Begrippen Paragraaf 3 Flashcards
1
Q
Geboorte cijfer
A
Het aantal levendgeborenen per 1.000 mensen per jaar
2
Q
Sterfte cijfer
A
Het aantal sterfgevallen per 1,000 mensen per jaar
3
Q
Natuurlijke bevolkingsgroei
A
De verandering van het aantal inwoners in een gebied door geboorte en sterfte
4
Q
Demografisch transitie model
A
Het patroon in de bevolkingsgroei in 4 fasen: van een situatie van hoge geboorte - en sterfte cijfers naar een situatie van lage geboorte - en sterfte cijfers
5
Q
Geboorte overschot
A
Er worden meer mensen geboren dan er sterven
6
Q
Vergrijzing
A
In de leeftijdsopbouw van de bevolking neemt het aantal ouderen toe
7
Q
Sterfte overschot
A
Er sterven meer mensen dan er geboren worden