Biologie Piersonweek 3 Flashcards

You may prefer our related Brainscape-certified flashcards:
1
Q

Wat doet FSH

A

Het stimuleert productie van eicellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat doet progesteron?

A

Het stimuleert groei van bloedvaten in slijmvlies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat doet oestrogeen?

A

Het stimuleert groei van baarmoederslijmvlies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat doet LH

A

Stimuleert luteale fase

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke hormonen zitten er in de pil

A

Progesteron (zoiezo) en Oestrogeen (niet in light pill)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Noem 2 gedragen

A

Conflictgedrag
Dreiggedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is Klassieke Conditionering?

A

Als het dier het er zelf mee gaat associëren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is Operationele Conditionering?

A

Als je het dier “beloond” nadat er iets gebeurd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is geen anti-conceptie middel en waarom?

A

Morningasfterpil, want dat gebeurt na de sex

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat doet het spiraaltje?

A

Zorgt ervoor dat het baarmoederslijmvlies ongeschikt is voor zwangerschap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is een voordeel van een condoom? (Voordelen mogen niet zijn dat je niet zwanger wordt, dat is de functie)

A

Het houdt ook SOAs tegen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly