Constructief SW Flashcards

1
Q

Wat is de belangrijkste instrument van CSW?

A

Taal:
Dit geeft 1 versie vd werkelijkheid dat belangrijk is voor de cliënt om te beginnen. Iedereen heeft een eigen werkelijkheid dat we soms niet begrijpen.

Processen van betekenisgeving zorgt ervoor dat we situaties gaan begrijpen en een positieve en negatieve plek kunnen geven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de kern van MW in CSW?

A

Onzekerheid:

Cliënt is auteur van zijn eigen levensverhaal en we moeten dit verhaal dan bekijken zodat de cliënt eigen leven weer kan herpakken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de 2 soort vragen van CSW?

A

Vragen naar beleving: “hoe voel je je daarbij?”

Vragen naar betekenis: “wat betekent dit voor jou?”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de 2 redenen voor benaming van CSW?

A

Parton en O’Byrne:

Constructionistische en narratieve benaderingen
Theoretische inzichten ontwikkelen voor uitvoerend werk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is constructief SW?

A

Constructieve benadering geeft een meerwaarde aan kritische analyse van de rol

Clientgericht en vraaggestuurd werken + samenwerking en empowerment is cruciaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat vinden cliënten meest nuttig in contact met de professional?

A

Waardering van cliënten hangt samen met hoe ze het contact ervaren

Verwoorden is een manier van begrijpen -> nuttig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is essentieel voor CSW?

A

praten en taal om zin te geven en controle te hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zegt Timms over taal?

A

Er is meer aandacht nodig voor taal. Het is essentieel om relaties aan te gaan en om onszelf en andere te begrijpen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zegt Mike Lynch over CSW?

A

Er zijn 3 evaluerende honkbalscheidsrechters:
1ste is een zelfverzekerde realist: bal is een bal
2de zegt dat bal is hoe hij verschijnt
3de zegt dat de bal niet bestaat totdat hij deze benoemt

1ste en 3de schrijven eigenschappen toe

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is een sociaal probleem?

A

Een omstandigheid die afwijkt van de sociale norm.

(feitelijke omstandigheid en subjectieve beschrijving)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de opdracht van CSW?

A

Concreet maken welke aannames en concepten van dagelijks leven inzichtelijk worden in interacties

Individuen creëren sociale werelden door taal in interactie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat creert taal?

A

Werkelijkheid en verandert deze actief.

Maakt gebruik van beeldspraak om te verduidelijken en zorgt voor begrijpelijke taalvorm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het verschil tussen CSW en postmodernisme?

A

CSW: specifieke methodologische benadering

Postmodernisme: fundamenteel in theoretische, politieke en praktische conclusie in potentie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn 2 brede oriëntaties van postmoderne ommekeer?

A

Sceptische postmodernisten:
Achterdochtig en pessimistisch (verwijst naar onzekerheid)

Positieve postmodernisten:
Staan open voor praktische handelingsmogelijkheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn de 4 essentiële voorwaarden van CSW?

A

Parton en O’Byrne:
1. Kritische houding (manier waarop we de wereld en onszelf begrijpen)
2. Tijd en plaatsgebonden (ideeën over hoe de wereld zich voordoet)
3. Richten op sociale processen
4. Geen gegeven, vastgestelde soort wereld buiten ons

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de praktische geldigheid van CSW?

A

Jordans:

theorieën ontwikkelen die open staan voor morele, sociale en politieke dilemma’s + leren leven met verwarring en twijfel

17
Q

Wat is MW als morele activiteit?

A

Informele wijze waarop cliënten woorden en betekenis geven aan situaties, problemen

18
Q

Wat betekent verhaal in CSW?

A

Mensen spelen de hoofdrol in eigen leven

Narratieve benadering:
- actielandschap: gebeurtenissen met tijdsverloop
- bewustzijnslandschap: interpretaties van de gebeurtenissen

Narratieve praktijk nodigt mensen uit om te reflecteren over betekenis in het sociale

19
Q

Wat betekent macht in CSW?

A

Foucault: macht stelt ideeën samen over gender, leeftijd, ras en geeft deze een status van waarheid. Samenleving moet gemarginaliseerde lokale kennis gebruiken om in te gaan tegen instituties en macht

20
Q

Wat betekent tekstanalogie in CSW?

A

Praten over gedrag van verleden omdat de interpretatie iedere keer anders kan zijn

21
Q

Wat betekent begrip en onbegrip in CSW?

A

Woorden zijn tweeledig: ze drukken uit wat er is EN wat er niet is

We drukken meer en minder uit met woorden dan we bedoelen

22
Q

Wat zijn de 3 soorten gesprekstypes v Verhaal?

A

Vooruitgangsverhalen impliceren dat cliënten in de richting va doelen gaan

Stabiele verhalen impliceren dat leven onveranderlijk is

Afdwalende verhalen impliceren dat cliënten achteruitgaan

23
Q

Wat betekent weerstand in CSW?

A

Niet bereid zijn tot samenwerking:
Ze laten zien hoe zij de verandering willen
-> profs moeten hier gepast op reageren en geen veranderingen opeisen

24
Q

Hoe ontstaan problemen in CSW?

A

Doordat we deze accepteren om een rol in ons leven te spelen

25
Q

Hoe blijven we nieuwsgierig zonder waarom te vragen?

A

We veranderen naar de sleutelvraag: ‘‘Hoe heb je dat gedaan?’’
-> hoe vertelt over vaardigheden en persoonlijk handelend vermogen wordt ontwikkeld door het doen

26
Q

Hoe ben je deskundig of niet deskundig ?

A

cliënt is deskundig in zijn probleem en de prof is deskundig in vragen stellen en co-construeren van het verhaal

Straffen, smeken en les lezen zorgt voor spanningen

27
Q

Wat is de conclusie van CSW/

A

sw-relatie is een samenwerkingsrelatie waarbij iedere partij iets van waarde in het gesprek inbrengt.

meerduidigheid en onzekerheid moeten we toelaten