Celprocessen Flashcards
Wat is de aanhechtingsplaats van de promotor?
TATA-box
Wat zijn enhancers?
regulerende DNA-sequenties
Welke twee soorten transcriptiefactoren?
Algemene - en specifieke transcriptiefactoren
Wat zijn de 4 domeinen van gen-regulator eiwitten?
- DNA bindingsdomein
- RNA bindingsdomein
- Ligand bindingsdomein
- Dimerisatie domein
Wat is het verschil tussen ligand en cofactor?
- Ligand: klein
- Cofactor: groot
Opbouw ribosomen (RNA + eiwitten)
- grote en kleine subunit en totaal
Groot (60S): 49 eiwitten + 3 RNA-moleculen
Klein (40S): 33 eiwitten + 1 RNA molecuul
Totaal (80S): 82 eiwitten + 4 RNA-moleculen
Wat is de sequentie van het startcodon?
AUG
Welk essentieel proces vindt er plaats tijdens de pioniersronde?
Ribosoom verwijdert exon-junction complexen van mRNA-molecuul
Welke 2 soorten nucleotiden zijn er? En onder welke soort vallen welke basen?
Purine
- Adenine (A) en Guanine (G)
Pyrimidine
- Cytosine (C) en Thymine (T)
Welke twee afkortingen spelen rol bij start van DNA-replicatie?
- RIP: Replication Initiation Point
- ORC: Origin of Replication Complex (herkenningseiwitten)
Wat doen de clamp loader en de sliding clamp?
Clamp Loader: bindingsplaats (op DNA) voor sliding clamp
Sliding Clamp: zorgt dat DNA-polymerase aan DNA streng blijft zitten
Wat doet RNAse?
RNAse haalt de primers in de lagging strand weg
De 3 vormen van eiwittransport
- Selectief
- Translocatie (dmv transporteiwitten)
- Vesicles
Welk deel van een eiwit maakt translocatie mogelijk?
nuclear location signal, wordt herkend door receptor eiwit
Wat zijn cristae?
Membraanplooien in mitochondria
Welk organel zorgt voornamelijk voor de transport van gesynthetiseerde eiwitten en transporteert alle membraaneiwitten?
Golgi-apparaat
Wat zijn de hoofdcomponenten van het cytoskelet van een cel?
- Actine(filamenten)
- Microtubuli
- Intermediaire filamenten
Op welke 3 manieren zijn cellen met elkaar verbonden?
- gap junctions
- tight junctions
- desmosomen
Wat is het verschil tussen dispers chromatine en gecondenseerd chromatine?
- Dispers: transcriptioneel actief
- Gecondenseerd: inactief, ‘silent’