Celbiologie Flashcards

1
Q

Hypoxia kan leiden tot een toestand van metabole acidose.

  1. Welk mitochondriaal proces wordt direct geremd door het tekort aan zuurstof?
  2. Welke metaboliet wordt nu afgegeven aan het bloed door cellen waarin dit proces geremd is?
  3. Erytrocyten maken voor hun energievoorziening geen gebruik van zuurstof. Welk proces levert in deze cellen de benodigde energie?
A
  1. Oxidatieve fosforylering (de ademhalingsketen, vorming van ATP uit ADP, fosfaat en chemische energie)
  2. Melkzuur (lactaat)
  3. Glycolyse (de omzetting van glucose in pyruvaat, dat als lactaat wordt uitgescheiden)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q
  1. Hoe wordt water vanuit het intestinaal lumen naar de circulatie getransporteerd?
  2. Welk enzym speelt daarbij een cruciale rol?
A
  1. Het transport verloopt passief ten gevolge van een lokale osmotische gradient.
  2. Na-K ATPase
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

De lymfeklieren in de voorste halsgroeve van een zieke kind zijn vergroot.

  1. Hoe komt dat en welke cellen speelt hierbij een belangrijke rol? Geef de specifieke celtype aan.
  2. Wat is de oorzaak?
  3. Verklaar op welke weg het impuls/ de informatie tot vergroting bij de lymfeklieren terecht komt.
A
  1. Massale proliferatie van B-lymfocyten in de drainerende lymfeklieren
  2. Verhoogd antigentransport (mbv dendritische cellen) vanuit het ontstekingsgebied
  3. (Mbv dendritische cellen) via lymfevaten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

De cellen in de epidermis vormen, dankzij hun goed ontwikkelde cytoskelet en door de junctions waarmee zij aan elkaar vastzitten, met elkaar een zeer stevig meerlagig celverband.

  1. Welke soort cytoskeletfilament en welk type junction bewerkstelligen samen deze stevigheid?
A
  1. Intermediaire filamenten (keratinefilamenten) en desmosomen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
  1. Indien nodig maakt de lever stoffen (ook geneesmiddelen) beter in water oplosbaar. Welk belangrijk enzymsysteem is hierbij betrokken?
  2. Wat doet dit enzymsysteem?
A
  1. Cytochroom P 450.

2. Het voert zuurstoffuncties in door oxidatie, deaminering, etc

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Ik welke cel organel zitten er veel chaperone-eiwitten?

A

In de ER

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly