Bevalling Flashcards

1
Q

Welke vier fases heb je bij de bevalling?

A

Fase 1:

Vroege bevalling:
0-6 cm ontsluiting | duurt tot 12 uur | wee 30-60 sec. om 5-20 min.

Actieve bevalling:
6-8 cm ontsluiting | duurt tot 6 uur | wee 45-60 sec. om 2-5 min.

Transitie fase:
8-10 cm ontsluiting | paar minuten tot uur | wee 60-90 sec. om 2-3 min.

Fase 2:

Geboorte fase:
10cm - geboorte | paar minuten tot uur | wee 45-90 sec. om 3-5 min.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat gebeurt er in fase 3 van de bevalling?

A

De placenta wordt geboren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat helpt bij de bevalling van de placenta?

A

De specialist kan masseren.
Duurt 5-30 minuten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat gebeurt er in het eerste uur na de bevalling?

A

Met halve lotus bevalling wordt het kind op de borst gelegd voor 1 uur.

Placenta blijft verbonden tot deze volledig leeg is.

Navelstreng doorknippen met cordring afknijpen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer verlies je vruchtwater en hoe ga je daarmee om?

A

In de vroege bevalling.

Kijk naar de kleur en helderheid van het water, probeer dit op te vangen in een potje op het toilet.

Noteer datum en tijdstip en informeer de verloskundige.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke kleur en helderheid kan vruchtwater hebben en wat moet je dan doen?

A

Altijd verloskundige bellen en datum/tijdstip noteren.

  • Helder en lichtgeel: normaal
  • Groen/bruin: mogelijk ontlasting
  • Rood: bloed
  • Geel/troebel: infectie of tekort aan vruchtwater.
  • Roze: normaal met kleine bloedvaatjes die gesprongen zijn.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat doe je bij de start van de ‘vroege bevalling’?

A

Zorg dat je lekker ontspant samen.
Ga bakken, spelletje spelen.

Time de weeën (1 min. om 5 min. = bellen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke ademhalingstechnieken gebruik je wanneer?

A

Fase 1: ontsluitingsfase

Vroege bevalling: diepe buik ademhaling voor de ontspanning. Vaak i.c.m. meditatief ademen.

Persdrang: puffen/oppervlakkig kort (veertje)

Fase 2: persfase

Hap, kijk, pers: waarbij de houding belangrijk is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wanneer ga je puffen?

A

Als je persdrang hebt en niet mag persen. Dan veertje omdat ademhaling dan oppervlakkig is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waar zijn ademhalingsoefeningen voor bedoelt?

A

Om weeën op te vangen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is een van de dingen waar je je vriendin aan moet herinneren wanneer de weeën begonnen zijn?

A

Laten plassen, want de baby drukt nog meer op de blaas.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waar staat BRAINS voor?

A

Bedoeling: wat bereiken/voorkomen we hiermee?

Risico’s: welke risico’s lopen we?

Alternatief: welke alternatieven zijn er?

Intuïtie: wat zegt je gevoel over deze beslissing?

Niets doen: wat zou er gebeuren als we niets doen?

Stilstaan: tijd nemen om na te denken, het bespreken en een keuze maken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Er wordt besloten om naar het ziekenhuis te gaan. Wat ga je doen?

A
  1. Koffer en tassen pakken
  2. Kussen meenemen
  3. Cub en tense meenemen
  4. Spuitjes voeding Daantje
  5. Naar achter ingang rijden.
  6. Route 80 Fam
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Er wordt besloten om naar het ziekenhuis te gaan. Wat ga je doen?

A
  1. Koffer en tassen pakken
  2. Kussen meenemen
  3. Cub en tense meenemen
  4. Spuitjes voeding Daantje
  5. Naar achter ingang rijden.
  6. Route 80 Fam
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waarom gebruik je de BRAINS methode?

A

Dit staat voor:

Bedoeling?
Risico’s ?
Alternatieven?
Je intuïtie.
Wat als we NIETS doen?
Moment van STILTR

Dit zet je in om in urgente momenten beslissingen te maken met grote gevolgen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wanneer bellen we de verloskundige?

A

Wanneer de weeën om de 4 minuten 1 minuut duren voor een uur.

17
Q

Welke houdingen zijn tijdens de bevalling aan te nemen? En waarom?

A

Ten eerste speel je met zwaarte kracht.

Nog niet komen:
- dan op handen en knieën en komt omhoog.

Wel komen;
- handen en knieën
- zittend op de cub
- op de zij met een been in de lucht
- gehurkt
- op een stoel naar de rugleuning toe.
- leunend op mij of de muur