Botten Flashcards
1
Q
Schouder
A
Scapula Bestaande uit: - cartilago scapula - spina scapula - fossa supraspinata (groeve craniaal) - fossa infraspinata (groeve caudaal) - Margo cranialis (rand craniale zijde) - Margo caudalis (rand caudale zijde)
2
Q
Bovenarm
A
Humerus
Bestaande uit:
- collum humeri (schacht)
5 koppen craniaal:
- tuberculum majus pars cranialis/pars caudalis
- tuberculum minus pars cranialis/pars caudalis
- tuberculum intermedium ( ligt ertussen in)
- tuberositas deltoidea ( lateraal/ proximaal vh midden - krachtige rand)
- tuberositas teres major ( mediaal/proximaal vh midden)
Distale uiteinde condylus humeri 2 koppen:
- epicondylus lateralis
- epicondylus medialis
Deze epicondyli worden gescheiden door de Fossa radialis en de fossa olecrani
3
Q
Onderarm
A
Radius en ulna / spaakbeen en ellepijp
- spatium interosseum (geul tussen R/U)
4
Q
Elleboog
A
Olecranon
Proximale uiteinde ulna
5
Q
Haakbeentje
A
Os carpi accessorium
Voorkomt hyperextensie vh gewricht
Bij flexie beschermt het olecranon (beweegt dan mediaal)
6
Q
Metacarpus
A
3 botten:
Os metacarpale 2,3 en 4
2 en 4 zijn de griffelbeentjes
7
Q
Kootbeen
A
Phalanx proximalis 2 gewrichtsvlakken Scharniergewricht Proximale kant van het kootbeen: ossa sesamoidea proximales 55 graden dorsodistale richting
8
Q
Kroonbeen
A
Phalanx medialis
Hoek 55 graden
9
Q
Hoefbeen
A
Phalanx distalis
Zadelgewricht
Distale sesambeen: os naviculare/ straalbeentje
