bs 2 Flashcards
1
Q
hormoon
A
stof die de werking van organen regelt
2
Q
geslachtshormoon
A
hormoon dat door de geslachtsorganen wordt aangemaakt
3
Q
testosteron
A
mannelijk geslachtshormoon
4
Q
oestrogenen
A
vrouwelijke geslachtshormonen
5
Q
puberteit
A
periode waarin je je ontwikkelt tot volwassene
6
Q
lichamelijke verandering
A
in de puberteit zorgen hormonen ervoor dat je lichaam (je uiterlijk) en de werking van je organen verandert
7
Q
secundair geslachtskenmerk
A
geslachtskenmerk dat in de puberteit ontstaat
8
Q
geestelijke verandering
A
verandering in de puberteit in je gedachten, gevoelens, zelfstandigheid en sociale leven