Begrippen Toets Flashcards

1
Q

Annexatie:

A

Het bezetten van een gebied in het territorium van een andere staat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Asielzoeker

A

Iemand die op de vlucht is en internationale bescherming zoekt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Autonomie

A

Zelfbestuur over bijvoorbeeld onderwijs, belastingen of de politie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Autoritair regime

A

De macht in een land ligt bij één persoon of een kleine groep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Burgeroorlog

A

Conflict tussen bevolkingsgroepen binnen de grenzen van een land

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Cyberoorlog

A

Aanvallen door een staat op een andere staat via het internet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Dictatuur

A

De macht in een land ligt bij één persoon of een kleine groep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Etniciteit

A

De identiteit van een volk, gebaseerd op cultuur en herkomst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Geïnternationaliseerd conflict

A

Oorspronkelijk binnenlands conflict met buitenlandse inmenging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Genocide

A

Vernietiging van een volk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Gewapend conflict

A

Een aanhoudende strijd waarbij in totaal minstens 25 doden per jaar
vallen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Humanitaire ramp

A

Wanneer een bevolking langdurig onvoldoende voedsel, behuizing en medische zorg kan worden voorzien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Internationaal conflict

A

conflict dat zich tussen twee of meer staten afspeelt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Jihadisme

A

Stroming binnen de islam die met geweld de islamitische wereldgemeenschap wil
vormen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Natie

A

Een volk dat woont in een zelfstandige staat of deze graag wil vormen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Nationalisme

A

Het streven van een volk naar onafhankelijkheid en het stichten van een eigen staat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

NAVO

A

Noord-Atlantische Verdragsorganisaties, de samenwerking tussen legers van westerse landen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Onafhankelijkheidsstrijd

A

Gewelddadige manier om zelfstandig te worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Separatisme

A

De wens van een volk om zich van een staat af te scheiden

20
Q

Soevereiniteit

A

In een staat gelden wetten en regels, de staat oefent zelf de macht uit en andere staten mogen zich niet met binnenlandse aangelegenheden bemoeien

21
Q

Staat

A

Gebied met eromheen een internationaal erkende grens. In een staat gelden wetten en regels

22
Q

Territorium

A

Het woongebied van een volk

23
Q

Terrorisme:

A

Geweld om een politiek doel te bereiken

24
Q

Veiligheidsraad:

A

Onderdeel van de VN dat over vredesmissies besluit. China, VS, Ruslan, VK en Frankrijk hebben een veto-recht.

25
Q

Vluchteling

A

Iemand die verhuist vanwege oorlog, of vervolging vanwege geloof, mening of seksuele voorkeur

26
Q

Het bezetten van een gebied in het territorium van een andere staat

A

Annexatie

27
Q

Iemand die op de vlucht is en internationale bescherming zoekt

A

Asielzoeker

28
Q

Zelfbestuur over bijvoorbeeld onderwijs, belastingen of de politie

A

Autonomie

29
Q

De macht in een land ligt bij één persoon of een kleine groep

A

Autoritair regime

30
Q

De identiteit van een volk, gebaseerd op cultuur en herkomst

A

Etniciteit

31
Q

Oorspronkelijk binnenlands conflict met buitenlandse inmenging

A

Geïnternationaliseerd conflict

32
Q

Vernietiging van een volk

A

Genocide

33
Q

Een aanhoudende strijd waarbij in totaal minstens 25 doden per jaar
vallen

A

Gewapend conflict

34
Q

Wanneer een bevolking langdurig onvoldoende voedsel, behuizing en medische zorg kan worden voorzien

A

Humanitaire ramp

35
Q

conflict dat zich tussen twee of meer staten afspeelt

A

Internationaal conflict

36
Q

Stroming binnen de islam die met geweld de islamitische wereldgemeenschap wil
vormen

A

Jihadisme

37
Q

Een volk dat woont in een zelfstandige staat of deze graag wil vormen

A

Natie

38
Q

Het streven van een volk naar onafhankelijkheid en het stichten van een eigen staat

A

Nationalisme

39
Q

Noord-Atlantische Verdragsorganisaties, de samenwerking tussen legers van westerse landen

A

NAVO

40
Q

Gewelddadige manier om zelfstandig te worden

A

Onafhankelijkheidsstrijd

41
Q

De wens van een volk om zich van een staat af te scheiden

A

Separatisme

42
Q

In een staat gelden wetten en regels, de staat oefent zelf de macht uit en andere staten mogen zich niet met binnenlandse aangelegenheden bemoeien

A

Soevereiniteit

43
Q

Gebied met eromheen een internationaal erkende grens. In een staat gelden wetten en regels

A

Staat

44
Q

Het woongebied van een volk

A

Territorium

45
Q

Geweld om een politiek doel te bereiken

A

Terrorisme

46
Q

Onderdeel van de VN dat over vredesmissies besluit. China, VS, Ruslan, VK en Frankrijk hebben een veto-recht.

A

Veiligheidsraad

47
Q

Iemand die verhuist vanwege oorlog, of vervolging vanwege geloof, mening of seksuele voorkeur

A

Vluchteling