Bijeenkomst 1: Formalisering Belastingschuld en ABBB's

Question 1

Wat is een aanslagbelasting? Welke vallen hieronder?

Answer 1

Aanslagbelasting is bij wege van aanslag ex. art. 11 AWR
- Inkomstenbelasting (TIJDVAK)
- Vennootschapsbelasting (TIJDVAK)
- Erf- en schenkbelasting (TIJDSTIP)

Question 2

Wat is een aangiftebelasting? Welke vallen hieronder?

Answer 2

Aangiftebelasting is voldoening/ afdracht op aangifte
- Loonbelasting (AFDRACHT/ TIJDVAK)
- Dividendbelasting (AFDRACHT/ TIJDSTIP)
- Omzetbelasting (VOLDOENING/ TIJDSTIP)
- Overdrachtsbelasting (VOLDOENING/ TIJDSTIP)
- BPM (VOLDOENING/ TIJDSTIP)

Question 3

Wanneer kan er een voorlopige aanslag worden opgelegd?

Answer 3

Art. 13 AWR voor Tijdvak belastingen en art. 14 AWR voor Tijdstip belastingen.
Hier kan geen bezwaar op worden gemaakt. Wel kan er worden gevraagd voor een herziening.

Question 4

Wat zijn de functies van de ABBB’s? (4)

Answer 4

1. Secundaire toetsing bestuurshandelen
2. Uitleg onduidelijke wetsbepalingen
3. Aanvullende werking (beslissingsruimte)
4. Derogerende werking (wet aan de kant zetten)

Question 5

Wat zei het TARIEFCOMMISSIE ARREST?

Answer 5

Niet alleen kijken of de inspecteur binnen de wet heeft gehandeld maar ook binnen de ABBB’s.

Question 6

Wat zijn de formele ABBB’s? (6)

Answer 6

1. Formele zorgvuldigheidsbeginsel 3:2 Awb
2. Fairplay beginsel 2:4 Awb
3. Verbod detournement de procedure
4. Gebod van belangenafweging 3:4 lid 1 Awb
5. Motiveringsbeginsel 3:46 - 3:50 Awb
6. Formele rechtszekerheidsbeginsel

Question 7

Wat zijn de materiele ABBB’s? (6)

Answer 7

1. Materiele zorgvuldigheidsbeginsel 3:4 lid 2 Awb
2. Verbod detournement de pouvoir
3. Evenredigheidsbeginsel 3:4 lid 2 Awb
4. Vertrouwensbeginsel
5. Gelijkheidsbeginsel
6. Materiele rechtszekerheidsbeginsel

Question 8

Wat is het verschil tussen het formele en het materiele zorgvuldigheidsbeginsel?

Answer 8

Formeel: Er geld een onderzoeksplicht en belangen dienen te worden afgewogen.
Materieel: Dit moet zorgvuldig gebeuren. De nadelige gevolgen van belanghebbenden mogen niet onevenredig zijn met de door het besluit te dienen doelen.

Question 9

Verschil tussen formele en materiele rechtszekerheidsbeginsel?

Answer 9

Formeel: besluiten moeten duidelijk en ondubbelzinnig zijn geformuleerd.
Materieel: Burgers moeten worden beschermd tegen onzekerheid en willekeur van de overheid.

Onderdeel van materiele rechtszekerheid:
- Legaliteitsbeginsel art. 104 GW uit kracht van de wet
- Bestaande regels moeten worden toegepast
- Verbod van terugwerkende kracht ten nadele van de burger (niet absoluut)
- Vertrouwensbeginsel

Question 10

Wat houdt het fairplay beginsel in (formeel)

Answer 10

Bestuursorgaan mag niet vooringenomen zijn. Mag ook niet ervoor zorgen dat de burger niet meer kan opkomen voor zijn belangen.

Question 11

Wat houdt het verbod van detournement de procedure in (formeel)

Answer 11

Als een besluit wordt genomen met een procedure die voor dit besluit niet bestemd is dan is hier sprake van.

Question 12

Wat houdt het evenredigheidsbeginsel in ? (materieel)

Answer 12

De nadelige gevolgen voor belanghebbenden mogen niet onevenredig zijn in verhouding tot de te dienen doelen.

Niet onevenredig:
- Beginsel van de minste pijn
- Proportionaliteitsbeginsel
- Gelijkheid voor openbare laste (ding opzich niet onevenredig maar wel op het tijdstip waarop het plaatsvindt)

Question 13

Wat houdt het vertrouwensbeginsel in?

Answer 13

Gerechtvaardigd vertrouwen gewekt?
1. Wat is de aard van de handeling? Concreet? (Expliciet: Compromis, aanslag, toezegging, akkoordverklaring. Impliciet: Jarenlange gedragslijn, boekenonderzoek (tenzij expliciet gezegd van niet), voorlopige beslissingen)
Algemeen? (Beleidsregel, algemene voorlichting of inlichting)
2. Welke personen hebben vertrouwen gewekt?
3. Wat is de rol van het dispositievereiste? -> Burger moet kosten hebben gemaakt die anders niet zouden zijn gemaakt.
4. Wanneer is er sprake van een contra indicatie? -> Einde van het gewekte vertrouwen.

Question 14

Wanneer levert een algemene voorlichting gerechtvaardigd vertrouwen op?

Answer 14

Algemene voorlichtingen leveren geen gerechtvaardigd vertrouwen tenzij de voorlichting niet zo duidelijk in strijd is met een juiste wetstoepassing dat de betrokken belastingplichtige redelijkerwijs de onjuistheid had kunnen en moeten beseffen. Hier moet ook nog extra schade worden geleden (dispositievereiste)

Question 15

Uit welke criteria bestaat het dispositievereiste? (3)

Answer 15

1. Voortbouw criterium -> heeft belastingplichtige voortgebouwd op de gewekte verwachtingen.
2. Causaliteitscriterium -> causaal verband tussen gewekte vertrouwen en het voortbouwen
3. Schadecriterium -> raakt belastingplichtige in een nadelige situatie als vertrouwen niet gehonoreerd wordt.

Question 16

Wanneer geldt het dispositievereiste niet?

Answer 16

Bij toezeggingen door een bevoegde inspecteur. Dit wekt in beginsel gewoon vertrouwen tenzij je zelf onjuiste informatie hebt verstrekt.

Question 17

1970: Aanmanings- en voorburgse ziekenhuis arrest en 1978: doorbraakarresten

Answer 17

1970: slechts rekening houden met ABBB’s als sprake is van beleidsvrijheid
1978: Vertrouwensbeginsel kan prevaleren op het legaliteitsbeginsel. Contra-legem toepassing wordt geaccepteerd. “ik keur goed- resoluties”

Question 18

Wanneer is een contra legem toepassing geaccepteerd?

Answer 18

In beginsel alleen geaccepteerd als belangen van derden niet geschonden worden en aan het dispositievereiste is voldaan. –> in de fiscaliteit hoeft alleen bij inlichtingen en algemene voorlichtingen aan het dispositievereiste te zijn voldaan.

Question 19

Wat houdt het gelijkheidsbeginsel in?

Answer 19

Er is een ongeoorloofde ongelijke behandeling als feitelijk en rechtens gelijke gevallen ongelijk worden behandeld terwijl er een objectieve of redelijke rechtvaardiging ontbreekt.

Question 20

Wat houdt het unierechtelijk verdedigingsbeginsel in + relevante jurisprudentie?

Answer 20

In Soprope kwam de HvJ naar voren met het unierechtelijk verdedigingsbeginsel. Dit is beperkt tot besluiten die binnen het toepassingsgebied van het unierecht vallen.
In het Kamino en Datema arrest werd gezegd dat een schending van het unierechtelijk verdedigingsbeginsel alleen dan tot nietigverklaring van het besluit leidt wanneer de procedure zonder de onregelmatigheid een andere afloop zou hebben gehad.
In Prequ Italia is nog geoordeeld dat als de tenuitvoerlegging van een aanslag bij bezwaar of beroep op verzoek wordt opgeschort dan is het verdedigingsbeginsel niet geschonden.