BV KLEUR BEGRIPPEN Flashcards

1
Q

Primaire kleuren

A

Magenta rood, citroen geel en cyaan blauw. Primaire kleuren zijn de drie hoofdkleuren. Deze kleuren kun je nooit zelf mengen. Met de primaire kleuren kan je de secundaire kleuren mengen. De primaire kleuren zijn zuiver/verzadigd. Dat houdt in dat ze al hun pigment nog hebben. Ze zijn fel en niet gemengd met wit, zwart of grijs (niet kleuren)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Secundaire kleuren

A
Oranje, groen en violet. 
Secundaire kleuren zijn de kleuren die je kan mengen met de twee primaire kleuren. Secundaire kleuren zijn ook zuiver/verzadigd
Oranje = rood + geel
Paars = rood + blauw
Groen = geel + blauw
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Tertiaire kleuren

A

Zijn de kleuren die ontstaan als de drie primaire kleuren met elkaar mengt. Je noemt iets ook een tertiaire kleur als hij gemengd is met zwart, wit of grijs (niet kleuren). Een tertiaire kleur is onzuiver/onverzadigd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Kleur tegen kleur contrast

A

Wanneer de primaire kleuren naast elkaar staan.

Wanneer deze kleuren niet vermengd zijn, is het contrast het grootste

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Complementair contrast

A

Je plaatst twee kleuren die in de kleurencirkel tegenover elkaar staan. Ze lijken soms te vloeken, maar eigenlijk hebben ze een ander effect op elkaar: Ze versterken elkaar. Zo lijkt rood bijv roder als je het naast groen plaatst.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Kwaliteitscontrast

A

Wanneer er verschillende tinten (door menging met wit/zwart) van één kleur naast elkaar staan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Kwantiteitscontrast

A

Wanneer de hoeveelheid kleur die gebruikt wordt in bijv een schilderij sterk verschilt van elkaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Licht-donkercontrast

A

Hierbij wordt een lichte kleur naast een donkere kleur gezet. Door dit toe te passen wordt de aandacht gevestigd op de lichte kleur. Deze lijkt naast de donkere kleur naar voren te komen. Ook het combineren van een felle en een minder felle kleur naar de achtergrond.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Warm-koud contrast

A

Bij een warm-koud contrast wordt een warme kleur gecombineerd met een koude kleur. Het effect hiervan is de optische illusie dat de warme kleur naar de voorgrond komt en de koude kleur naar de achtergrond.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Koude kleuren zijn:

A

Blauw, groen en paars.
Door de koude kleuren in je tekening of schilderij te gebruiken, breng je een kille, nare, koele, afstandelijke sfeer in je kunstwerk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Warme kleuren zijn:

A

Geel, oranje en rood.

Door gebruik te maken van deze kleuren creëer je een gezellige, warme, knusse sfeer in je kunstwerk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Egaal

A

één kleur gebruiken, een egaal vlak.

Gelijkmatig.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Tonaal

A

Verschillende tonen/tinten uit een kleurfamilie gebruiken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Kleurfamilie

A

De kleuren die bij elkaar lijken te horen. Ze hebben steeds één kleur gemeenschappelijk. Bijv de roodachtige kleuren of aardkleuren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Expressief

A

Wanneer kleuren gebruikt worden om een emotie/expressie uit te drukken. Expressief komt van het woord expressie dat uitdrukking betekend.
Met kleuren kun je gevoelens uitdrukken. Deze kleuren hoeven niet realistisch te zijn, en zijn vaak fel en contrasterend.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Impressief

A

Bij Impressief kleurgebruik worden de kleuren van een voorstelling letterlijk weergegeven zoals je ze in de omgeving ziet.

17
Q

Symbolisch

A

Wanneer kleuren een betekenis hebben. Bijv: Rood: agressie, warmte, liefde, gevaar
Groen: fris, hoop.
Wit: rust, vrede, onschuld.