordt wel verwacht bij ontwikkelingsfase
Wanneer is gedrag een stoornis?
Afwijkend gedrag dat:
1. langdurig, niet situatie gebonden
2. blokkeert overgang ontwikkelingsfasen
3. aanzienlijk lijden
4. specifieke combinatie gedragingen
Wat is de centrale vraag binnen de epidemiologie?
Hoeveel kinderen in de populatie hebben deze problemen?
Wat is incidentie?
Aantal nieuwe (!) gevallen met een bepaald ziektebeeld in een bepaalde periode.
Wat is prevalentie?
Bestaande (!) gevallen met een bepaald ziektebeeld in een bepaalde periode.
Welke kritiek is er over de DSM op wetenschappelijk niveau?
- Subjectieve interpretatie wordt onterecht als een feit weergeven
- Gebrekkige betrouwbaarheid
- Gebrekkige validiteit
- Gebrekkige klinische bruikbaarheid
- Te grote nadruk biologische factoren
- Te weinig nadruk contextuele factoren
- Te ongevoelig voor culturele (en andere) diversiteit
Waar houdt de etiologie zich mee bezig?
Factoren die (psychische) problemen ‘veroorzaken’
Wat zijn predisponerende factoren?
Factoren die iemand vatbaar maken voor het ontwikkelen van psychische problemen
Wat zijn in standhoudende factoren?
Factoren die psychische problemen in stand houden / bekrachtiging van psychische problemen.
Wat zijn precipiterende factoren?
Factoren die voorafgaan aan psychische problemen of die deze ‘uitlokken’.
Welke kritiek is er over de DSM op cliëntniveau?
- Leidt tot discriminatie en sociale exclusiviteit
- Stigma’s
- Marginaliseren (= te weinig rekening gehouden met betekenis levensgebeurtenissen)
- Als cliënten diagnoses niet aannemen wordt dat door professionals gezien als ‘gebrekkig zelfinzicht’ ipv erkenning beperkingen van DSM
- Autonomie van cliënt wordt ontmoedigd (aanhankelijke houding door ‘label’)
- Overmatig vertrouwen medicatie
Angst als stoornis kent een aantal kenmerken. Welke zijn dat?
- Niet meer fasespecifiek
- Niet meer adaptief
- Persisterend (aanhoudend)
- Geen geruststelling / oplossing mogelijk
- Geen controle over hebben
- Vermijdingsgedrag
- Veiligheidsgedrag
Waar ligt de focus op bij een separatiestoornis?
Overdreven angst voor scheiding van thuis of hechtingsfiguur
Hoeveel symptomen moet je hebben voor een diagnose separatiestoornis?
Minstens 3
Wat zijn de symptomen van een separatiestoornis?
- Extreme ontregeling (angst, paniek, boosheid, huilen) bij scheiding van thuis of hechtingsfiguur
- Bezorgdheid over letsel / kwaad aan hechtingsfiguur
- bezorgdheid over gebeurtenissen die kunnen leiden tot scheiding
- Extreme angst alleen thuis te zijn
- Angst om weg van thuis te zijn
- Angst om te logeren of alleen te slapen
- Nachtmerries over scheiding
- Lichamelijke klachten bij naderende scheiding
Hoe lang moeten de symptomen aanhouden bij een separatiestoornis?
Minstens 4 weken bij kinderen en 6 maanden bij volwassenen
Waar ligt de focus op bij de diagnose selectief mutisme?
Niet spreken in situaties waarin dit wel verwacht wordt en terwijl een kind in andere situaties wél spreekt.
Hoe lang moeten de symptomen aanhouden bij selectief mutisme?
Minstens 1 maand
Waar ligt de focus op bij de diagnose sociale angststoornis?
In het centrum van de aandacht staan / beoordeeld worden
Wat zijn de symptomen van een sociale angststoornis?
- Angst voor situaties waarin iemand blootgesteld wordt aan kritische beoordeling.
- Angst voor vertonen van bepaald gedrag, dat leidt tot negatieve evaluatie
- Blootstelling roept onmiddelijk angst op en kan de vorm krijgen van een paniekaanval.
- Gevreesde situatie wordt vermeden of met grote moeite doorstaan.
Hoe lang moeten de symptomen aanhouden voor een diagnose sociale angststoornis?
Minstens 6 maanden
Waar ligt de focus op bij de diagnose specifieke fobie?
Overdreven, onrealistische angst voor een bepaald object / voorval
Wat zijn de symptomen van een specifieke fobie?
- Overdreven, onrealistische angst voor object / voorval
- Blootstelling roept meteen angst op
- Object / situatie wordt vermeden of met veel moeite doorstaan
- Angst is buiten proportie tot daadwerkelijke gevaar
Hoe lang moeten de symptomen aanhouden voor een diagnose specifieke fobie?
Minstens 6 maanden
Waar ligt de focus op bij / wat is een paniekaanval?
Plotselinge golf van intense angst
Waar ligt de focus op bij een paniekstoornis?
Persoonlijk gevaar / gevoel van controleverlies
Wat zijn de symptomen van een paniekstoornis?
- Regelmatig, onverwachte paniekaanvallen
- Na een paniekaanval de volgende verschijnselen: voortdurende angst voor consequentie van paniekaanval en belangrijke gedragsverandering (vermijdingsgedrag)
- Geen middelengebruik / somatische aandoening
- Geen andere psychische stoornis
Hoeveel symptomen van een paniekaanval moet iemand hebben voor een diagnose paniekstoornis?
Minstens 4
Waar ligt de focus op bij agorafobie?
Niet weg kunnen uit een situatie
Wat zijn de symptomen van agorafobie?
- Duidelijke angst voor twee of meer situaties: reizen (openbaar) vervoer, open ruimtes, gesloten ruimtes, in de rij/menigte staan, alleen buitenshuis zijn.
- Situatie vermeden vanwege angst niet weg te komen en/of hulp niet beschikbaar is
- Situatie roept onmiddelijk angst op
- Situatie wordt vermeden of met veel moeite doorstaan
- Angst is buiten proportie t.o.v. werkelijke gevaar
Hoe lang moeten de symptomen aanhouden voor een diagnose agorafobie?
Minstens 6 maanden
Waar ligt de focus op bij een gegeneraliseerde angststoornis (GAS)?
Buitensporig piekeren, piekeren over piekeren
Wat zijn de symptomen van een gegeneraliseerde angststoornis?
- Buitensporig piekeren, vaker wél dan niet, over een aantal gebeurtenissen
- Moeilijk in handen te houden
- Ten minste drie (bij kinderen één): rusteloosheid / opwinding / irritatie, snel vermoeid zijn, problemen met concentratie / geheugen, prikkelbaarheid, spierspanning, slaapstoornis
Hoe lang moeten de symptomen aanhouden voor een diagnose gegeneraliseerde angststoornis?
Minstens 6 maanden
Wat is de differentiaal diagnostiek bij schoolweigering?
- Reële angst voor school (gepest / mishandeld)
- Depressie als onderliggend probleem
- psychiatrische stoornissen (psychosen, OCS)
- Somatische stoornissen (Pfeiffer)
Wat zijn de intrusieve symptomen (criterium B) van PTSS?
- Recidiverend
- Nachtmerries
- Dissociatieve reacties (flashbacks)
- Intense lijdenslast bij blootstelling triggers
- Fysiologische reacties (bv. bedplassen)
Wat zijn de (hoofdlijn) symptomen van een diagnose PTSS?
- Blootstelling traumatische ervaring
- Eén of meer intrusieve symptomen
- Vermijding triggers
- Twee of meer negatieve veranderingen in cognities / stemming
- Twee of meer veranderingen arousal en activiteit
Wat zijn de negatieve veranderingen in cognities (criterium D) en stemming die horen bij een PTSS?
- Niet alles kunnen herinneren
- Negatieve overtuigingen over zichzelf, anderen, toekomst of wereld
- Vertekende cognities over oorzaak of schuld
- Negatieve gemoedstoestand
- Verminderde belangstelling activiteiten
- Gevoel van onthechting van anderen
Wat zijn de mogelijke veranderingen in arousal en activiteit (criterium E) die horen bij PTSS?
- Prikkelbaar
- Roekeloos / zelfdestructief
- Hypervigilant (alertheid), constante waakzaamheid
- Overdreven schrikreacties
- Concentratieproblemen
- Slaapproblemen
Hoe lang moeten de symptomen aanhouden voor een diagnose PTSS?
Minstens 1 maand
Wat zijn objectieve aspecten van trauma waardoor deze als heftiger worden ervaren?
- Door mensen veroorzaakt
- Wanneer het gaat om bekenden
- Wanneer iemand dichtbij gebeurtenis verblijft
- Herhaaldelijk / langer van duur
- Meer geweld / fysieke dwang
- Naarmate meer wreedheden hebben voorgedaan
- Lichamelijke integriteit geschonden
Wat zijn subjectieve aspecten van trauma waardoor deze als heftiger worden ervaren?
- Hoe groot de dreiging wordt ingeschat
- Hoe iemand zijn eigen mentale krachten inschat
- Beleving fysieke hulpeloosheid
- Mate waarin iemand affectieve / lichamelijke reacties kan verdragen
- Mate waarin iemand catastrofale gevolgen voorziet.
Wat zijn de stappen van het acute stressysteem?
- Freeze
- Flight
- Fight
- Fright
- Flag
- Faint
Leg het acute stressysteem uit.
- Freeze: er gebeurt een trauma en je bevriest.
- Je maakt de inschatting: flight?
- Of fight?
- Als je die keuze niet kunt maken ontstaat ‘fright’: shutdown, voor dood spelen. Je bent er nog wel, krijgt niet alles mee, kan niet reageren
- Flag: mentaal afsluiten, je bent er niet meer. (denk aan misbruik)
- Faint: flauwvallen
- Freeze: er gebeurt een trauma en je bevriest.
Wat is depersonalisatie?
Gevoel vervreemd te zijn van jezelf, jezelf vanaf een afstandje bekijken, geen gevoelens meer ervaren
Wat is derealisatie?
Wereld om je heen anders waarnemen, alsof je in een droom/film leeft.
Wat is habituatie leren?
als je vaak genoeg positieve ervaringen/beloning opdoet, zal de negatieve ervaring weggaan
Wat is inhibitoir leren?
Nieuwe positieve ervaringen opdoen en daardoor positieve associaties aanmaken. Je leert dat de negatieve gevolgen / angstige verwachtingen niet uitkomen. Angst leren verdragen
Wat zijn de symptomen van ADD?
- Onvoldoende aandacht voor details en slordig schoolwerk
- Moeite aandacht bij spel / taak te houden
- Lijkt niet te luisteren
- Vergeet instructies / maakt taken niet af
- Moeite met organiseren en plannen
- Vermijdt / hekel aan langdurig werk
- Kwijtraken spullen
- Gemakkelijk afgeleid door externe prikkels
- Vergeetachtig
En mogen niet uitsluitend bestaan als kenmerken ODD / onbegrip!
Hoeveel symptomen moet je hebben voor een diagnose ADD of HD?
Tenminste 6 van de 9 (kind)
Tenminste 5 van de 9 (volwassenen)
Beginleeftijd = 12 jaar!!
Wat is een aanvullend criterium van ADD, HD of ADHD?
Vanuit tenminste twee informanten moet er informatie zijn
Wat zijn de symptomen van HD?
- Onrustige handen/voeten, wiebelen op stoel
- Opstaan van de stoel op school
- Rondrennen of klimmen waar dit ongepast is (rusteloosheid)
- Moeite met spelen / rustig vermaak
- Voortdurend in de weer zijn
- Aan één stuk door praten
- Antwoord geven voor de vraag gesteld is
- Moeilijk op beurt wachten
- Onderbreekt / stoort anderen
Wat zijn overige primaire verschijnselen van ADHD?
- Weinig tijdsbesef, moeite plannen (klokkijken)
- Moeite ruimtelijke oriëntatie (wiskunde)
- Moeite onderscheid hoofd- en bijzaken (begr. lezen)
- Onhandigheid of houterigheid
- Geheugenproblemen
- Taalproblemen (dyslexie)
Wat zijn overige secundaire problemen van ADHD?
- Emotionele uitbarstingen
- Moeite sociale signalen (meer vanuit onrust dan onkunde)
- Lage eigenwaarde
- Weinig leermotivatie
Op basis van welke 3 kenmerken wordt de ernst bepaald bij een diagnose ADHD?
- Pervasiviteit / hardnekkigheid
- aan- of afwezigheid ADD of HD
- Comorbiditeit
Welke psychische problemen gaan vaak samen met ADHD?
- Gedragsstoornissen
- Leerproblemen (dyslexie)
- Angst- of stemmingsstoornissen
- Tic en/of dwang
- Middelengebruik
Wat is de differentiaaldiagnostiek van ADHD?
- Leeftijdsadequate overbeweeglijkheid
- Oppositionele opstandige gedragsstoornis (onvermogen óf onwil om te luisteren)
- Verstandelijke beperking
- ASS
- Stemmingsstoornissen (vanuit somberheid prikkelgevoelig)
- Spanningen thuis/school