Boek 2 Flashcards
Materialen
Schets drie soorten roosters in een tweedimensionale ruimte
KVG, KRG, HCP
Wat wordt bedoeld met textuur en een aantal praktische voorbeelden
anisotroop gedrag van polykristallijn materiaal door gelijkgerichtheid van kristallen. Voorbeelden: Walstextuur (walsen) Giettextuur (lassen) Vezeltextuur (smeden)
Teken een trekkromme (schematisch) van een zacht staal in zachte toestand en in koud gedeformeerde toestand. Verklaar de verschillen.
Rekgrens verhoogd Treksterkte hoger Rek lager
Zuiver aluminium wordt gedurende enige tijd op hoge temperatuur (500 °C) gegloeid, waardoor een flinke korrelgroei opgetreden is. Waarom treedt er korrelgroei op? Kan dit materiaal weer fìjnkorrelig gemaakt worden, zonder deformatie? Geef een korte verklaring.
De drijvende kracht achter korrelgroei is het feit dat de oppervlakteenergie van een groot kristal lager is dan die van een aantal kleinere met tezamen evenveel atomen. Nee, er is een minimale deformatie nodig,de zogenaamde kritische deformatiegraad of drempelwaarde. Bij geen of te weinig deformatie is er onvoldoende inwendige energie om het proces op gang te brengen.
Wat zijn de noodzakelijke voorwaarden om precipitatieharding te krijgen?
- Teruglopende oplosbaarheid
- Versnelde afkoeling daardoor oververzadiging
- Toevoeren energie door warmtebehandeling
ln austeniet (dichtst gepakt rooster) is meer C oplosbaar dan in ferriet (minder dicht gepakt) Verklaar dit. Noem enkele gevolgen van dit feit.
ln austeniet zijn minder holtes dan in ferriet maar de holtes in austeniet zijn wel groter. Hierdoor kan in het austenietrooster koolstof gemakkelijker interstitieel oplossen waardoor er minder roosterspanningen zijn. Dit resulteert in lagere hardheid, lagere treksterkte, hogere rek. Ook andere kleine atomen zoals H, O, N kunnen hierdoor makkelijker in het austeniet dan in het ferrietooster oplossen.
Noem de belangrijkste invloed van C op de martensietvorming en op de eigenschappen van martensiet.
- Koolstof verlaagt de Ms en Mftemperatuur.
- Verder verhoogt het koolstof de hardheid van de martensiet.
- Martensiet geeft bij kamertemperatuur een volumevergroting t.o.v. ferriet/perliet 4. Meer koolstof geeft martensiet een minder taaie structuur
Wat is het doel van ontlaten?
De tetragonale martensiet die is ontstaan bij het afschrikken van staal, is zeer hard en bros, vooral bij hogere koolstofgehaltes, en is in deze toestand niet te gebruiken. Door hardingsspanningen kan zelfs scheurvorming optreden. Het staal moet daarom direct na het afschrikken altijd enige tijd worden gegloeid op een temperatuur tussen 150 °C en 700 °C.
Wat is een TTT-diagram en wat een CCT-diagram? Wat zijn globaal de uiterlijke verschillen? Noem toepassingen van deze diagramme
Een TTT-diagram is een afkoeldiagram die de microstructuur voorspelt als een materiaal een bepaalde tijd op een vaste temperatuur wordt gehouden Een CCT-diagram is een afkoeldiagram die de microstructuur beschrijft bij continue afkoeling. Het verschil tussen een isotherm (TTT) en een continue afkoeldiagram (CCT) is:-Er treedt een verschuiving op naar lagere temperaturen;-De omzettingen beginnen bij latere tijden. Toepassing van de diagrammen is bij warmtehandelingen
Wat heb je aan een TTT-of CCT-diagram bij de beoordeling van lasstructuren?
Weinig, omdat de afkoelsnelheden tijdens het lassen veel groter zijn dan bij beide genoemde diagrammen. Veder gaan de diagrammen uit van een vaste austeniet temperatuur van ca 800 °C ipv de temperatuurgradient van 800 tot nabij de fusielijn ca. 1500 °C.
Noem enkele in constructiestaal voorkomende carbidevormende legeringselementen.
Carbidevormende elementen zijn: V (0,3-0,5%) Ti Nb (0,3-0,7%) (0,3-0,7%
Omschrijf in het kort de vervaardiging van staal uit ijzererts.
In de hoogoven wordt uit ijzeroxide, cokes en kalk door middel van oxidatie en reductie ruw ijzer gemaakt. In de converter wordt dit verder gezuiverd tot staal door verlaging van het koolstofgehalte en opname van ongewenste elementen in de slak. Door middel van de panbehandeling wordt het staal verder gezuiverd en krijgt het staal door toevoeging van legeringselementen de uiteindelijke chemische samenstelling en kan het worden uitgegegoten.
ln welke fase van het staalbereidingsproces vindt ‘reductie’ plaats en in welke fase vindt ‘raffinage‘ plaats? Beschrijf deze processen
Reductie vindt plaats tijdens het hoogovenproces Raffinage vindt plaats tijdens de converter behandeling
Beschrijf het converterproces
De converter is een peervormig reactievat . Vrijwel zuivere zuurstof wordt door een watergekoelde lans op het bad geblazen. Door contact met het vloeibare ijzer ontsteekt de vlam en begint een heftig raffinageproces. Toeslagstoffen, vooral kalk, worden van boven af aan de slak toegevoegd. Door de bodem van de converter kan een inert gas geblazen worden om een betere badbeweging te verkrijgen.
Waarom past men een panbehandeling toe?
Om voldoende reinheid te bereiken moet er na het converterproces nog een panbehandeling toegepast worden .Vaak worden er extra eisen gesteld aan de chemische samenstelling van het uiteindelijke staal. Dit betekent dat er slechts een kleine hoeveelheid van bepaalde elementen in het staal mag zitten, bijvoorbeeld weinig koolstof of verontreinigingen. Tijdens zo’n panbehandeling kunnen ook toeslagstoffen worden toegevoegd, bijvoorbeeld voor de desoxidatie van het staal.