computernetwerken deel 1 Flashcards
LAN
Local Area Network
Binnen 1 lokaal/gebouw/klas…
Toestellen verbonden met kabels
WLAN
Wireless Local Area Network
Binnen 1 lokaal/gebouw/klas…
Toestellen draadloos verbonden
WAN
Wide Area Network
Netwerk over een grote oppervlakte (stad, land…)
Vb: internet
Modem
erbinding met het ‘internet’ Fysieke omzetting (BV. ISDN naar UTP, Coax naar UTP) mo-dem = modulatie-demodulatie, omzetten van analoog naar digitaal signaal en omgekeerd)
Router
verbinding van verschillende netwerken
logische omzetting (van het ene netwerk naar het andere)
verkeerswisselaar, zorgt er voor dat pakketjes op juiste plaats terecht komen
Switch
Kan verschillende toestellen op het netwerk met elkaar verbinden
PCs, laptops, draadloze AP’s…
Draadloze Access Points (AP)
Worden via kabel aan een switch verbonden
Zorgen voor draadloze connectie tussen toestellen en het bekabelde netwerk
Servers
Toestel dat een dienst verleend aan andere toestellen
Bv. website, gebruikersgegevens, applicaties, printers…
IP-adres
Elk toestel op het netwerk heeft er 1
bestaat uit 4 delen van 1 tot 3 cijfers (max 255)
Verschil tussen intern en extern IP (router)
DHCP
Service op een server die IP-adressen uitdeelt aan verschillende toestellen
DNS
Domain Name System
Aan elk IP wordt een naam gekoppeld
Worden bijgehouden in grote databases (op DNS servers)